6 Interieur van schip en koor van de kerk te Averbode met het hoog koor en 1 7e-eeuwse altaren, gewijd aan Sint-Catharina en Sint- Laurentius. Hoofdaltaar te Averbode, uitgevoerd door Bayar naar ontwerp van Feuillin Houssar. plaats gebouwd is. De vorige drie zijn óf door de bliksem getroffen óf door 'oorlogsgeweld vernield. De eerste steen voor de huidige kerk werd op 31 juli 1664 gelegd, maar men kreeg tegenslagen te incasseren, doordat een deel van de nieuwbouw in 1668 instortte. Niettemin kon op 1 1 juli 1672, op het feest van St.-Norbertus, tijdens Abt Servaas Vaes, de kerk in gebruik genomen worden; architect was Jan van den Eynde II uit Antwerpen. De toren werd in 1700 voltooid; wij konden hem niet goed bekijken, omdat hij door steigerwerk groten deels niet te zien was. Tot de Franse Revolutie hing er een beiaard van 36 klokken in, gegoten door de gebroeders Hemony uit Amsterdam. In 1819 verhuisden dezen naar de grote Kerk van Hoei op één klok na, die in Averbode achterbleef. Tussen 1969-1978 is de kerk gerestaurererd. Op 19 mei 1976 werden in de voorgevel de nieuwe beelden van Johannes de Doper en Norbertus geplaatst, boven het westelijk raam staat in een wat renaissance-achtig nisje de Madonna, want de kerk is toegewijd aan Haar en St.-Jan, het beeldhouwwerk is van J. Keustermans. Op de torenpeer - zo las ik - staat geen haan of kruis, maar een verguld lam met wimpel, het heraldisch embleem van de Abdij. Interieur We gingen om kwart vóór twaalf door de bijzonder mooie ingang de kerk binnen om een Requiem-mis voor een enige tijd geleden overleden Broeder mee te maken. Het is moeilijk voor mij om hierover verslag te doen, omdat een ieder ongetwijfeld zo'n gebeurtenis weer anders beleeft. Glaszuiver klonken de stemmen van de Prior en de Broeders omhoog in het koor. „Hier aarden zij, die zingen van het Licht", zei Hanna Kirsten, sprekend over Averbode. Hoe het zij: deze Mis maakte op velen van ons indruk. In een Abdijkerk valt altijd het hoofd accent op het koorgedeelte, waar het licht, dat er bij ons bezoek door speelde, nóg meer ruimte suggereerde. Een groot orgel van Hipoliet Loret uit Laken bedekt geheel het grote venster aan de westkant, wat het kleine kerkschip wat donker maakt. „Wij hadden als kinderen in de kerk veel te zien", zal Bomans later zeggen, terugziend op zijn jeugd. Hier is dit ook het geval. Twee 1 7e- eeuwse marmeren altaren met houten beelden, toegwijd aan St.-Catharina en St.-Laurentius, sluiten de koor ruimte enigszins af. Rijk gebeeld houwd is het koorgestoelte van Octaaf Herry (tussen 1667-1672 gemaakt); er zijn 72 koorplaatsen, op de leuningen engelenkopjes, in de diepe nissen van het rugpaneel Heiligen en Zaligen uit de geschiedenis van de Orde. Bovenop de kroonlijst staan vuurpotten met vergulde vlammen, symbolen van het gebed. Uit 1681 dateren de zetels van de cantores en de lezenaar met de symbolen van de vier Evangelisten (engel, leeuw, os en adelaar) onder op de voet, werk van de hand van Jan van den Steen. We stonden allen met Broeder Jacques vol bewondering in het koor en keken naar het hoofdaltaar, tussen 1 753-1 757 uitgevoerd door Bayar, naar ontwerp van Feuillin Houssar uit Namen. Alles is van marmer, behalve de beelden van de middengroep, waar Maria uit Haar graf wordt opgewekt en door de Drieëenheid opgewacht; op schilden staan teksten uit het Hooglied en de Openbaring. Vanzelfsprekend bevindt zich onder het Hoogkoor een crypt, waar eertijds Engelenkopjes sieren de leuningen van de 72 koorplaatsen.

Tijdschriftenbank Zeeland

Bulletin Stichting Oude Zeeuwse kerken | 1983 | | pagina 6