De basiliek van de H.Willibrordus te Hulst 9 G. J. LEPOETER „Ses dagen heb lek daer vry-willigh in verwerekt; Den sevenden gerust, gesegent en gepresen. Voor eewig t' Mijner eer geheiiight heeten wesen, Ses dagen sai de span van uwen arbeid zijn, Ses dagen hooren u, de sevende is Mijn. Constantijn Huygens. Met recht kunnen we hier voor Zeeuwse begrippen spreken van een heel bijzondere kerk, uniek in Zeeland, puur Vlaams in zijn verschijningsvorm van kruiskerk met een zware middentoren. Uniek ook in Zeeland als middeleeuws kerkgebouw dat vandaag de dag in gebruik is voor de Roomskatholieke eredienst. Fors basilikaal bouwwerk met de hoge middenbeuk, basilikaal tevens in immateriële zin op grond van de verheffing door Paus Pius XI op 22 juni 1 935; hierdoor één van de twaalf kerken in Nederland, die met de titel van Basilica Minor zijn vereerd. Bouwgeschiedenis „In liefde gebouwd 1200-1534", aldus het eerste deel van de tekst op de gedenkplaat welke tegen één van de torenpilaren is aangebracht. Het jaartal 1 200 staat op zich niet vast. Het heeft ook nauwelijks iets te maken met de bouw van de huidige kerk. In een oorkonde uit 1228, waarin sprake is van de tienden van het kapittel van Kortrijk, in Hulster- Ambacht, wordt de kerk van Hulst voor het eerst genoemd. Het is daarom aannemelijk dat de stichting rond het jaar 1200 plaats gevonden kan hebben. Hoe zag de oudste kerk van Hulst er uit? We hebben er geen idee van. Geen enkel document geeft enige aanwijzing vóór het jaar 1409, waarvan de eerste kerkrekening behouden is gebleven en in het stadsarchief bewaard. Uit dit stuk weten we, dat er een „hoogkoor" en een schip was en drie westgevels. Men kon de kerk binnentreden door drie ingangen, te weten langs de voor- of westgevel en aan de zuid- en de noordzijde, zoals dat ook nu nog het geval is. Er moet ook een toren geweest zijn waar men met een „wendelsteen", of wenteltrap op kon gaan. Van deze 1 3e eeuwse kerk zijn nu nog enkele kentekenen in het interieur van de tegenwoordige kerk te herkennen. In de eerste plaats de vier zware torenpilaren, ter ondersteuning van de achtkantige vieringtoren, die op de kruising van koor, transept en schip staat. Van het oorspronkelijke, veel kleinere transept zijn ook nog

Tijdschriftenbank Zeeland

Bulletin Stichting Oude Zeeuwse kerken | 1984 | | pagina 9