21
Monument Barwell
hervorming grote altaarconstructies
gestaan en heeft men, na de, naar wij
mogen aannemen, hardhandige
verwijdering ervan, de muren
inderhaast weer opgelapt.
Er moet rekening mee worden
gehouden, dat de pilaren (op vier na,
aan de noordzijde van het schip), al
het beeldhouwwerk van de kapitelen,
het muurwerk boven de scheibogen
en alle houten daken een recon
structie zijn van na de brand.
In steen overwelfd zijn alleen de
kapellen van het schip, al het overige
is overdekt door houten tongewelven,
die sinds 1954 weer lichtblauw
geverfd zijn, wat, gezien de te geringe
lichtval in het schip, een enorme
verbetering is gebleken.
Een bescheiden polychromering van
de gewelfribben geeft, met de door
wijlen de heer Gerhard Jansen
vervaardigde ster-rozetten, een
kleurig accent, dat juist dit interieur
zo goed kan gebruiken.
Evenzeer als het te lage middenschip,
is het onvolgroeide koor een schoon
heidsgebrek van deze kerk, waardoor
zij zich uiteindelijk architectonisch
toch niet met Rotterdam kan meten.
Kloosterman, die wij hier uitvoerig
hebben geciteerd, noemt het kerk
gebouw een unicum in de kunst
geschiedenis.
Het kerkkantoor met toegang
Aan de zuidzijde van de kerk is na de
jongste oorlog het kerkkantoor
herbouwd. De toegang naar het
kantoor en tevens naar de zuidelijke
kooringang wordt gevormd door een
zandstenen poortje uit 1654. Het
heeft een driehoekige vorm in
klassieke stijl. Dit monument, dat tot
1911 de toegang vormde van de
voormalige Engelse kerk, stond
voorheen tegen de eindgevel van het
noorderdwarspand.
Het orgel
Het eerste orgel, dat na de Reformatie
in de Sint-Jacobskerk boven de
hoofdingang werd geplaatst, werd in
1 690 geleverd door de Vlaamse
orgelbouwer Cornelis Ramault. In de
loop van de 1 8e eeuw ontstond
behoefte aan een groter orgel, dat in
1 765/69 door de Vlissingse orgel
bouwer Albertus van Os werd
geplaatst aan de oostzijde in het
smalle gedeelte van het koor. Beide
orgels alsmede een klein orgel dat in
1792 was gebouwd door de Middel
burgse orgelbouwer Frederik van de
Weele en bij de Engelse gemeente in
gebruik was in het afgescheiden
noordelijke gedeelte van de kerk,
gingen bij de brand van 1911
verloren.
Bij de wederopbouw van de kerk
werd door de firma Van Dam uit
Leeuwarden een nieuw orgel
gebouwd op een nieuwe galerij tegen