15
Grondplan (bouwperioden en ligging beschilderde graven; zie J. van Hinte: 1000 jaar Sint Baafs Aardenburg. Aardenburg, 1969, blz. 14-15)
articulering door middel van platte steun
beren, terwijl de nieuwe absidiolen, dit
maal veelvlakkig gebroken, niet enkel
aansloten bij de koorruimte doch ook met
het dwarsschip in verbinding stonden.
Geplaatst in de kooroksels en in dezelfde
lijn met de gevels van het dwarsschip
bood de oostpartij een toepassing van het
systeem van overhoeks geplaatste kapel
len, voorkomend bij een relatief groot
aantal bedehuizen, vooral buiten de gren
zen van het oude graafschap.
Dit systeem van diagonaalgeplaatste ab
sidiolen mag noch alstypisch romaanse,
noch als kenmerkend vroeggotische aan
leg worden beschouwd: iconografisch
gaat dit zelfs terug tot vroeg romaanse en
laatantieke voorbeelden, waarbij de ont
wikkeling zou kunnen zijn uitgegaan van
een gehalveerde centraalbouw met ra
diaal opgestelde absiden. Derhalve is het
niet zo zeker dat de oorsprong van de
diagonaal opgestelde absidiolen die en
kele kerken uit de eerste helft van de Xllle
eeuwin Doorniken hetgraafschapVlaan-
deren, al dan niet onder enkelvoudige of
samengestelde vorm, kenmerken, recht
streeks door Franse voorbeelden werden
geïnspireerd.
De gedrukte ruimtelijke verhoudingen,
bepaald door overheersend horizontale
wandgeledingen, heeft de Sint-Bavokerk
met de meeste bedehuizen van de Schel-
degotiekgemeen. Ofschoon gedurende
het tweede kwartaal van de Xllle eeuw in
enkele van deze kerken een tendens tot
vertikalisering valt waarte nemen, met
name door de arcaden-, triforium- en
lichtbeukzone door middel van muur
schalken in vertikale velden op te delen
blijft toch een gedrukte ruimtewerking
hetgemeenschappelijk kenmerk van de
Scheldegotische kerkenbouw. Vooral in
kerken uit het eerste kwartaal van deze
eeuwen bijzonder bij die delen van de
Noordwand van het middenschip en binnenzijde van de westgevel (over de volledige hoogte)