of gaat het ervan komen?
:SÉw2a
achto
Met dat plan ging Rotterdam meer dan één brug te ver.
De snelle en zonder oppositie uitgevoerde liquidatie van
De Beer droeg wél bij tot een wijziging van inzichten, zo
wel bij het publiek als bij bestuurders. Het besef groeide
dat het met natuur en landschap in hoog tempo de
verkeerde kant uitging. Het motto werd 'redden hetgeen
nog mogelijk is'. Zo kreeg Stichting De Beer, die sinds 15
januari 1950 de Scheelhoek beheerde, de ruimte (en het
budget!) om van de ingepolderde Scheelhoek nog wat te
maken. Dat gebeurde, maar het was een klus. Men leze in
Tussen Haringvliet en Grevelingen vanuit welke visie men
aan het karwei begon, een project dat uiteindelijk leidde
tot de huidige Scheelhoek.
Verbaast u zich niet dat ruwweg een halve eeuw geleden
de belangen van watervogels en met name van gan
zen voorop stonden. Men moest dus de plaat kunnen
inunderen, waartoe een omdijking, een gemaaltje en een
duikersysteem deel gingen uitmaken van de 'nieuwe'
Scheelhoek. Zo ontstond de situatie dat het natte deel
van het gebied hoog ligt, in feite op de voormalige op
was. De vraag rijst of indien men thans voor dergelijke
inrichtingsbeslissingen zou staan, ganzenbelangen weer
zo'n gewicht in de schaal zouden leggen. Zeer waar
schijnlijk niet.
In het tijdvak 1960-1970, de periode waarin op en rond
de Scheelhoek volop werd gewerkt, verloor het gebied
veel van de voor de streek karakteristieke kustbroedvo-
gels, de categorie soorten waarin de Scheelhoek tijdens
de glorieperiode uitblonk. In 1969 waren de grote sterns
en dwergsterns foetsie en herbergde de plaat nog 2
paartjes visdief. Toen Stoel de plaat bezocht waren dat
er 6000. Van de kluut resteerden nog twintig paren,
tegenover het verbazingwekkende aantal van 1500 stuks
in 1946. Die afname was deels het gevolg van de komst
van de Haringvlietsluizen, maar had ongetwijfeld ook
als oorzaak de populatiecrash die kustbroedvogels in
1960-1970 landelijk moesten doorstaan. Gelukkig kwam
daarvoor op de Scheelhoek veel in de plaats. Bij het
broedvogelonderzoek in 2002 voor Tussen Haringvliet
en Grevelingen kwamen er achttien soorten van de Rode
Lijst uit de bus, waaronder de dwergstern en visdief, die
als broedvogel terugkeerden op de inmiddels aange
legde Scheelhoek Archipel. De grote stern volgde kort
daarna, zodat qua avifauna de Scheelhoek thans ook
veel van zijn oude glorie terugheeft.
Scheelhoek nummer drie
Ruim dertig jaar na de komst van de Haringvlietsluizen
krabde Rijkswaterstaat zich opnieuw achter de oren.
Niet over hoe de Noordzee buiten te houden, maar om
pieken in de waterafvoer van Rijn en Maas op te vangen.
De massale evacuatieoperatie van het Grote Rivierenge
bied eind vorige eeuw omdat daar de dijken dreigden
tekort te schieten, bezorgde Den Haag slapeloze nach
ten. Het kwam tot de oprichting van Deltanatuur, een
alliantie tussen een forse rij departementen en organisa
ties, die een robuust budget te besteden kregen. In het
jargon van Deltanatuur lezen we het woord 'robuust'
vaak.
29