6
die in 1831 is afgebrand, behoorde.
In de Franse tijd seinde men vanaf
deze toren, later werd 't met recht
een vuurtoren, weer later een
lichttoren. Rijdend over de zeedijk
hoorden we, dat de paalhoofden uit
de 1 8e eeuw dateren en 't toepassen
van basaltblokken pas na 1850
begon. In de middeleeuwen waren er
zeven wateringen, nu vier, genoemd
naar de windstreken, langs de noord
watering reden we Domburg binnen.
Aangezien we op onze excursies
moeten selecteren, bepaalde de heer
de Bruin zich tot een verhaal over de
opkomst van Domburg na 1 834, het
eerste classicistische badhuisje, 't
vorstelijk bezoek o.a. van Carmen
Silva, de Roemeense koningin, en 't
verschijnen van 1 880 tot 1 960 van
het „Domburgse Badnieuws", nu nog
belangwekkende lectuur, maar rond
1 900 vooral gelezen om de lijst van
binnengekomen gasten (o.a.
Mondriaan) en ander plaatselijk
nieuws.
lllestkapelle, Vuurtoren
Tussen Oostkapelle en Vrouwepolder
kwamen de Walcherse
buitenplaatsen weer ter sprake, die
voor een deel in de 1 7e eeuw tot
stand kwamen, in de 18e eeuw
uitgebreid werden en waarvan er veel
in de Franse tijd en in de 1 9e eeuw
werden afgebroken. Behouden is o.a.
nog „Overduin", een statig landhuis in
neo-classicistische trant, dat
omstreeks 1 840 door J. D. Zocher
werd gebouwd, dezelfde 1 9e eeuwse
architect, die zich ook bezig hield met
het aanleggen van tuinen en parken
in Engelse landschapsstijl zoals het
Amsterdamse Vondelpark. „Overduin"
is lange tijd bewoond geweest door
de familie de Jonge van Ellemeet, die
de prachtige Collectio Catsiana in
huis had, geïllustreerd o.a. door de
schilder en dichter Adriaen Pietersz
van de Venne (1 589-1 662). Jonkheer
de Jonge heeft deze collectie aan het
eind van zijn leven aan 't Zeeuwsch
Genootschap aangeboden, maar toen
dat lauw reageerde, werd alles
Toren van Westkapelle vroeger en nu.
afgestaan aan de Leidse universiteit.
We gingen ook de kerk van
Vrouwepolder voorbij (zie Bulletin 5
blz. 31) een simpel zaalkerkje met
een dakruiter, dat z'n huidige vorm
gekregen heeft bij de herbouw van
1624, waarbij van middeleeuws
muurwerk gebruik gemaakt werd. Zo
zijn vele protestantse zaalkerkjes in
Zeeland tot stand gekomen,
waaronder b.v. ook dat van
Koudekerke. Hier hing in vroeger tijd
een 1 6e eeuws schilderij van „Onze
lieve Vrouwe van de Polder" - een
blozend boeremeisje - dat sinds
1 930 in de R.K. kerk te Middelburg
hangt. Men trok daar destijds in grote
getale heen, een van de vele
bedevaarten, die tijdens de hele
middeleeuwen plaats vonden. Men
zag er toen niet tegenop om
duizenden kilometers te voet, te
paard of per kar over slechte wegen
voort te sjouwen om in Rome,
Jeruzalem, Sint Jago en op vele
andere plaatsen, een dijbeen, wervel