Lepelaars op Schouwen-Duiveland Terwijl storm Eunice buiten flink tekeer gaat, staat de volgende storm van 2022 alweer voor de deur. Met de kop in de wind staan zo'n 10 lepelaars diep verscholen in een rietkraag in de Fiaauwersinlaag van Serooskerke. Met een minimale windkracht 8 en flinke hoosbuien hebben ze het pittig. Tekst en foto's: Sven Prins i il Waar ze normaal gesproken o zo graag op één poot staan te slapen, is dat onder deze weersomstan digheden niet te doen. Sommigen liggen zelfs op de grond om de harde windstoten de baas te kunnen zijn. Het zijn allen 2e kalenderjaar lepelaars, dus geboren in de zomer van 2021. Terwijl ik door mijn telescoop kijk, zie ik dat vaste overwinteraar aYY/NfRP er opnieuw niet tussen staat. aYY/NfRP, oftewel aluminium-geel-geel/zwarte vlag-rood-lichtblauw is één van onze geringde projectvogels, en een van de 150 lepelaars die besloten hebben om de winter in Nederland door te brengen. Het interessante aan deze lepelaar, geringd in het voorjaar van 2016 in het Noord-Hollandse Onderdijk, is dat deze vogel voor heen naar Zuid-Europa trok om daar te overwinteren. In datzelfde najaar van 2016 vloog hij via het Spaanse Badajoz richting Zuidwest-Portugal, om daar tot minimaal het voorjaar van 2019 te overwinteren. In het voorjaar van 2019 werd de vogel gezien in het Franse Gironde, en vervolgens door mijzelf te Zierikzee Levensstrijd waar hij foerageerde om vervolgens het laatste stukje van zijn reis voort te zetten richting Noord-Holland en daar aan zijn eerste broedpoging te beginnen. Vanaf de winter van 2019 is deze lepelaar steevast in Nederland gaan overwinteren. Wat maakt nou dat een lepelaar die "s winters veilig en droog in het warme zuiden zit er voor kiest om in Nederland de kou te trotseren? We weten dat voedselaanbod en rust de belangrijkste factoren zijn bij zo'n keuze. Het scheelt bovendien ruim 3700 kilometer per jaar vliegen. De winters zijn ook niet meer zo streng als vroeger, die paar koude dagen in 2021 heeft deze lepelaar namelijk ook goed doorstaan. Met alle ervaring die deze vogel heeft opgedaan wist hij vorig jaar winter de beste plekken te vinden waar nog voedsel te vinden was (voornamelijk stekelbaars, jonge platvis en garnalen), gevolgd door een hoop onervaren jonge lepelaars in zijn kielzog. Ik zette mijn zoektocht voort naar de Duinzoom in Haamstede, een andere geliefde plek van deze lepelaar. Ook hier geen succes. 21

Tijdschriftenbank Zeeland

Sterna | 2022 | | pagina 11