Steenlopers Een andere soort die in het randje met ruigte en verspreid tussen de betontegels op het nieuwe talud bij de Val veel te vinden is, is de strandbiet. Hét voorbeeld van een soort die het wel helemaal gemaakt heeft, want het is niet alleen de stamvader geworden van de suikerbiet en voederbiet maar ook van rode bietjes en snijbiet, het superfood van eigen bodem. Ook deze plant is vanuit het Middellandse Zeegebied met de Romeinen onze kant op gekomen. De strandbiet groeit vooral bij schelpenstrandjes in luwe hoeken van de dijk waar wieren zich ophopen, op voedsel- en kalkrijke bodems. Met het warmer wordende klimaat rukt de soort verder op naar het noorden, nu tot in de Oostzee. De bloei- stengels met onopvallende groene bloempjes kunnen overeind staan, maar vaak zijn ze ook liggend en lijken in dat opzicht erg op snijbiet. Op het land met suiker bieten van mijn vader moesten we als kinderen soms de forse tot twee meter hoge bloeistengels (doorschieters) verwijderen. Daarmee kon je dan met elkaar een mooi knotsengevecht houden. De westzijde van de haven behoort tot het laatste traject van de dijkversterking en zal dit jaar (2015) worden aangepakt. De karakteristieke rij met perkoenpaaltjes zal daarbij ook verdwijnen. Hier en daar staan er nog wat paaltjes lager op het talud, vaak met een pruik van blaaswier. Strandbiet

Tijdschriftenbank Zeeland

Sterna | 2015 | | pagina 16