V Grauwe Gans Algemeen Met een broedpopulatie van circa 25.000 paar is de grauwe gans veruit de talrijkste in Nederland broedende ganzensoort. Het gros van deze broedvogels overwin tert binnen de landsgrenzen en wordt dan vergezeld door broedvogels uit Scandinavië en Midden-Europa. In november zijn de aantallen in Nederland op zijn hoogst; de laatste jaren verblijven hier in die maand 300.000 tot 500.000 exemplaren. Het Verdronken Land van Saeftinghe is van oktober tot in januari de belangrijkste verblijfplaats van de soort in Noordwest-Europa. De vo gels foerageren hier vooral op wortelknollen van riet en zeebies en binnendijks op oogstresten en grasland. Voorkomen 2006/2011 De opkomst van de grauwe gans als broedvogel kwam op Schouwen-Duiveland wat later dan gemiddeld in Nederland op gang, maar de laatste jaren is die achter stand behoorlijk ingelopen. Daar de meeste Nederlandse broedvogels niet ver van de broedplaats wegtrekken, verklaart dit voor een deel de sterke toename van de soort in het winterhalfjaar. Daarnaast zal de groei van de gehele populatie een duchtig woordje meespreken. Tegenwoordig kunnen we overal op het eiland grauwe ganzen tegenkomen, maar in de meeste maanden zijn er concentraties nabij de randen van Oosterschelde en Grevelingen te vinden. Grauwe Gans Grauwe gans op Schouwen-Duiveland. Aantal getelde ex. oktober- maart per jaar tussen 2006 en 2011 en gemiddeld aantal per jaar in oktober-maart Met name rond de Grevelingen maken de vogels geregeld gebruik van de buitendijkse eilanden en de binnendijkse polders. De aanzienlijke buitendijks getelde aantallen zijn dan ook opgenomen in de hier gepresenteerde aantallen. Grauwe ganzen zijn echte grazers, die vaak op graslanden (zowel in natuurgebieden als raaigrasweiden in het agra risch gebied) te vinden zijn. Akkers met oogstresten zijn in het winterhalfjaar ook populair, evenals stoppelak kers, graszaadpercelen en dergelijke. Met name in de late winter en in het broedseizoen leidt de voedselkeuze van grauwe ganzen soms tot conflicten met boeren. Het hele winterhalfjaar zijn er duizenden grauwe ganzen te vinden op en rond het eiland. November is veelal de maand met de hoogste aantallen, al kan dat onder invloed van het weer ook januari zijn. Het gemiddelde totaal is gestegen van 3480 in 2006/07 tot 8400 in 2010/1 Het lijkt er overigens op dat hier mee een piek bereikt is en dat de aantallen nadien iets geslonken zijn. Op Zeeuwse schaal nemen de aantallen al enkele jaren licht af. Grauwe ganzen maken gebruik van slaapplaatsen in na tuurgebieden. Dat is ook het geval op vrijwel alle op en rond het eiland getelde slaapplaatsen (o.a. Maire, Prunje, Kabbelaarsbank en Dwars in de Weg) maar daarnaast lijken ze, meer dan de andere ganzensoorten, ook geregeld op akkerland te overnachten. Dit gebeurt niet alleen als er sneeuw ligt (dan willen ook andere ganzen- soorten wel eens de nacht op de akker doorbrengen). Dankzij de geregelde telling van slaapplaatsen hopen we dit beeld de komende tijd scherper te krijgen. 2GOOO 18000 16000 14O00 12000 10000 8000 6000 40Q0 2000 -200G/7007 -2007/7008 2008/2009 -2009/2010 201 CV 2011 9000 8000 7000 6000 SQQO 4000 iOOO 2000 1000 O ofct nov dec jan feb mrt *^5 inf

Tijdschriftenbank Zeeland

Sterna | 2013 | | pagina 16