Haven de Val bij Zierikzee Heden Verleden Tekst en foto's: Kees de Kraker In de nieuwe rubriek Heden Verleden verkent Kees de Kraker ter plaatse de omgeving van een door hem gekozen plek op of rond Schouwen-Duiveland of Goeree-Overflakkee mede aan de hand van twee foto's op de middenpagina. Het heden krijgt daarbij meer kleur en bete kenis door het verleden. Haven de Val bij Zierikzee is zo'n plekje dat veel mensen kennen van het voorbijrijden wanneer je over de Zeelandbrug gaat. Omdat het opletten is met een bocht in de weg, geen overzicht bij de dijkovergang en auto's die willen afslaan naar het parkeerterrein bij het restaurant, zie je er meestal niet veel van. De Val heeft ook nog een aantal jaren (1958-1965) dienst gedaan als veerhaven voor de verbinding Zierikzee-Katse Veer en later Zierikzee-Kats. Voor die tijd meerde de veer boot altijd af aan het Luitje bij het bolwerk in Zierikzee. Met het toenemend verkeer bleek een brug de beste oplos sing om het eiland met de rest van Zeeland te verbinden. De Zeelandbrug en de Grevelingendam kwamen beide in 1965 gereed, waardoor Schouwen-Duiveland nu al 50 jaar geen echt eiland meer is. De Val ligt in de uiterste zuidoosthoek van de Polder Schouwen, daar waar vroeger de Gouwe Schouwen en Duiveland van elkaar scheidde. Bij die wat vooruitste kende hoek werd de vooroever door de ebstroom voort durend uitgehold. Een diepe geul vlakbij een dijk is een riskante situatie die in het verleden vaak tot een dijkval leidde. Om het risico op overstroming te beperken werd op dit soort locaties iets meer binnenwaarts een tweede dijk, de inlaagdijk, gelegd. Op de Hattingakaart (1752) zien we een situatie waarop de inlaagdijk die in 1722 was aangelegd, de buitendijk is geworden. Een nieuwe inlaagdijk verder landinwaarts was toen nog niet aange legd. Dat is enkele jaren later wel gebeurd (1763-1764) en niet voor niets, zo blijkt uit het ontstaan van de Val in 1783. De Inlaagdijk 1722 is wel altijd de buitendijk gebleven, meer land heeft men hier sindsdien niet hoe ven prijs te geven. Behalve de Val dan, die in het ooste lijk deel van de Zuidhoekinlagen lag. Een dijkval gebeurt op een plek waar een met water ver zadigde zandige ondergrond instabiel wordt. Wanneer bij afgaand water de tegendruk van het zeewater wegvalt, begint de ondergrond te vloeien en verdwijnt deze met het daarop rustende dijkgedeelte in de aangrenzende geul. Zo kan er zomaar ineens een behoorlijk breed en diep gat ontstaan. Snel weer ophogen is vanwege de diep te en de instabiele ondergrond vaak riskant en daarom wordt bij reparatie de dijk doorgaans iets naar achteren gelegd of op een andere plaats kortgesloten. Dat laatste is bij de Val gebeurd door een dwarsdijk in de inlaag te leggen. Dijkvallen kwamen veel voor. Zodoende zijn er in het Deltagebied heel wat plekjes die De Val werden genoemd. Ook ten westen van Ouddorp bij de Preekhilpolder ligt een vergelijkbare De Val als bij Zierikzee. Vanwege de al snel dieper wordende doorgang en ligging aan dieper water vormde zo'n buitengedijkt hoekje een beschutte ligplaats voor schepen die bij slecht weer als vluchthaven gebruikt kon worden. cJi o a w o ji Omgeving Zierikzee in 1912. Detail topografische kaart 1914.

Tijdschriftenbank Zeeland

Sterna | 2015 | | pagina 13