19 Op de voorgrond het oude stadhuis, daarachter de Ned. Hervormde kerk met de in de 19e eeuw gebouwdedakruiter. (foto: Archief Spaarnestad, 1932) voorde ammunitie opgeleverd. Tevens vonden tijdens de bouw een aantal kerkdiensten plaats in een nabijgelegen turfschuur. Reeds op 31 juli 1659 werd aan Ritsaert, nadat Hildernisse en Carré de door Ritsaert aangevoerde bouwmaterialen hadden geïnspecteerd, de eerste termijn van 400 uitbetaald. De kerkeraad kreeg op 10 en 26 februari 1660 toestemming om mee te beslissen over de te plaatsen stoelen en banken en de bouw van een consistorie. De kerkelijke gemeente had kennelijk dringend behoefte aan een nieuwe ruimte. De kerk werd 21 maart 1660, ruim 10 maanden na de aanbesteding, ingezegend door de plaatselijke predikant Jacobus Peudevin terwijl Ritsaert pas op 5 april van dat jaar zijn tweede betaling kreeg. Op 12 augustus liet Ritsaert weten dat de kerk geheel gereed was en deed de Gecommitteerde Raden het verzoek een laatste inspectie te laten uitvoeren. De Gecommitteerde Raden oefenden tijdens de bouw toezicht uit. Dit blijkt o.a. uit het feit dat ze in januari 1660 aan commies De la Palma opdroegen om aan de hand van een stukje voorbeeld-lood te controleren of het door Ritsaert te gebruiken lood dezelfde kwaliteit en dikte had als in het bestek beschreven was. Bij de laatste inspectie bleek de nieuwe kerk aan de gestelde eisen te voldoen want 26 October kreeg de aannemer zijn laatste termijn plus 153:6:0 Vlaams meerkosten uitbetaald. Dit in tegenstelling tot de aannemers van de bijna gelijktijdig, naar bouwen kerk binnen het fort minimaal zou moeten kosten. Naar aanleiding van het rapport werd op 14 februari 1659 besloten tot de bouw van een nieuwe kerk waarvoor de heren Hildernisse en Carré een bestek en een definitieve kostenberekening moesten makenDe bouw zou 1250 Vlaams vergen. Op 11 april werd besloten de kerk aan te besteden mits de magistraat 2.000,-, ingezameld bij particulieren en instanties, zou bijdragen. De aanbesteding werd 15 mei gegund aan de laagste inschrijver 1200), Frangois Ritsaert, de plaatselijke griffier. De bouwsom zou in drie termijnen worden voldaanVoor de bouw werd materiaal van de St. Nicolaaskerk gebruikt. Commies De la Palma deed 5 maart 1660 aan de Gecommitteerde Raden het verzoek een nieuw magazijn voor de ammunitie te laten bouwen. De zolder van de St. Nicolaaskerk, die hier tot nu toe voor werd gebruikt, was nl. afgebroken ten behoeve van de nieuwe kerk. In 1660 werden een nieuwe kruittoren - de oude die tegen de St. Nicolaaskerk stond was in 1659 afgebroken - en een magazijn Hetzelfde gezicht als op atb. 3. Het stadhuis, vervangen door een nieuw gebouw op de Markt, is thans cafe. Na de kerkrestauratie van 1948 is de dakruiter weer zoveel mogelijk in de oorspronkelijke vorm gebouwd. (foto: Adri van Wyngen, ca. 1968).

Tijdschriftenbank Zeeland

Bulletin Stichting Oude Zeeuwse kerken | 1987 | | pagina 19