4 Het pleintje van St. Anna. Op de achtergrond Sluis. Tussen Sluis en St. Anna stroomde het Zwin. Nader met aandacht tot dit groene plein, Een kleine weide onder lage boomen. Hier is de rust zoo jong en zoo volkomen Als lentewind en najaarszonneschijn. Hier is het oude en het havelooze Der dingen tot een nieuwe levensstaat Geworden, als in een verwoest gelaat 't Herboren kinderlijke; het beschroomd liefkozen Van een blind lachen gaat vervoerend om. Er is een huis met vreemde breede ramen, Een tuin vol bloemen, ouderwetsch van namen, En binnen, eenzaam in zijn heiligdom, Heeft een de schoone luwte van dit leven, Als visioen verbeeld en uitgeschreven. Toren, kerken woningen van St. Anna ter Muiden werden in de eerste periode van de tachtigjarige oorlog (1580-1600) voor een grootdeel verwoest. De huidige kruisingstoren is het restant van een grote toren en kerk en heeft waarschijnlijk als baken gediend voorde zeelieden, evenals de Sint Lamberttoren van Cadzand, om hen de weg te wijzen door hetZwin naar Brugge. De toren dateert vermoedelijk uit heteinde van de 13eof begin 14eeeuw. Hoewel de kerk van St. Anna diverse keren rooms en protestant is geweest- het kleine stadje was echt een grensgeval - werd de eerste steen voor het huidige tegen de toren aangebouwde kerkje gelegd in 1653. De ontvangstdooren de uitleg in de kerk van de archivaris, de heer W. J. Visser, was hartelijk en interessant. Hij had ten behoeve van de excursisten een tentoonstelling van allerlei archiefstukken en foto's gemaakt. De archivaris wees erop, dat het huidige kerkinterieur is totstandgekomen door de restauratie van dejaren vijftig. De intieme ruimte van dit in verhouding tot de toren zo kleine kerkje is gericht op de protestantse eredienst met accent op de prediking van het Woord. De tocht ging vervolgens langs Sluis via Aardenburg en Waterlandkerkje naar I Jzendijke, een typisch vestingplaatsje uit de eerste helft van de 17e eeuw, hoewel de stichting ouderen de naam één van de oudste dijknamen in Zeeland is (1 Ie eeuw). Kort na de verovering door Maurits gaven de Staten Generaal toestemming voor het beroepen van een predikant (1605). De godsdienstoefeningen werden gehouden in een particulier huis. De huidige kerk- staal van protestantse kerkbouw- werd in 1614 voltooid met dien verstande dat men later door de uitbreiding van het aantal leden genoodzaakt was het kerkgebouw te vergroten tot een langwerpige achthoek (1656). Zie hiervoor de bijdrage van Peter Don, kunsthistoricuste Amsterdam. Het gezelschap werd ontvangen door de heer Fortrei onder de klanken van het fraaie Batz-orgel. Hij ging uitvoerig in op de geschiedenis van de kerk, die merkwaardige historische voorwerpen herbergt. Een herinneringsbord meteen stuk kurken fragment van een ladder(leer) herinnert aan een mislukte poging van de Spanjaarden in 1623om IJzendijkete heroveren. Kurken ladders dienden als middelen om de vestinggracht over te steken. Een opschrift herinnert hieraan: God heeft ghemaect te niet d'aenslagh onzer vianden Waervan men noch hiersiet Kurck en leer 't harer schanden Aan de wand daartegenover hangt een groot tiengeboden bord, dat men in veel van onze protestantse kerken terug kan vinden. Het bord van 1620 wordt gesierd met de wapens van Oranje, de republiek en devesting IJzendijke. Zowel in St. Anna als in I Jzendijke troffen wij een stencil aan metgegevensoverde kerken. Het is een praktijk die gelukkig al in vele kerken ingang heeftgevonden. Prentbriefkaarten zijn ook goede middelen om de herinnering levend te houden. Op het stencil van IJzendijke troffen wij nog aan, dat bij de restauratie na detweede wereldoorlog door de zorgen van de burgerlijke gemeente in het torentje een eenvoudig carillon is aangebracht. "Het is een carillon met de omvang van een volledig octaaf van de fa. Eysboutste Asten. Behalveinde nachtelijke uren strooit dit klokkenspel elk kwartier zijn zuivere klanken over het stadje en zijn verre omtrek. Hetzijn eenvoudige volksliedjes en als de kalender het vraagtgalmen ook kerst-, oranje- en sinterklaasliedjes over de stad en wijde omgeving". Het liedje van half vier waarschuwde het gezelschap dat de tijd was aangebroken om afscheid van de kerkte nemen. Het is een weinig origineel slot maarwelwaar: de donateurs en aanverwanten konden op een welbestede dag terug zien.

Tijdschriftenbank Zeeland

Bulletin Stichting Oude Zeeuwse kerken | 1981 | | pagina 4