Meliskerke 14 Omstreeks 1860 was de beweging van de Afscheiding geleidelijk aan in rustiger vaarwater gekomen, waarvan de synode van 1869 te Middelburg een belangrijk voorlopig sluitstuk vormde. De Zuid-Bevelandse dorpen, waar de Afscheiding vaste voet kreeg, hadden alle de dominerende invloed van de markante figuur Budding in de loop der jaren ondervonden en zich hiernaar gericht. Toen dan ook het bericht de ronde deed dat Budding op 10 november 1870, hoewel al geruime tijd ziekelijk zijnde, toch nog tamelijk plotseling overleden was, ging dit als een schok door heel Zuid- Beveland. De begrafenis op 16 november in Goes was door Budding zelf tot in de details geregeld. Het was een indrukwekkende gebeurtenis die door zeer velen, die van heinde en verre waren gekomen, werd bijgewoond en waarvan het „plechtig rouwgebom der groote torenklok" eerst na vele jaren was verklonken. Op een verstild gedeelte van de algemene begraafplaats in Goes, in de luwte van enkele machtige beukebomen, ligt nog vandaag de dag zijn graf, gedekt door een forse steen met het eenvoudige opschrift: „Spreuken X vers 7a, H. J. Budding, Bedienaar des Evangeliums, geboren te Rhenen 1 9 januarij 1810, overleden te Goes 10 november 1870." Deze laatste rustplaats wekt niet de indruk een veel bezochte plaats te zijn. Niettemin kunnen we, meer dan een eeuw na zijn overlijden, stellen dat dominee Huibert Jacobus Budding één der mannen is geweest, waarvan we de Amerikaanse dichter Longfellow kunnen nazeggen: zij lieten een voetstap na in het zand van de tijd. G.J.LEPOETER Kerk en toren van Meliskerke dateren van omstreeks 1400. Van de toren kunnen we, in tegenstelling tot de kerk, stellen dat deze zijn oorspronkelijke gedaante grotendeels behouden heeft. Wat sterk opvalt is de scheve stand van de toren, veroorzaakt door verzakkingen tijdens de bouw. Deze verzakkingen zijn na enige tijd tot stilstand gekomen, zodat dit verder geen nadelige gevolgen heeft, alleen het beeld is tamelijk curieus. Boven de toreningang bevindt zich een nis; hierin zal oorspronkelijk een beeld hebben gestaan, of van de Heilige Maagd, of van Sint Odulphus. Aan deze heilige was de kerk, als dochterkerk van Westkapelle, namelijk gewijd.1) Een aardige bijzonderheid aan de toren is verder de witte omlijsting van de galmgaten. Gelukkig is deze ook na de laatste restauratie weer aangebracht. Vroeger was dit bij meerdere dorpskerken op Walcheren gebruikelijk en volgens de overlevering is dit ontstaan uit de noodzaak om de torens beter zichtbaar te maken als bakens voor de scheepvaart. Het kerkgebouw De kerk is tijdens het beleg van Middelburg (1572-1574) ernstig beschadigd. In de loop van de 1 7e eeuw vond een ingrijpende verbouwing plaats. Hierbij werd het schip samen met de aangebouwde zuidbeuk volledig tot een eenheid samengevoegd en onder één tongewelf gebracht. Het koor zal in die tijd afgebroken zijn. Aan de zowel aan de binnen- als buitenzijde nog zichtbare triomfboog is te zien dat het koor in het verlengde van het oorspronkelijke schip gebouwd was. Uit de hoogte van de triomfboog is af te leiden dat het koor aanzienlijk lager geweest zal zijn dan het huidige kerkgebouw en waarschijnlijk uit een veel vroegere bouwtijd. Op de plaats waar vroeger het koor was, staat nu de consistorie. Deze is tijdens de laatste restauratie in de jaren 1958 en 1959 opnieuw gebouwd. Jammer dat deze aanbouw gedekt is met Oudhollandse pannen en dan nog in twee verschillende kleuren; aan de noordzijde rood en aan de zuidzijde blauw! Dezelfde leienbedekking als op de kerk had voor een aanzienlijk harmonieuzer geheel gezorgd. Het interieur Ook hier, zoals in vrijwel alle oude kerken die in de jaren vijftig en zestig gerestaureerd zijn, het open liturgisch centrum inplaats van de oude vertrouwde tuin rondom de preekstoel. De preekstoel, een prachtig stijlvol exemplaar uit de eerste helft van de 1 7e eeuw, maakt zijn centrale plaats helemaal waar. Meliskerke. Literatuur: H. J. Budding, Nagelaten geschriften. J. H. Gunning JHz, H. J. Budding, leven en arbeid. D. de Rijcke, H. J. Budding en zijn kring (archief Kon. Zws. Genootschap 1 906). A. M. Wessels, Een merkwaardig vijftal. A. M. Wessels, God ons een schild. Encyclopedie van Zeeland, deel I.

Tijdschriftenbank Zeeland

Bulletin Stichting Oude Zeeuwse kerken | 1983 | | pagina 14