4
normaal dat er dan bij particulieren
werd gecollecteerd en dat de
plaatselijke overheid bijsprong.
Gebeurde dit, dan was de
landsoverheid ook bereid over de
brug te komen. Een situatie
overigens, die ons niet onbekend
voorkomt, en die in later tijd, onder
andere benamingen en met andere
formaliteiten, zich net zo voordeed.
Plannen tot vergroting kort na het
midden van de 18e eeuw
De Gereformeerde Kerk - zoals de
latere Hervormde Kerk toen heette -
nam op veel plaatsen in de tijd van de
Republiek gestadig in ledenaantal toe.
Dit moet ook in Grijpskerke het geval
geweest zijn. Toen kort na het
midden van de 18e eeuw het
kerkgebouw in slechte staat was
geraakt, was de kerkeraad er op uit
dat het niet alleen zou worden
hersteld, maar ook vergroot. Door
collecten werd ruim 700 pond viaams
voor deze onderneming bijeen
gebracht, uiteraard met toestemming
van de Staten. Deze vonden ook
goed, dat de landsfabriek - wij
zouden zeggen: de architect van de
provincie - tekeningen en
berekeningen maakte voor het herstel
en de begroting. De som waarop de
fabriek, Laurens van der Stel,
uitkwam, was meer dan het dubbele
van het geld dat de kerkeraad bijeen
had gebracht. De zaak werd in 1765
door de landsfabriek aan de Staten
voorgelegd.7) In Grijpskerke hoopte
men dat die zouden willen bijspringen
zoals een paar jaar eerder ook in
Arnemuiden was gebeurd.
De zaak was nog in behandeling toen
een aflossing plaats vond op de
architectenpost. Aan Van der Stel
werd op zijn verzoek ontslag
verleend, en hij werd opgevolgd door
Laurens van de Woestijne, die van
1 668 tot 1 776 landsfabriek is
geweest.8) Aan de nieuwe fabriek
werd opgedragen over de situatie in
Grijpskerke rapport uit te brengen, en
met name om te kijken of een minder
kostbare oplossing mogelijk was.9)
Zijn bericht luidde, dat een
ingrijpende vernieuwing noodzakelijk
was, en dat daarmee zeker een
bedrag als door zijn voorganger
begroot (ruim 1600 ponden) zou zijn
gemoeid. Overigens was het plan zelf
voor verbetering vatbaar, en hij kwam
met een alternatieve oplossing.
De heren in Middelburg gingen
accoord zowel met zijn ontwerp als
met zijn financiële voorstellen.
Een tijdelijke kerkloods
Het waren destijds nog de rijke jaren
die de 1 8e eeuw in overvloed gekend
heeft. In Grijpskerke was uiteindelijk
ongeveer 800 pond bijeengebracht
voor de vernieuwing van de kerk.
Hoewel het aanvankelijk slechts de
bedoeling van de landsoverheid was
om dit bedrag te verdubbelen, heeft
zij er geen probleem van gemaakt
om, toen de kosten opliepen, een
groter bedrag voor haar rekening te
De kanselbijbel uit 1729 Versleten op de plaats
waar hij nu al eeuwenlang heeft opengeslagen
gelegen op de kansel
nemen. Uiteindelijk heeft zij ruim
1000 pond aan de onderneming ten
koste gelegd. De Staten deden dit
zonder een verplichting te scheppen
tot terugbetaling in de vorm van een
bijzondere heffing of belasting van
welke aard ook.'0)
Van een speciale bijdrage van de
zijde van een ambachtsheer wordt
geen melding gemaakt. Het grond
gebied was destijds verdeeld over
twee eigenaren.") Van één van die
twee, Daniel Tulleken, tevens heer
van Marie- en Meliskerke, weten we
De N-H kerk te Grijpskerke na de verbouwing in 1770 De vormgeving
aangepast aan de gedaante van kerkhof en dorpsplein. (1980)
(1953)