Tekst en foto's: Ed van Wijk Onderzoeken die veelal plaatsvinden in het kader van natuurtoetsingen aan de Flora- en faunawet en Natura 2000. 'Hier op het eiland ben ik betrokken bij toetsingen bij de plannen voor windmolens zoals Windpark Suyderlandt, Battenoord, Hellegatsplein maar ook bij het Kierbesluit. Verder ben ik mo menteel bezig met sporenonderzoek op Ecoduct de Munt in België en met onderzoek naar beschermde soorten in de Biesbosch.' Buiten aan het werk als veldecoloog, dat spreekt hem op dit moment het meeste aan. 'Ik vind het leuk om nieuwe dingen op te pakken, ik ben met alle soortgroepen bezig, en zeker niet alleen maar binnen mijn eigen specia lisme. Een "negen tot vijf baan" is het gelukkig niet! Gisternacht ben ik nog op pad geweest in Dordrecht voor vleermuizenonderzoek. De ene dag is het vroeg op voor broedvogels, dan weer is het 's nachts laat. Maar dat geeft ook weer de kans om overdag eens wat voor je zelf te doen.' Voor windmolenparken doe je slachtofferonder- zoek naar vleermuizen, ook hier op het eiland. In hoeverre verschillen de risico's voor vogels en vleermuizen? 'Vogels zoals smienten en ganzen overbruggen langere afstanden tussen slaap- en foerageerplekken en vliegen dwars door windparken heen. Vleermui zen houden ervan om langs lijnvormige opgaande structuren te vliegen of te foerageren, dat helpt ze bij hun oriëntatie. Dijken en bomenrijen zijn van die lineaire vormen in het landschap. Die volgen ze naar de de plekken waar het voedsel zit. En op die routes worden nu die molens gepland. Het maakt deze soortgroep tot een voorspelbaar slachtoffer van de windmolens. Het gebruik van gebieden door vleermuizen kan je in het veld bepalen door onderzoek met batdetectors en anabats. Bij de uitwerking wordt gebruik gemaakt van vastgestelde berekeningsmodellen. Als je verder dan zeg zo'n 40 meter van de lineaire structuren meet, zie je die vlie- gintensiteit al sterk afnemen. Dat zijn resultaten waar je op kunt plannen.' En wat doe je naast je werk? 'Vogels zijn mijn passie in mijn vrije tijd. Met George Tanis op de westpunt, en ik aan de oostkant van het eiland is het een leuke vorm van competitie wie de meeste soorten ziet of ontdekt. We hebben een eigen app-groep voor vogelaars op het eiland en George appte dat hij een blonde ruiter had gezien, daar moest ik wel even achteraan. Net zoals de vale gieren onlangs op Korendijk. Maar, ik probeer steeds meer lokaal te vogelen en, als het even kan, niet meer voor een rosse waaierstaat speciaal naar Castricum te rijden. Het Krammer-Volkerak en omgeving, daar con centreer ik me steeds meer op. Dat gebied ontwikkelt zich spectaculair. Ik maak me dan ook grote zorgen over de plannen om het Volkerak weer zout te maken. Het is waar, met de verandering van zout naar zoet zijn we door een diep dal gegaan: jarenlang werd het Volkerak geplaagd door blauwalgen en was het een ecologische woestijn. Ventjagersplaten, 2014, meeuwen ringen

Tijdschriftenbank Zeeland

Sterna | 2014 | | pagina 15