Steppearend (Aquila nipalensis) Inmiddels was het team uitgebreid met een groepje En gelsen en Australiërs, twee Israëlische ringers en niet te vergeten een groepje bestaande uit vier Kenianen, werk zaam voor het Nationaal Natuurhistorisch Museum van Kenya op de afdeling ornithologie. Ondanks de enorme aantallen te ringen vogels, met een topdag van 2932 stuks, en de strakke en gedisciplineerde sfeer waarin ge werkt werd, was de stemming uitstekend en was er toch voldoende tijd om de zeldzamere soorten uitgebreid te bekijken en te fotograferen. De nachtvangsten werden afhankelijk van het aantal gevangen vogels tussen vier en vijf uur beëindigd en om uiterlijk half zes werden de laatst geringde vogels losgelaten. Precies om kwart voor zes gingen de verder weg gelegen netten open en startte de, voor wat betreft de aantallen, mindere ochtend vangst. Al snel had ik een eigen vaste plek aan de rand van de afgrond verworven en genoot dagen achterelkaar ademloos van de schitterende zonsopkomsten en de vogelgeluiden die opstegen uit de immense savanne en werd regelmatig overspoeld door een gelukzalig ge voel. Stel je overigens eens voor dat je wekenlang geen radio hoort of TV ziet en alleen maar natuurgeluiden om je heen hoort! Een heerlijke onderbreking, iedere dag weer, was het ontbijt vanaf 07.00 uur. Ik was dan al uren in de weer, de ochtendvangst was uit de netten gehaald, de eerste ploeg ringers al volop aan de slag en ik zat dan even een haluurtje uitgebreid aan tafel. Het uitzicht over de vallei was schitterend, vooral tropische en in mindere mate trekvogels waren volop te bewonde ren in de struiken en gazons rond de lodge. Onze eigen tafel, inmiddels voor 20 man gedekt, was altijd gezellig, mede omdat de ontbijtgroepjes steeds wisselden van samenstelling. De gesprekken gingen natuurlijk vooral over vogels, klapnetten, andere ringplekken enzovoorts. Aan het eind van de sessie had ik dan ook een handvol adressen en uitnodigingen om in het voorjaar elders te komen ringen, van Australië tot Turkije, Griekenland, Portugal en last but not least, Israël. Na het ontbijt werd er nog een stevig uurtje of wat geringd en tussendoor genoten van het onwijs prachtige uitzicht over de einde loze savanne. Zwarte rhino's, olifanten en giraffen laten zich met de kijker en telescoop van grote hoogte perfect spotten, het uitzicht is adembenemend, dag na dag na dag. En dan niet vergeten de trek van vooral roofvogels, zo wel van de lokaal aanwezige bateleur of goochelaar als van de steppearend, de Afrikaanse visarend en de brui ne slangenarend om er maar een paar te noemen. Vooral tot mijn verbeelding echter spraken de Amoervalken die met honderden doortrokken. De tweede helft van de ochtend, als het ringen zo ongeveer klaar is, wordt ge woonlijk gebruikt voor het vangen van boerenzwaluwen die massaal voor de lodge laag over het gazon scheren. Zo vingen we er op sommige ochtenden nog zo'n 500 stuks. Tegen twaalven, op het heetst van de dag, slaat de loomheid toe en laten we ons de halve liter glazen van het Keniaanse tapbier uitstekend smaken. Lang zaamaan verdwijnt iedereen naar z'n kamer voor een welverdiende siësta, heerlijk een paar uurtjes onder zeil. Als je dan tegen vijven wakker wordt is het op je eigen balkonnetje heerlijk genieten, aantekeningen uitwerken, de juiste vogelnaam bij de juiste foto zoeken en vooral genieten van wat zich buiten afspeelt. De vijvers voor de lodge worden naast de altijd aanwezige maraboes regelmatig bezocht door koereigers, zwarte ooievaars, wolnekooievaars, grote aantallen knalgele wevervogels. Rond vijven in de middag arriveren dan de busjes van de safarigangers die na het inchecken neerstrijken op het terras. Na het gezamenlijke en altijd gezellige diner begeeft een ieder zich in de vroege vooravond naar de kamer om vervolgens weer tussen pakweg twee en vier uur gewekt te worden. Aan alles komt een eind. Som mige groepjes ringers zijn al vertrokken en als we op het eind van de periode weer met z'n vijven over zijn en we een kleine tafel in het restaurant bezet houden, is dat toch een stuk minder gezellig. Tijd om naar huis te gaan. Uiteindelijk hebben we in 17 vangdagen 20.278 vogels geringd, een ongelooflijk aantal. Als de personeelsbus van de lodge mij naar de ingang van het park brengt en ik met enige moeite een plek in de coast line bus van Mombasa naar Nairobi te pakken krijg, zit het avontuur er weer bijna op. In het luxe hotel vlakbij het vliegveld staat de kerstboom opgetuigd en klinken de kerstliedjes door de lobby, heel onwerkelijk als je drie weken geen muziek gehoord hebt, geen tv hebt gezien en geen krant hebt gelezen. Het was een geweldig avontuur, een belevenis om nooit te vergeten. Savannezwal (Hirundo abyssinica) 22

Tijdschriftenbank Zeeland

Sterna | 2013 | | pagina 23