De Hervormde Kerk van 's Heer Arendskerke 9 Een andere bijzonderheid van de kerk is het houten tongewelf in het zuiderkoor. Dit is een tongewelf wat als weinig andere in Nederland, nog dateert uit het begin van de 14de eeuwen nog steeds in een vrij originele vorm aanwezig is. De twaalf apostelbeelden, U zieteraan iedere kant in de zijbeuken onder de over kapping zes stuks, zijn ook zeer de moeite waard. U vindt dergelijke beelden in deze vorm in Zeeland verderalleen nog in Nis- se, Kloetingeen Brouwershaven.Zezijn aangebracht in de tijd dat het kerkschip z'n huidige vorm kreeg, omstreeks 1480. Tevens zitten in de vier hoeken van het middenschip helemaal bovenin, vier der gelijke beelden uit dezelfdetijd. Deze beelden geven een voorstelling van de vier Westerse kerkvaders, die op symboli sche wijze het dak van de kerk dragen: Gregorius, Hieronymus, Ambrosius en Augustinus. Ookwil ik Uwaandachtvesti- genopdepilarendieUin deze kerk ziet en die in het gebouw een tamelijk overheer sende rol spelen. Let U vooral op de kool bladkapitelen aan de bovenkant van deze pilaren en dan speciaal op het verschil tussen de kapitelen aan de pilaren in het kerkschip en die aan de pilaren tussen het noorder- en het zuiderkoor. U zult daar aan kunnen zien dat de pilaren tussen de beide koren honderd jaar jonger zijn dan die in het kerkschip. De pilaren tussen Noorder-en Zuiderkoorzijn aangebracht toen het Noorderkoor aangebouwd is. Misschien de grootste bijzonderheid van de kerkzijn de beide koorbanken. Zestaan tegen de gevel in het noorderkoor en zijn in de kerk aanwezig sedert het jaar 1503. In dit jaar is de kerk van Kapel Ie tot kapit telkerk verheven. Datwil zeggen dat er vanaf die tijd een kapittel van kanunniken onder leiding van een deken aan de kerk verbonden was. Hoe bijzonder was dat nu? De kapittelkerk in de middeleeuwse katholieke kerk was een bepaald instituut en kwam hier te lande van oorsprong voor in de Domstad Utrecht, waar een vijftal kapittelkerken waren. Verder waren er vijf kapittelkerken in de moederkerken in het oosten van het land en dan zijn vanaf 1296 op 27 plaatsen in het diocees Utrecht nog kerken tot kapittelkerk verhe ven. In de periode van ruim twee eeuwen, van 1296 tot 1503, waren dat 27 kerken op een totaal van meer dan duizend in het hele diocees Utrecht. De laatste van de 27 kapittelstichtingen was Ka pel Ie. In heel Zeeland waren acht kapittelkerken: de Noordmonster en de Westmonster in Middelburg, West Souburg, Veere, Zierik- zee, Sint Maartensdijk, Reimerswaal en de achtste in Kapelle. Het enige tastbare bewijs wat er van de kapittelstichting is overgebleven, zijn de koorbanken, vandaar de grote historische waarde hiervan. Ten aanzien van de koorbanken wil ik U nog iets zeggen wat misschien een beetje karakteristiek is voor de tijd waarin het zich afspeelde en het is ook een primeur dat U dat op dit moment hoort. Nog maar enkele maanden geleden hebben we nog eens alle notulenboeken van de vergade ringen van kerkvoogden en notabelen uit de vorige eeuw doorgelezen en hierin kwamen we in 1897 een merkwaardig voorval tegen. Het was een jaar nadat er een restauratie klaar kwam. De wijzigin gen van 1894, waarbij men onder andere de grafzerken tegen de muur had ge plaatst, bleken een zodanige miskleun ge weest te zijn dat men in 1896 weer de hele zaak op z'n kop zette en één van de dingen waar men toen mee zat, was dat men geen plaats meer wist voor de koorban ken. Deze pasten niet meer in het inte rieur. In de vergadering van kerkvoogden en notabelen werd heftig gediscussieerd. "Wat moeten we met die ouwe banken", want zo werden ze toen betiteld. Het colle ge bestond uit negen personen en men ging er over stemmen. Er was namelijk één of andere antiquair die het wel zag zitten endiewildedebanken wel kopen. Van het college waren erviervóórde ver koop en vier er tegen. De negende man had een helder ogenblik en zeilaten we verstandig zijn en ze voorlopig opbergen. Dan kunnen we later nog wel eens zien wat we er mee doen. En zo is het een grote toevalligheid dat U vandaag de dag de koorbanken nog in de kerk aantreft. Nog iets overde laatste restauratie in de periode 1963-1967. In de loop van de eeu wen zijn er vele restauraties geweest, maar de laatst uitgevoerde was een zeer ingrijpende, zowel wat het uitwendige als G. J. LEPOETER Het is de tiend lijst van 1275-1280, waarin de kerk van 's Heer Arendskerke, als "Ec clesia Arnoldi" voor het eerst officieel wordt genoemd. De parochiestichting, als afsplitsing van Wissekerke, is hoogst waarschijnlijk te dateren omstreeks 1200. Hetgebied van 's Heer Hendrikskinderen, Wissekerke en 's Heer Arendskerke is de streek waar in die periode het geslacht van Schenge lange tijd toonaangevend geweest is en heer Arend, aan wie de kerk haarnaamdanktenvanwiede dotatie afkomstig geweest zal zijn, zal vrijwel ze- kertot dit geslacht behoord hebben. In een oorkonde uit 1198 voor de Middel burgse abdij komen "Arnoldus et Henri- cus de Scinge, frater eius" voor als getui gen van graaf Diederik VII. Zij kunnen zeer wat het inwendige van de kerk betreft. Eén van de belangrijke, erg goede dingen die tijdens deze restauratie gebeurd zijn, is dat het grote houten schot wat in de triomfboog heeft gestaan en het hele koor afsloot, opgeruimd is. Men heeft nu bij het binnenkomen van de kerk weer het gezicht op het volledige interieur. De tota le ruimtelijke werking van het gebouw is hiermede bijzonder opgeknapt. Eénvandedingendie we ook kunnen toejuichen is, dat de hoofdingang, zoals dat vroeger ook geweest is, terug ge bracht is onder de toren. Een klein stukje vandeoude symboliek komt hiermee weerterug. Een zaak die we mijns inziens ten aanzien van de restauratie kunnen betreuren - en hiermee kom ik dan nog even terug op het verhaal van professor van Swigchem van vanochtend- is dat de dooptuin verdwe nen is, de dooptuin die hier vroeger rond om de preekstoel stond. De beslotenheid is opgeofferd moeten worden aan het moderne "open liturgisch centrum". Be paalde gedeelten van de dooptuin zijn op enkele plaatsen in de kerk nog wel terug te vinden, maar het verband en de een heid zijn uiteraard zoek. Het orgel in deze kerk dateert uit 1866 en werd in dat jaar nieuw gebouwd door de firma Batz Co uit Utrecht. De akoestiek van het gebouw zorgt ervoor dat het bij zonder goed tot zijn recht komt. Tenslotte: twee jaar geleden is in op drachtvan de kerkvoogdij een boekje over de kerk samengesteld, wat in kort bestek een veelheid van facetten belicht en wat rijk geïllustreerd is. Het is te koop voor een prijs van 8,50. goed de stichters van de kerken van res pectievelijk 's Heer Arendskerke en 's Heer Hendrikskinderen zijn geweest. De invloed van de ambachtsheren van 's Heer Arendskerke indeomgevingisge- durende de eerste eeuwen van het be staan van dezelfstandige parochie, be slist erg groot geweest. Wijzen we wat dit betreft alleen maar op de ongewone en omvangrijke rechten van de heren van 's Heer Arendskerke, op grond waarvan niet alleen de aanwassen dicht bij de 's Heer Arendskerkse kust, maar verder alle opwassen tussen Wal cheren en Zuid-Beveland, zowel alstus- sen Zuid-Beveland en Borssele, aan hen toekwamen. Men heeft deze rechten wel willen afleiden uit een oorkonde van graaf

Tijdschriftenbank Zeeland

Bulletin Stichting Oude Zeeuwse kerken | 1981 | | pagina 9