De onvolprezen Kwade Hoek van Goeree Heden Verleden Tekst en foto's: Kees de Kraker In de rubriek Heden Verleden verkent Kees de Kraker ter plaat se de omgeving van een door hem gekozen plek op of rond Schouwen-Duiveland of Goeree- Overflakkee mede aan de hand van twee foto's op de midden pagina. Het heden krijgt daarbij meer kleur en betekenis door het verleden. Heel wat trouwe Sternalezers zullen de Kwade Hoek op Goeree kennen als een zeer bijzonder natuur gebied. Toch viel het mij altijd op dat nogal wat mensen van Schouwen er nooit geweest waren. Ga er eens heen buiten het broedseizoen wanneer je daar over een groot gebied mag ronddwalen en neem de tijd. De Kwade Hoek is bij vogelaars vooral bekend vanwege de talrijke sneeuwgorzen, ijsgorzen, strandleeuweriken en fraters die er in het winterhalfjaar verblijven. Omdat het op paden en vlaktes soms behoorlijk nat is, zijn laarzen of waterbestendig schoeisel vaak geen overbodige luxe. De Kwade Hoek is een jong gebied, voor een deel zeer jong. Honderdvijftig jaar geleden was er bij laag water alleen een slikvlakte te zien. Aardig is om via de kaarten van Topotijdreis.nl het ontstaan van de Kwade Hoek en het gehucht Havenhoofd, de afsluiting van het Haringvliet en de verdere aan groei van het gebied te volgen. Heel bijzonder hoe snel die aangroei is verlopen en nog steeds plaats vindt. Zo kwaad is die hoek trouwens niet meer. Alleen de vissers uit Stellendam zullen zich nog in die naamgeving herkennen wanneer ze er om heen moeten varen, want dan ligt ie flink in de weg en kun nen ze makkelijk vastlopen. De Kwade Hoek was een van de compensatiegebieden voor het verloren gaan van De Beer en kwam in 1959 onder de hoede van de stichting Natuurmonument De Beer. Het beheer van het gebied is in 1974 overgedragen aan Natuurmonumenten. Eerste kennismaking Eind zeventiger jaren kwam ik voor het eerst op de Kwade Hoek. Er was een excursie met opzichter Jan Vlietland. Vanaf de duinrand waar een soort melkstal- letje was, liepen we het beweide schor in dat er kort gegraasd uitzag. Jan leidde ons langs nesten van kievit, tureluur, scholekster en kluut. Een ouderwetse excursie die vooral bestond uit het zoeken naar nesten, zoals je dat ook toen al niet vaak meer meemaakte. Wel bleven we uit de buurt van de ruigte waarin de bruine kieken dief broedde. De jaren dat er hier grote sterns nestelden lagen al weer achter ons. Bij latere bezoeken met Krijn Tanis maakten we kennis met diens ergernissen: het steeds maar dichtzetten met rijshout van openingen en stuifgaten in de stuifdijk en de vele sporen van rondrijdende medewerkers van de diverse beherende en toezicht houdende instanties. Dat landaanwinningsprincipe is inmiddels wel overboord gezet, het mag weer stuiven. Delen van de oude stuifdijk zijn geplagd en er werd een opening in gemaakt. Omdat aangroei overheerst zien we op meer landinwaarts gele gen delen toch een afname van dynamiek en het dicht groeien van complete vlaktes met duindoornstruweel waar je vroeger door de zeekraal liep. Wil je de verande ringen een beetje bijhouden dan heb je aan een jaarlijks bezoek niet genoeg, zo snel gaat het hier. Aan de noord zijde rijgt zich de ene strandhaak na de andere aan het gebied. Droge delen stuiven op tot lage duintjes en deze raken al vlug begroeid. Anderzijds weet de zee bij storm en springtij nog ver in het gebied door te dringen. Plantenzee van zeeplanten Op de Kwade Hoek groeien veel karakteristieke planten die verbonden zijn met zout of brak water en de zee. Het kost weinig moeite om meer dan tien soorten op te noemen die hier voorkomen en waarvan de naam begint met zee. Zo heb je zeealant, zeeakkermelkdistel, zeeas ter, zeebies, zeekraal, zeekool, zeelathyrus, zeeposte- lein, zeeraket, zeerus, zeevenkel, zeeweegbree, zeewin de en zeewolfsmelk. Daaronder bevinden zich opvallend veel zuidelijke soorten. Een aantal daarvan vertoont de laatste decennia een toename en is verder naar het noorden opgerukt. Waren het vroeger zeer zeldzame soorten die je slechts op een enkele plaats in de delta kon vinden, nu kan je bijvoorbeeld zeelathyrus, zeekool zeevenkel en zeewolfsmelk ook verspreid in het Wad dengebied aantreffen, vooral de Afsluitdijk scoort hoog. Zelfs de zeealant, die in 2006 voor het eerst in Neder land op de Kwade Hoek is aangetroffen (zie kader), werd een jaar later al op Griend gevonden. Dat bijzondere karakter van het Deltagebied, waar dankzij de relatief zachte winters soorten te vinden waren die elders in het land niet voorkwamen, begint een beetje te verwateren. Naarmate de klimaatopwarming doorzet zien we de grenzen opschuiven en daar gaat onze trots, want het is natuurlijk altijd leuk om iets exclusiefs te hebben. Hoewel die glorie dan wat minder is, is de Kwade Hoek een gebied om trots op te zijn en te koesteren. Zo'n gevarieerd gebied met een scala aan overgangen tussen zout en zoet en de grootschaligheid waarmee processen als landaangroei, duinvorming en spontane plantengroei plaatsvinden, kom je nergens anders in het Deltagebied tegen. Vondst zeealant 22-8-2006, een bericht in Vroege Vogels "In natuurgebied De Kwade Hoek van Natuurmonu menten op Goeree-Overflakkee is afgelopen weekend een voor Nederland nieuwe plantensoort ontdekt, de zeealant. Zeealant (Inula crithmoides) is voor zover bekend nog nooit eerder in ons land aangetroffen. Deze soort is veelal in veel zuidelijkere landen te vinden aan de kust. De plant is gevonden door me dewerkers van Natuurmonumenten die de flora van de Kwade Hoek in kaart brengen. Zeealant is een gele composiet van zo'n 60 cm hoog die lijkt op een kruiskruid maar vettige, cilindervor mige bladeren heeft. De plant groeit in dynamische gebieden op de overgang van zout naar zoet. In de Kwade Hoek, waar de zee nog vrij spel heeft, zijn zulke zilte plekken nog goed te vinden. Het strand is hier de laatste jaren veel groter geworden. Ook is het nieuwe gebied begroeid geraakt met veel soorten planten; een zeker voor Zuidwest Nederland unieke ontwikkeling. Op dit 'Groene strand' kunnen aange spoelde zaden ongestoord ontkiemen. De combinatie van de dynamiek en de geleidelijke overgang van land naar zee maakt het natuurgebied De Kwade Hoek uniek en zorgt ervoor dat er een enorme diversiteit aan planten bestaat. Vele ervan zijn zeldzaam of uiterst zeldzaam. Botanici von den afgelopen weekend ook zeewolfsmelk, blauwe zeedistel, zeewinde, zeevenkel, gele hoonpapaver, zeealsem en strandbiet. Genoemde planten groeien vooral op plaatsen waar zaad kan aanspoelen vanuit zee. Ze zijn voor een goede groei gebaat bij zachte winters en warme zomers. Door de huidige klimaat veranderingen kunnen deze soorten opschuiven, zoals nu ook met de zeealant het geval is." Schor zijdebij De opslibbing, het ontstaan van nieuwe duintjes en ont- ziltingsprocessen verlopen hier snel, heel snel. Met ons Zeeuws insectenwerkgroepje volgden we van 2004 tot 2008 de ontwikkeling van de schorzijdebij en zijn para siet de schorviltbij op de Kwade Hoek. De schorzijdebij vliegt op zeeaster en graaft een holletje in het open zand met daarin een aantal nestcellen die omgeven wor den door een zijdeachtig vlies, waaraan de familie zijn naam dankt. Omdat bij de Kwade Hoek zowel brakke omstandigheden met voedselrijk slik voor zeeaster en zandduintjes om in te nestelen te vinden zijn, is het een ideale plek voor de schorzijdebij. In het centrale duintje op de vlakte ten oosten van de slufter ging het in 2004 om een nestcomplex met meer dan 100.000 holletjes. 17

Tijdschriftenbank Zeeland

Sterna | 2018 | | pagina 9