Biggekerke 10 Fragment van wit marmeren communiebank, toegeschreven aan Artus Quellimus de Jongere. iets, dat hem niet bepaald populair maakte bij de Nederlandse edelen. Aangezien hij ook nog een rol gespeeld heeft bij de instelling van de Raad van Beroerten, de gehate Bloed raad, is het plezant, dat de man daar nu zo rustig ligt. Een geheel andere figuur was Desideratus, Kardinaal Mercier (1851-1 920), ook aartsbisschop van Mechelen. Hij heeft een eigen kapel in de noorderzijbeuk. Op een zwart marmeren grafmonument ligt zijn bronzen beeltenis uitgestrekt, ontworpen door een Poolse Capucijn. Een inscriptie herinnert aan de Mechelse Gesprekken, die gedurende de vijf jaren 1 921 -1 926 gevoerd werden tussen de Anglicaanse en Rooms-Katholieke kerk, een initiatief, dat vroeg van een oecumenische gezindheid getuigt. Beroemd is hij ook geworden door zijn herderlijke Brieven en correspondentie, die hij met Duitse bisschoppen gedurende de eerste Wereldoorlog voerde. In 1491 riep Filips de Schone, als voorzitter, het kapittel van het Gulden Vlies in de St. Romboutskathedraal bijeen. In één van de kapellen van de kooromgang zijn de blazoenen van de ridders, die toen aanwezig waren, te zien. Op de terugweg was een ieder warm, moe, en op enkele welgemeende dankwoorden over en weer na, zonder veel conversatie. Dat kon ook niet anders. Want vogels, die zo vroeg zingen, zijn altijd voor de poes geweest. Bronnen: Joseph Delmelle: „Kathedralen en Kapittelkerken in België". (Nieuwe Gidsen van België, No. 8). Uitgave Rossel, Brussel. „De Abdij van Averbode", geschreven door enkele confraters van de Abdij. Uitgave Altiora, Averbode. Alphons W. van den Hurk O.P. (Dominicaan): „De Norbertijnen". Prov. Bibliotheek, Middelburg. Gids van de Sint-Romboutskathedraal Mechelen, voor 20 franken te koop in de kerk. G. J. LEPOETER Op een steenworp afstand van de forse duinenrij langs de Walcherse zuidkust tussen Vlissingen en Zoutelande, waar het in de zomermaanden vaak wemelt van de zon-, zee- en zandzoekers, vinden we het mooiste en gaafste dorpsplein van Walcheren: Biggekerke. En midden op dit dorpsplein, omgeven door een goed verzorgd en onderhouden kerkhof, de puntgaaf gerestaureerde Nederlandse Hervormde Kerk. Tevens één van de weinige kerken op Walcheren die zijn koor heeft behouden. De kerk van Biggekerke is gesticht vóór 1 247; zij was een dochter van de Westmonster te Middelburg en behoorde wat het collatierecht betreft aan de St. Paulusabdij te Utrecht en de O.L.V.-abdij te Middelburg, later alleen aan de St. Paulusabdij. Biggekerke kreeg een dochterkerk te Krommenhoeke, waarvan St. Nicolaas en St. Michael de patroonheiligen waren. De patroonheilige van Biggekerke is niet bekend. De kerk van Krommenhoeke heeft de troebelen van de jaren 1 572-1 574 niet overleefd en het gebied van Krommenhoeke is direct na de hervorming weer samengevoegd met dat van de moedergemeente Biggekerke. Uit het feit dat aan de kerk van Biggekerke twee pastoorsplaatsen waren verbonden, blijkt dat deze als dorpskerk tamelijk belangrijk was. Ook was er een St. Anna-vicarie. Kerk en toren Zeker wat het uitwendige van kerk en toren betreft zien we hier een voorbeeld van een zeer geslaagde restauratie. De zeer grondige restauratie die werd uitgevoerd in de jaren 1 955 tot 1 957, waarbij de toren werd afgebroken tot ongeveer de bovenkant van het kerkdak en hele muurvlakken van de kerk van de grond af opnieuw zijn gemetseld, heeft een bijzonder gaaf resultaat opgeleverd. Aan de zuidzijde van de toren, waar tot 1955 een lelijke aanbouw stond die als consistorie dienst deed, staat nu een weinig opvallende en goed bijpassende traphal. De nieuwe consistorie staat aan de zuidzijde van

Tijdschriftenbank Zeeland

Bulletin Stichting Oude Zeeuwse kerken | 1983 | | pagina 10