wr
Met veel mediagekletter en opgesierd door fantasieplaatjes werd in 2015
het Droomfonds over het Haringvliet uitgegoten. Samenvallend met de
effectuering van het Kierbesluit stelde de Nationale Postcode Loterij
een lawine van 13.5 miljoen euro beschikbaar om de 'unieke deltanatuur
van slikken, schorren en rietvelden' te herstellen. Met als toevoeging dat
langs en in de oeverlanden ook uitkijkpunten en bezoekersroutes zouden
komen. De Provincie deed nog een duit in het zakje en een gelegenheids
coalitie van zes natuurorganisaties ging aan de slag.
Droomfonds
vliet.... zes jaar later
•fr Gerard Ouweneel
'Kerken van Gc .Dominees
van hout' is de titel van
het boek van Rob Bijlsma
over de verwording van de
Nederlandse natuurbescher
ming.... Er zijn ook vogel
schuilhutten van goud.
F- to: Mariar evar de Waal
Krijn Tanis en de auteur van dit artikel en trouwens alle
Haringvlietsupporters applaudisseerden bij de lancering van
het Droomfonds. Wel was van meet af aan te beluisteren dat
de komst van een aanzienlijk groter tijverschil dan de sinds
1970 lopende tijslag voorwaarde zou zijn om de beloftevolle
retoriek waar te maken. Trouwens, bij de inrichting naar
'natuur' van voormalige landbouwpolders langs het Holland-
sch Diep Har ingvliettracé en op Tiengemeten was gerekend
op een groter tijverschil dan de maximale 30 centimeter
sinds 1970. Toen na het schoorvoetend geopende kiertje in
de Haringvlietsluizen bleek dat het tijverschil geen centi
meter was toegenomen sloeg de aanvankelijke vreugde om
in scepsis. Krijn en ik volgden de afgelopen jaren de ver
richtingen in het kader van de Droomfonds- investeringen
aandachtig. Krijn deed dit nadrukkelijk langs de noordoever
van Goeree-Overflakkee, ik rond het complex van de Vent
jagersplaat/Hellegatsplaten en in de zuidwesthoek van de
Hoeksche Waard, in het natuurmonument de Korendijksche
Slikken. De Goudswaarder Gert Huijzers volgde daar de gang
van zaken op de voet, waarbij deze als ervaringsdeskundige
tot zijn voldoening ervoer dat menig praktisch advies werd
gerealiseerd. Overigens namen Krijn en ik geregeld een
kijkje in eikaars excursiegebieden en wisselden wij opgedane
ervaringen en opvattingen uit.
Het idee rees om voorjaar 2021 samen een rondje Hollandsch
Diep-Haringvliet te maken. Krijn wilde graag het succes van
de weidevogelpompen in het staatsbosbeheerreservaat
Het Oude Land van Strijen in de Hoeksche Waard zien, een
activiteit die overigens buiten de Droomfondsplannen om
plaatsvond. Ik zag uit naar een gezamenlijk bezoek aan de
Westplaat Buitengronden, waarop de voor 1970, en ook
nadien nog, karakteristieke rijkdom aan weidevogels van
buitendijkse graslanden het summum bereikte. Clairie Tanis
ging ook mee en Henk van der Weijden sloot zich graag aan.
Henk, weidevogeldeskundige, was voor Staatsbosbeheer
actief tijdens de glorietijd van weidevogels rond het
Haringvliet. Donderdag 27 mei bracht kou, regen en wind.
Om half negen waren wij bij het uitkijkpunt De Scheelhoek.
Wellicht verbaast het dat ons rondje Haringvliet niet begon
bij het 'Vogelobservatorium Tij'. Welnu, wij hadden geen
behoefte in dat bouwsel kostbare waarnemingsuren door te
brengen. Lees hoe Volkskrant-columnist Jean-Pierre Geelen
deze vogelkijkhut onlangs neersabelde.
Bijna 10% van de Droomfondsgelden ging op aan deze on
praktische optrek die alleen maar mooi staat te wezen...!
Eerder in het voorjaar zag ik dat in het bassin aan gene zijde
van de giuurgaten een grindbak lag afgemeerd, waarop
uitnodigend in broedhouding gemodelleerde sterns waren
geplaatst, visdieven met een snavel van reuzensterngrootte.
Ik heb nagelaten mij ervan te vergewissen of echte visdieven
op die hint zijn ingegaan. Bij dat bezoek bleek ook dat de
door de firma Swarovski geschonken telescoop foetsie was.
Voor de bezoekers van Tij was zuur dat er voorjaar 2021
slechts 200 paren grote sterns op de Scheelhoek-eilanden
kwamen broeden. Deze vestigden zich op het oostelijke
eiland, te ver van Tij verwijderd om iets van de broedactivi-
teiten te zien, al helemaal zonder telescoop. Waarschijnlijk
als gevolg van rattenpredatie verlieten de sterns in de loop
van het broedseizoen deze mini-kolonie.
Met tegenover ons de Scheelhoek en nadrukkelijk aanwezige
troepen ganzen verklaarde Krijn dat vanuit Tij in de nazomer
toch wel aardige vogelactiviteiten vallen waar te nemen.
Voorts toonde hij zich voorzichtig optimistisch over het
verloop van een bontbekplevierenbroedproject op Goeree
en was hij nog tamelijk ondersteboven van de lammergier
die hij de vorige dag vlak onder zijn Ouddorp had gezien -
waarschijnlijk lag deze vogel op het moment van ons samen
komen al dood onder een windturbine in de Wieringermeer.
Na Henk te hebben ingelicht over de voormalige rijkdom
aan weidevogels op de grasgorzen langs het Zuiderdiep, een
kwaliteit die als gevolg van uitblijven van een gericht be
heer geheel teloorging, richtten wij de blik op de 'nieuwe'
Scheelhoek, de bijna 80 hectare metende Zuiderdiepgorzen.
Met die excursie waren wij snel klaar.
26
27