ér£i
meL^'ja
ét
0:118111 Mttott
*WgBgm flömtommtme
uituïuaitefömu
fyz^ÊÊËË nraöabmuflitöti
mcftfttim WlonaMtn cr
ftiio et qnntw ftinctAjSaii
23
Band van Lebuïnus Codex. Eikehouten borden met leer,
zilverwerk, stenen en reliëfs in walrustand.
tweede een harmonium met een
liederenbundel van Johannes de Heer erop
en, aan de wand, een scheurkalender en in
hout gebrande of op fluweel geschilderde
Bijbelteksten. Ook Abraham Kuyper (de
geweldige!) en z'n Standaard, de Spiegel
en de N.C.R.V. gids zijn present.
Er hangen in het museum ook schilderijen
van kleine, intieme protestantse
kerkdiensten; men ziet zelfs een voorvader
van de huidige Middelburgse predikant, Ds.
Brummelkamp, een dienst van
Afgescheidenen (afscheiding van Hendrik
de Cock in 1834) in een Geiderse boerderij
leiden, de worsten hangen daarbij aan de
balken van het plafond.
Rondgaande door de protestantse afdeling
van het convent krijgt men de indruk, dat de
reformatie haar predikanten immer heeft
bemind en gewaardeerd en constateert
men ook een zekere neiging tot
moraliseren. De bekende allegorie met
betrekking tot de brede weg, die tot 't
verderf leidt en de smalle, die in 't hemels
Jeruzalem terecht komt, is tweemaal te
zien. Er is een schoorsteenstuk uit 1750
met die strekking en op de 17e eeuwse
voorstelling kan men links een persoon
ontwaren, die kruizen uitdeelt, waarop de
afgrijselijkste kwalen vermeld staan.
Een 18e eeuws blauw bord wordt aan de
voorkant gesierd met de tekst 'ziet wat hier
van agteren staat' en dat is dan kort en
goed de vaak in de wind geslagen wijze les
'Bid, eer gij aan Eten gaat'.
Twee ingekleurde litho's tonen twee bomen;
aan de takken van de ene hangen in cirkels
de Christelijke deugden. De andere, de
door donder en bliksem getroffen kale boom
van 't ongeloof, brengt slechts vruchten
voort, die ondeugden belichamen.
Een door M. van Miereveld in 1634
geschilderd portret van ons aller Vader
Cats, die op het gebied van de moraal ook
op de zodenbank, omgeven door lelies en
rozen opvalt en een Portret van een
degelijke protestantse familie, dat in 1627
geschilderd werd. Zowel de ouders als de
kinderen zijn stemmig gekleed, de mooie
kanten kragen, kortom de hele entourage
wijst op een stabiele maar ingetogen
welstand. De wijnrank op de achtergrond
verwijst naar een tekst uit 't Oude
Testament en wel naar Ps. 128:1 -3 (oude
vertaling).
De 16e eeuwse kerkscheuring
veroorzaakte niet alleen een barst in 't
Christendom, maar had veel meer de
betekenis van een dijkdoorbraak, waarbij de
stroomgeul in meer dan vier eeuwen niet
meer te dichten bleek. De R.K.-kerk, die 't
idee van de Tempel bewaard had, kwam
tegenover de vele Reformatorische kerken
te staan, die meer of minder bij de Joodse
Synagoge met z'n Woorddienst aansloten.
Wij hebben dit ter sprake gebracht in
Bulletin 14, hier, in 't Catharijneconvent,
wordt u dat 'ad oculos' gedemonstreerd, als
u de 18e eeuwse preekstoel met doophek
en dooptuin uit Warder opgesteld ziet staan
naast het 18e eeuwse altaar, dat afkomstig
is uit het Amsterdamse Maagdenhuis. In 't
klein ziet u dat ook aan 't katholieke interieur
en dat van een gereformeerde huiskamer
uit de jaren 1920-1940. In 't eerste o.a. een
Heilig Hartbeeld, een beeld van Maria en
een missie-kalender en dito busje, in 't
Miniatuur uit Getijdenboek 'de aanbidding van de drie koningen'. Nrd. Nederland, ca. 1475.