20 Een belangrijk waterstaatkundig werk van de broeders van Ter Duinen, het oude hoofd bij Perkpolder, aangelegd ca. 1560. hiervan een voorbeeld. De Hinkele was een vrij breed water en de afdamming mag een technisch kunststukje worden genoemd. Omdat Ter Doest met andermans rechten rekening moest houden waren overeenkomsten en toestemmingen noodzakelijk, die bewaard gebleven zijn. Vandaar dat we hierover goed zijn ingelicht. Een ander voorbeeld van een waterstaatkundige prestatie was de aanleg van het Oude Hoofd bij Perkpolder. Het hoofd, bedoeld om de stroom van de kust af te leiden, kwam tot stand door de Duinheren in Hulsterambacht. Een monument dat nog is te bekijken. De abdij Ter Duinen, eens bedolven onder het duinzand, is thans voor een flink deel opgegraven. Van Ter Doest rest ons nog de imposante abdijschuurvan ca. 1270. Daarin kon de opbrengst van 40 ha aan landbouwproducten worden geborgen. Deze schuur waarvan het machtige dak wordt gedragen door een fraaie houtconstructie is gratis toegankelijk. De schuur heeft de ruimte van een kerkzaal en biedt een fraai staal van kunnen en kennen van Cisterciënzers die talrijke sporen - wij zijn beslist niet uitputtend geweest - in Zeeland hebben achtergelaten Literatuur: - C. Dekker: Zuid-Beveland. De historische geografie en de instellingen van een Zeeuws eiland in de middeleeuwen. Proefschrift Amsterdam, Assen 1971. - G. Duby: De drie orden. Het zelfbeeld van de feodale maatschappij 1025-1225, Amsterdam-Brussel 1985. - Kunstreisboek Zeeland. Samengesteld door drs. Peter Don. 8ste geheel herziene en vermeerderde druk, Weesp 1985. - M.K.E. Gottschalk: De Vier Ambachten en het Land van Saaftingen in de Middeleeuwen. Een historisch-geografisch onderzoek betreffende Oost Zweeuws-Vlaanderen c.a., Assen 1984. Een van de dijken genoemd naar de abdij Boudelo van de Cisterciënzers (bij Lamswaarde).

Tijdschriftenbank Zeeland

Bulletin Stichting Oude Zeeuwse kerken | 1986 | | pagina 20