Zuid-Bevelandse kerken I Nisse Nisse en Kloetinge 3 De Hervormde Kerk te Nisse. leder schrijft op zijne wijze. En die wijs houdt weer verband met de tijd. Anno 1979 zou niemand meer een artikel, dat toch min of meer een verslag van een restauratie is, op deze manier beginnen. Het gaat over het middeleeuws beeldhouwwerk in de Hervormde kerk van Nisse. ,,Te midden van het natuur- schoone polderland van Zuid-Beveland, verscholen achter 't lommer der boomen, ligt een klein dorpje met groote kerk en spitsen toren. De dijken kronkelen er omheen, vele met breede rijen boomen beplant. De groene weiden, de weelderige akkers, de boerderijen met haar wit omlijste zwarte schuren, de wegen als slingerpaden, geven te zamen vele en rijke afwisseling in het schilderachtige landschap." De schrijver, Jacob Por, verhaalt dit in 1921 in het Oudheidkundig Jaarboek. De (Petrus) M. P. DE BRUIN FOTOGRAFIE: WIM RIEMENS kerk te Nisse werd toen gerestaureerd door H. van de Kloot Meyburg en deze verzocht aan de heer Por het schilderwerk in de oorspronkelijke toestand terug te brengen. Hoewel niet met zoveel woorden gezegd viel onder het schilderwerk ook de gepoiichromeerde sculptuur. Daartoe behoorden de apostelbeelden, de apostelkoppen, de wapenschilden en de graden en gordingen. Por zegt hiervan: „Het beeldhouwwerk is niet een los voorwerp, dat in de kerk geplaatst is, maar vormt een geheel met de architectuur. In vorm en kleur zijn de beelden het rijkst bewerkt, maar door de versiering der graden en gordingen worden ze tot een geheel verbonden. Uit de hoekpunten der koorafsluiting, en zijdelings boven en in 't midden tusschen de vensters stijgen de graden op en worden te halver hoogte en in 't midden door de gordingen gekruist. De graden en gordingen zijn dooreen pijlvormige verdeeling, afwisselend in blank, rood en zwart, of alleen blank en zwart gepolichromeerd. Deze bij de graden schuin naar boven oploopende, en bij de gordingen voorwaarts schuivende lijnen der versiering geven aan het gewelf beweging en leven." Op deze in vaktaal gegeven beschrijving komen wij nog terug. Eerst de indruk, die het dorp en de kerk, maar vooral het interieur van de kerk op de tegenwoordige beschouwer maakt. Zelf heb ik al heel wat keren de kerk bezocht. Vroeger kreeg je dan de sleutel mee, maar dat kan tegenwoordig niet meer. In de consistorie schrijf je je naam in het boek. Dan kom je in het koor. Het is er stil. Het is er licht. Wanneer je je zonden hebt bepeinsd, kijk je naar de zijbanken en dan naar de bekapping. De preekstoel is zo rijk versierd, die bewaar je voor het laatst. Hoewel het koor vrij hoog is ontdek je de apostelbeelden. Deze zijn om precies te zijn 85 cm hoog. Apostelen De apostelen hebben in de geschiedenis der christelijke kerk een zeer grote rol gespeeld. Zij werden in de rij der heiligen opgenomen. Een moderne vertolking van de plaats der apostelen heeft Nijhoff gegeven in het pinksterspel „Des Heilands Tuin". Ter vergelijking met de middeleeuwse voorstelling worden hier de getuigenissen van Nijhoff weergegeven. Maria zag in een groots visioen het gebouw der kerk en Petrus begint op deze wijze: vloeren stenen dak O zuster, welk een huis Hoe gaarne bouwde ik mede Maar ik, die hem verloochend heb, ik ben onrein. Ik ben ten hoogste in staat de vloer van 't huis te zijn, en dit slechts, broeders, als gij bijstand wilt verlenen, (de apostelen geven elkaar de elementen door) (Jacobus) Petrus, wees gij de vloer, dan zal ik zijn de stenen waaruit Hij muren zal doen rijzen naar Zijn wil. Maar ik ben te wetmatig, te afgepast, te kil om tot meer dan de muren mee te kunnen werken. (Andreas) Jacobus, wees gij muur, dan ben ik 't dak der kerke. Want zo ben ik: ik stijg verlangend hemelwaarts, om halfweegs, bij de nok, bevangen door iets aards, terug te buigen tot vanwaar mijn binten kwamen. deur toren Filippus) Andreas, wees het dak, dan zal ik zijn de ramen waardoor het heilig licht in de kerk binnendaalt, licht dat ik niet bevat, hoewel het mij doorstraalt, wit licht, waarvan mijn vensters de gebroken kleur zijn. (Thomas) Filippus, wees de ramen, dan zal ik de deur zijn. Want mijn hart ging eerst open voor 't geloof, nadat o mijn Heer en mijn God! het zich gesloten had. In twijfel op de drempel staan schijnt mij beschoren. Bartholomeus) Thomas, wees gij de deur, dan zal ik zijn de toren. Van heinde en ver strek ik de mensen tot een gids. Maar ik, eenzelvige, blijf als een torenspits tussen wolken en vogels aan mijn volk onttrokken. Kerk en toren van Kloetinge, met het lindenlaantje.

Tijdschriftenbank Zeeland

Bulletin Stichting Oude Zeeuwse kerken | 1979 | | pagina 3