16 dij, het oerbegin der stad, vatte op ver schillende plaatsen vlam: de abtswo ning en de refter, de Oude en Nieuwe Statenzaal, de woning van de commis saris der koningin, het polderhuis en het hotel De Abdij brandden af; de voormalige kanunnikenwoningen waarin het depot van het rijksarchief gevestigd was liepen aanzienlijke scha de op maar konden behouden worden", aldus De Bree in Zeeland 1940-1945. In het voorbericht van zijn Monumenten van Middelburg zegt Unger dat de branden in korte tijd een belangrijk deel der oude stadskern vernietigde. "Het historisch stadsbeeld der middeleeu wen, voorzover in het stratenplan nog voortlevend, werd voor een groot deel verwoest; één derde doch welk een derde - der op de gemeentelijke mo numentenlijst vermelde gebouwen werd óf zwaar beschadigd óf ging ge heel verloren". De Bree nogmaals: "het abdijcomplex, dat in schoonheid de indrukwekkendste abdijen en kloosters van de latijnse landen evenaarde, was barbaars ge schonden, Verder was de Nieuwe Kerk uitgebrand, de Koorkerk zwaar be schadigd. De Lange Jan, tussen beide was schier onherkenbaar verminkt; de torenstomp leek het gigantisch model van een granaathuls". 1953 Eigenlijk is het ongelovelijk in het ar tikel van ir. H. de Lussanet de Sablonie- re uit 1953 over de restauratie van de abdijkerken te lezen hoe goed het her stel van gebouwen en interieur is ge slaagd, toen al. De architecten H. van der Kloot Meyburg en ir. A. Rothuizen worden lof toegezwaaid. Hierin worden opmerkingen gemaakt die op de ar chitectuur van het gehele complex een merkwaardig licht werpen. "Lag bij de Gothische kerken en basilieken in ons land de toren vrijwel steeds vóór de westgevel en bepaalde deze nog eens te meer de gerichtheid op het oosten, hier heeft men bewust dit systeem niet toegepast. De Lange Jan werd geplaatst tegen de zuidgevel van het koor, zodat de zon de schaduw van zijn spits deed strijken over de gehele uitgestrektheid van het klooster van de morgen tot de avond". Jan de Meyer was de architect van de vernieuwde Lange Jan. In het artikel van De Lussanet valt ook te lezen dat het een gelukkige gedachte is geweest de best bewaarde grafzerken en het monument van de Evertsens, dat in de Nieuwe Kerk niet gehandhaafd kon worden, in het middelkoor - de "tussenkerk" - bijeen te brengen, een "gedachteniskapel" als het ware. Ge roemd wordt de "versiering van de wanden in de Koorkerk, enerzijds door de oude indeling der muren met lise nen en lijsten, bogen en friesen, welke haar functie van hoogkoor der Abdij kerk verraden, anderzijds door het oude grafmonument van Graaf Willem II en de oude grafzerk tegen de overliggende wand opgesteld". De middeleeuwse tegelvoer bestaande uit kleine geel en bruin verglaasde te geltjes, door Frederiks gevonden, werd in ere hersteld en aangevuld. Ingaand op bouw en ligging van de kerken zegt De Lussanet dat het haast vanzelfsprekend lijkt dat koor en schip op het einde der Middeleeuwen tot twee volmaakt gescheiden kerken wer den zonder dat dit eigenlijk veel afbreuk deed aan de ruimtelijke werking. "Inte gendeel, zou men bijna zeggen, want de doorblik vanuit de Nieuwe Kerk naar het koor, die tijdens de laatste restau ratiewerken een tijdlang mogelijk was, heeft geen zodanige verrassing op kun nen leveren, dat men over het weder om sluiten van de scheidingswand tus sen de beide zo verschillende delen veel spijt behoeft te hebben". 1970 De restauratie van het abdijcomplex kan men gevoegelijk op een kwart eeuw stellen. Voor de bouwmeesters van de restauratie, renovatie zo men wil, tekenen prof. ir. J. F. Berghoef en ir. H. de Lussanet de la Sablonière. Zij ontwierpen ook het gebouw voor de nieuwe provinciale griffie. Ir. de Lussanet is de man geweest die gedurende de gehele periode leiding aan het werk heeft gegeven. Binnen niet lange tijd zal van zijn hand een boek over de restauratie van dit mach tige complex verschijnen. Wij kunnen thans de woorden van Unger in zijn Monumenten aanvullen, wanneer hij hoopt dat zijn boek allen die het oude Middelburg hebben gekend en lief ge had, naast de weemoed om wat verlo ren ging voor goed, in woord en beeld vreugde geven bij de opgewekte herin nering aan veel, dat ook hun dierbaar is geweest. In 1980 ziet Middelburg er an ders uit dan vóór mei 1940: er is veel verloren maar ook veel aan schoonheid herwonnen. Detail restauratie beeldnis boven Balanspt tijd van Frederiks.

Tijdschriftenbank Zeeland

Bulletin Stichting Oude Zeeuwse kerken | 1980 | | pagina 16