DAGJE
HOMPELVOET
Door Gerard Ouweneel
Foto's: Kees van 't Zelfde
Hij vertelde over het Japans bessenwier dat inmiddels in de Grevelingen een oppervlakte van circa 1000 hectare in
neemt. En ook over de geïntroduceerde Japanse oesters die de eigen platte oesters nagenoeg hebben verdrongen.
Voorts kregen wij te horen dat na de sluiting van de Grevelingen 4800 hectare aan zeegras verscheen, dat na de
strenge winter van 1978-79 verdween. Onder regie van Rijkswaterstaat onderneemt de Field Company pogingen dit
voor de waterkwaliteit zo waardevolle gewas terug te brengen. Met enig succes zo lijkt het. De wandeling vervolgend
verklaarde Kees dat wieren best te eten zijn. Ik meende er goed aan te doen te zwijgen over een op Schiermonni
koog opgedane ervaring. In een lofwaardig streven het gezin gezond voedsel voor te zetten, prepareerde echtgenote
Els daar destijds een zeegroentemaaltijd. Het succes was matigjes, temeer omdat ik kort na het nuttigen van het
gerecht lag te kronkelen van de buikpijn. Tot op de dag van vandaag ontkent Els ten stelligste dat haar gezond
heidsdis de oorzaak was van mijn fysieke ongenoegen. Omdat ik nadien nog menig wiermaaltijd heb doorstaan, zou
ze gelijk kunnen hebben.
Ten teken dat de grote stern de Grevelingen nog niet geheel de rug heeft toegekeerd passeerde er eentje, gevolgd
door een luid bedelend jong. Dat gaf Kees gelegenheid de historie van zijn dierbare grote stern te vertellen. Toen
kwamen wij in sectoren die de plantenliefhebbers in vervoering brachten: zeeën van parnassia, slanke gentianen en
herfstschroeforchissen, de glorie van Goeree en tegenwoordig ook van de Hompelvoet. Het was tijdens een NLGO-
excursie van vijftien jaar eerder dat deelnemers er de eerste exemplaren vonden. Nu staan er meer dan 100.000!
Op de tenen lopend om geen exemplaar te vertrappen gingen de NLGO-ers verder. Omdat ik nogal eens in de lucht
kijk, raakte mijn schoenmaat 46 er eentje. Op die onvoorzichtigheid werd ik direct geattendeerd. Iemand toonde een
sierlijke vetmuur, een plantje waarvan Henk van der Weijden vertelde dat het ook als krielparnassia bekend staat. In
het excursieadvies had te lezen gestaan dat in verband met het risico van dazenbeten het beter was af te zien van een
korte broek. Mede in verband met het afgekondigde Hitteplan had niet ieder dat advies opgevolgd. Toen de steekgrage
beestjes zich dan ook fysiek lieten gelden, gaf Kees een recensie van de drie soorten dazen die de Hompelvoet bewo
nen en wat voor steekgedrag ze erop nahouden.
In het 'Behouden Huys' was het weer goed toeven, temeer omdat er ogenschijnlijk weinig was veranderd sinds ik er
voor het eerst kwam. Kees dong op het begrip 'Behouden Huys' af met een bekentenis dat hij hem wel eens knijpt
tijdens onweer. Het bouwsel bezit geen bliksemafleider en de ruimte rondom is plat, ver en grenzeloos. De gesprek
ken over alles wat de Hompelvoet aangaat gingen heen en weer, natuurlijk ook inzake de ongewisse toekomst van de
huidige status van de Grevelingen als een zout stagnant bekken. Een van de aanwezigen merkte op dat de gewraakte
'dodelijke' diepten slechts circa 10% van de Grevelingen betreffen. Het moet toch mogelijk zijn in die diepe geulen
zuurstofinjecties te doen plaatsvinden, zo vroeg hij zich af.
Met Kees Appel terugwandelend naar de steiger kwam er een oranje luzernevlinder voorbij, vastberaden heading
south. Kees en ik kwamen te spreken over ervaringen op Nieuw-Guinea, waar hij zestig jaar geleden als marinier
verbleef en ik onlangs als paradijsvogelaar. Veel te gauw was het bezoek voorbij. Bezuijen meerde keurig op tijd aan.
Indien de NLGO volgend jaar weer naar de Hompelvoet gaat, schrijf ik nu alvast in. En dan hopelijk over een Grevelin
gen en een Hompelvoet zoals deze er nu bijliggen.
29