O
IP
De jonge kerkuilen worden door Ger Maatkamp gewogen en de gegevens genoteerd.
Hij heeft om die reden ook alle begrip voor het afsluiten van natuurgebieden, zodat we kunnen behouden waar we
allemaal zo trots op zijn. (Er zouden zelfs al jonge kieviten worden gevangen en verkocht naar andere landen, waar
men er veel geld voor over heeft!) Sinds kort wordt er een proef gedaan met buitenkasten, dus kasten die niet in een
schuur zijn opgehangen, maar die aan een boom hangen. Daar heeft men op Texel goede ervaringen mee opgedaan.
De NLGO heeft vorig jaar een buitenkast gefinancierd en deze opgehangen op de Kop van Goeree. Tot voor kort waren
er bij één kast twee uilen aangetroffen, maar die waren nog niet tot broeden overgegaan. Bij controle op 18 juni bleek
echter, dat er twee jonge kerkuilen in die kast zaten. Een primeur dus: het eerste broedgeval van een kerkuil in een
buitenkast op Goeree-Overflakkee! In Groot Brittannië broedt de helft van de kerkuilen in kasten die aan bomen zijn
opgehangen. Naast het onderzoek naar kerkuilen en braakballen wordt er ook onderzoek gedaan naar levende mui
zen. Om vast te stellen welke soorten muizen er voorkomen, moeten ze gevangen worden in speciale vallen. Om dit te
mogen doen is een vergunning nodig.
Ger is al lang lid van de NLGO en is positief over de vereniging. Als vereniging wordt meer naar buiten getreden en
laat men zich, meer dan vroeger, horen via de lokale pers. Maar: zijn droom en grootste wens is een eigen locatie
voor de vereniging. Is er niet ergens een grote/halve schuur, bijvoorbeeld van Staatsbosbeheer, die in de winter ver
warmd kan worden met een houtkachel? Dit zou ideaal zijn om te kunnen vergaderen, spullen op te slaan en excur
sies te laten beginnen. Ook het pluizen van de braakballen zou er een passende activiteit zijn. Dat vindt nu plaats op
Voorne, terwijl er veel deelnemers van ons eiland komen.
Er zijn nogal eens negatieve verhalen over de natuur, maar met de kerkuilen gaat het best goed, mede door enthousi
aste vrijwilligers zoals Ger Maatkamp.
Na het ringen, wegen en inspecteren gaat het jonge kerkuilengrut op de foto.