Een paar algemene aspecten
van onze oude kerken
Causerie door Dr. C. A. van Swigchem
6
terwijl ook van de Vereniging Dorp, Stad
en Land een jubileumgift werd verkregen.
Doorde belangrijke bijdragen van het
Prins Bernhardfonds envandegenoem-
de vereniging, kon de Stichting het her
stel van het exterieur beginnen. Het werk
werd opgedragen aan aannemingsbedrijf
Huurman uit Delft en de firma Jobse uit
Middelburg, welke beide bedrijven het
exterieur, dak, dakgoten, ramen en alles
wat daarbij behoort op vakkundige wijze
hebben hersteld. Van dezijdevan de
Stichting werd doorde heer Geelhoed het
deskundige toezicht op zich genomen.
Deze eerste phase is thans, op enkele klei
nigheden na, afgerond. Een bijzondere
reden voor ons tezamen met ons 5-jarig
bestaan dit toch wel in onze korte historie
belangrijke feit in Zierikzeete vieren.
Voor de komende periode staan wij voor
de vraag hoethansverderte handelen;
immers het interieur van de kerk moet
nog geheel worden gerestaureerd. Daar
van heeft het lid van ons bestuurde heer
Joorman, architect van het bisdom Bre
da, in overleg met de heer Geelhoed een
voorlopig plan gemaakt. Ook de uitvoe
ring daarvan zal nog vele miljoenen ver
gen het probleem zal zijn deze bedragen
bij el kaar te krijgen. Ik wees U er reeds op,
dat de subsidiekraan bij de Overheid in de
naaste toekomst minder rijkel ijk zaI
vloeien. Toch menen wij een beroep, in
de eerste plaats, op de Rijksdienst Monu
mentenzorg te doen. We hebben hierte
makenmeteennu eenmaal begonnen
restauratie-werk. Het zou doodzonde zijn
om het kerkgebouw thans, misschien ve
le jaren, in deze onafgemaakte toestand
te laten liggen, terwijl er reeds 2,3 miljoen
aan besteed is. Bovendien zou hetge-
bouween goede bestemming kunnen
krijgen, nu bij de Kerkeraad van Zierikzee
het voornemen bestaat, om na algehele
restau ratie de kerk weer voor de eredienst
te gebruiken. Een betere bestemming is
niet denkbaar, hetgeen niet het gebruik
van het kerkgebouw voor andere passen
de doeleinden in de weg hoeft te staan.
Financieel zullen ook grote problemen
voor de Stichting ontstaan. Immers zelfs
indien op royalewijze van overheidswe-
gezou worden gesubsidieerd,zouden
voorde Stichting nog, aanmerkelijk niet
door de subsidie gedekte kosten blijven
bestaan. Het opnieuw of voor het eerst
benaderen van bijzondere daarvoor in
aanmerking komendefondsen, zal niet
achterwege kunnen blijven. Daarnaast is
financiële maar ook morele steun van de
zijde van onze trouwe leden onontbeer
lijk; vooral ook uitbreiding van ons dona
teursbestand is harde noodzaak.
Van Uw morele steun zijn wij overtuigd,
gezien de toenemende belangstelling
voor een dag als vandaag.
Wij zijn U daarvoorookzeererkentelijken
het is een stimulans voor het bestuur om
op de ingeslagen weg door te gaan.
Een donateursdag van de Stichting Oude
Kerken biedteen goede gelegenheid de
genen die tot de Stichting bijdragen iets
te laten zien van onze kerken en kerkres
tauraties. Het horen komt daarbij op de
tweede plaats. Een uitgebreide toespraak
ligt dan ook niet in de bedoeling. Slechts
eenpaaralgemene aspecten zullen in de
ze causerie naar voren komen.
Vooraf een gelukwens in verband met de
geslaagde restauratie van een jong mo
nument. Waarom zouden de jonge kerken
altijd moeten achterstaan bij de oude?
Dat 'oud' een betrekkelijk begrip is weet
ieder uit persoonlijke ervaring. Een
schoolkind vanlOjaar vindt iemand van
30 jaar 'oud'; iemand van 40 jaar zal, als
hij denkt aan de generatie boven hem,
zich zelf nog jong vinden.
'Dejeugd heeft de toekomst' iseen gezeg
de, dat voor oude kerken niet op gaat. Het
kost vaak moeite om kerken van na 1830
op de Monumentenlijst geplaatst, of ge
restaureerd te krijgen, en in het alge
meen, om ze, a Is ze dat verdienen, voor
het nageslacht te behouden. Des te ver
heugender is het, dat het voor Zierikzee
gelukt is om de Nieuwe Kerk uit 1848 te
redden. Dit is voor degenen die zich hier
voor hebben ingespannen een geluk
wens waard. Tevens is het een stimulans
voor hen diezich nu verderzullen moeten
beijveren om de kerk inwendig te restau
reren en voorgebruik, hoe men zich dat
ook denkt, geschiktte maken.
De oudste kerken
Het ligt voor dehandaan te nemen dat de
kerkgebouwen zo oud kunnen zijn als de
kerkgeschiedenis eeuwen omvat, zo oud
dus als het Christendom zelf. Dat is dus
heel oud. In uitzonderingsgevallen zijn ze
zelfs nog ouder. Wie in Syracuse de
hoofdkerk bezoekt, ontdekt zonder moei
te dat er een antieke tempel in 'verpakt' zit
(een Dorische Minervatempel uit de 5e
eeuw voor Christus).
Om dichter bij hu is te blijven: Onder de
N.H. kerk te Eist in de Betuwe heeft men
bij de restauratie na de tweede wereld
oorlog de restanten aangetroffen van
maar liefst twee Romeinse tem pels. Het is
niet het enige geval waarvan we mogen
aannemen, dat het eerste christelijke
kerkje gebouwd werd op de traditionele
plek van een al eeuwen bestaand heidens
heiligdom, wellicht met gebruikmaking
van iets van de oude constructie.
Als we kijken naar de middeleeuwse
hoofdstad van het westerse christendom,
Rome, zien we ook daar voorbeelden van
kerken die als gebouw stammen uit de
voor-christelijke oudheid. Het bekendste
is het Pantheon. De overname daarvan
voor christelijk gebruik was eerst moge-
lijktoen het christendom al eeuwen be
stond. In de vroegste periode was er im
mers van een openbare godsdienstoefe
ning geen sprake. De christenen kwamen
toen bijeen in wat wij huiskerken zouden
kunnen noemen.
De hele geschiedenis van het christen
dom blijven ze bekend: de huiskerken en
de 'overgenomen' kerken. De huiskerk
past, om zo te zeggen, bij de kleinste een
heid van het gemeenteleven. Telkens in
de geschiedenis zien we de huiskerk om
verschillende redenen en in verschillende
vormen verschijnen als een soort van ba
siselement. Dat kerkgebouwen in andere
handen terecht kwamen, is overal ge
beurd waar gemeenten of delen van ge
meenten 'overgingen'. Sedert de refor
matie levert de geschiedenis een over
vloed aan voorbeelden op. Onnodig te
zeggen dat zo'n overgang om meer dan
één reden een pijnlijke aangelegenheid
kon zijn.
De heilige plaatsen van het christendom
Tot de belangrijkste kerken die nieuwge
bouwd werden nadat onder Qonstantijn
de Grote omsreeks het jaar 313 de staat
daartoe toestemming had gegeven, be
horen de kerken van de 'heilige plaatsen';
de geboortekerk te Bethlehem, de opstan-
dingskerk bij Jeruzalem, de grafkerk van
Petruste Rome, en andere. Ook in Con-
stantinopel, de nieuwe hoofdstad van het
Romeinse Rijk, werden belangrijke ker
ken gebouwd. In die periode werd de
kiem gelegd vooreen tweedeling tussen
een oosters rijk, Byzantium, metde
Grieks-orthodoxe kerk, en een westers
rijk, met de Rooms-katholieke kerk.
De kerken van de heilige plaatsen- het
complex van de opstandingskerk te Jeru
zalem was het duidelijkste voorbeeld-
waren gebouwd voorde specifieke func
tie van godsdienstige bijeenkomsten vlak
bij de heilige plaats en het bezoek aan de
heilige plek zelf. Het waren bij uitstek ker
ken waarde nagedachtenis aan het lijden
en sterven van Christus, als Heer van de
Kerk levend werd gehouden door bijzon
dere vieringen; en evenzo die aan het le
ven en de dood van een apostel, een mar-