10 De nieuwe R.K. Petrus in Pauluskerk door C.M. van Moorsel gebouwd. Zicht op het koor, 1955. Oorlogsgeweld Zeeland op zijn pad als ook de Vereniging Handelsbelang, gevormd door vele middenstanders. Zij wezen erop, dat deze eisen van Ir. Verhagen een ernstige belemmering zouden vormen voor een gezonde wederopbouw. Zij drongen derhalve op een compromis aan tussen de esthetische begrippen en zakelijke belangen. Een Memorandum van de S.G.O.Z. d.d. 1 januari 1941 deed er een schepje bovenop. Men meldde, dat de voorstellen totaal geen rekening hielden met de moderne verkooptechnieken van 't winkelbedrijf, zoals het tonen van de 'waren' via de etalages. Naar de visie van Verhagen diende de herbouw zich aan te passen aan het monumentale van de binnenstad van Middelburg. Waarna de betrokkenen lieten weten, dat de door hem toegepaste bouwmethode onlogisch en onpractisch was en strijdig met hun belangen. Dat ze er bovendien van overtuigd waren, dat op den duur het practisch inzicht zou zegevieren en de onpractische ruitverdeling en ook de voorgenomen afsluiting van de portieken door deuren zouden verdwijnen. Op dat moment hadden Ir. Verhagen en deze middenstanders c.s. tot een compromis móeten komen. Want beide partijen hadden gelijk. De architect vreesde voor een aanslag op 't gave stadsbeeld, dat hij in de geest had en de winkeliers, terecht, voor hun nering. Kort gezegd: 'men kan van brood alleen niet leven', maar zonder brood gaat dat natuurlijk ook niet. Verhagen dreef zijn zin door, iets, dat zich vrij snel zou wreken. Wie in het Zeeuws Documentatiecentrum de foto's bekijkt, die de situatie in 1953, dus vlak na de herbouw, laten zien, zal moeten toegeven, dat Middelburgs stadskern toen een grote bekoring en authenticiteit had. Maar 't is later misgegaan, doordat 't in de moderne tijd in dergelijke romantische winkels moeilijk zaken-doen was, Toen is de een na de ander zijn zaak gaan renoveren - deze activiteiten gaan nog steeds door! - acties, die ertoe hebben geleid, dat in de kern van de stad een modern winkelcentrum ontstond, waarvan er honderden op allerlei plaatsen in ons land te zien zijn. De samenhang van de onderpuien met de rest van de aardige gevels is daardoor in grotere of kleinere mate verstoord, zodat het hier en daar lijkt, op enkele lichtpunten na, of de gevels staan te wankelen op grote glazen poten. Deze ontwikkeling is eigenlijk niemand kwalijk te nemen, maar heeft wel veroorzaakt, dat volgende generaties geen gave indruk meer kunnen krijgen van de bouwwijze en de idealen van de Delftse School in Middelburg. En dat kan men natuurlijk betreuren. Door allerlei stagnatie en maatregelen van de bezetter stond de herbouw in 1943 bijna stil. In december 1945 waren er exact 102 panden gereed gekomen en waren er 194 in aanbouw. Aangezien de inundaties en de bij de bevrijding rondvliegende granaten ook veel schade hadden aangericht, moesten toen nog 526 huizen worden herbouwd. De noodwinkels op Dam en Kaaien bleven nog tot 1949 in gebruik. Middelburg is per blok aanbesteed en herbouwd, waarbij binnen elk blok verschillende bouwmeesters bezig waren. In juni 1941 werd begonnen met de bouw van het eerste blok aan de Nieuwe Burg. We zullen de wederopbouw in de na-oorlogse jaren niet meer volgen, omdat we nog iets anders aan u kwijt moeten. Zorgvuldig omgaan met het bestaande. Door boeken en artikelen, al gepubliceerd vanaf 1955 kunnen we weten, hoe onmenselijk de omgeving van de mens er zal gaan uitzien, wanneer we door zouden gaan met ons alles-verslindend slordig omspringen met de natuur en ons cultuurgoed. Welnu, we zijn doorgegaan. Met aanslagen op onze natuurlijke omgeving en ook met het massaal slopen van hele wijken en waardevolle panden en met het geheel laten dichtslibben van stadjes en steden door onze auto's. Wat het precies is, dat ons tot dit onverantwoordelijke gedrag aanzet, is lastig te bepalenHet zal een combinatie van factoren zijn: onkunde en onverschilligheid, gebrek aan respect voor de denkbeelden en het werk van een ander, onze continue westerse veranderingsdrift, een te grote hang naar materieel gewin op korte termijn en een streven naar prestige, dat de praatjes-makerij van de bouwers van Babels Toren nog verre overtreft, 't Moet allemaal steeds groter, mooier, moderneren comfortabeler worden, we hebben de neiging nergens meer genoegen mee te kunnen nemen. Misschien komt dit wel, doordat we blijkbaar geestelijk nog niet uit onze kinderschoenen gegroeid zijn. 'Het is werkelijk rampzalig, wat er sinds 1955 met onze omgeving, met de wereld gebeurd is. Dit ondanks alle goed bedoelde plaatselijke pogingen om het nieuwe met meer voorzichtigheid en zorgvuldigheid te bouwen't oude weer te restaureren en tot leven te brengen. Misschien denkt u: het valt allemaal wel mee', zo sprak Prof Temminck Groll al in 1973 z'n studenten toe. Dat het niet meevalt, kan iedereen zien. We signaleren de afbraak van het van Dishoeckhuis te Vlissingen; in Middelburg de omstreden plannen met de Statenzaal, de aantasting van de Delftse School in de binnenstad en het voornemen ook de Kloveniersdoelen eens flink onder handen te nemen. Maar ook buiten Zeeland gaat men ijverig meeinde vaart der volken. In Amsterdam wil men een glazen 'wintertuin' tegen de entrée van het Waaggebouw neerzetten en tot gedeeltelijke sloop overgaan van het Weeshuis van de belangrijke bouwmeester Aldo van Eyck, dit alles, nadat men dit object, volgens al-oud beproefd recept, deerlijk heeft laten

Tijdschriftenbank Zeeland

Bulletin Stichting Oude Zeeuwse kerken | 1987 | | pagina 10