6
Aquarel van Hans Bol uit 1587 met Grote Markt van Bergen op Zoom.
Gezicht op de Korenmarkt te Bergen op Zoom vanaf de Noordwal. Links op de achtergrond de toren van de kapel van het
Cellezusterklooster. Rechts de Smt-Gertrudiskerk met links daarvan het vervallen 'Nieuwe Werck'. Pentekening door
Barnardus Klotz uit 1671 1672.
Toestand Grote Kerk in 't midden van de 17e eeuw.
Bol uit 1587 te bekijken, waarop de Grote
Markt te zien is met de imposante kerk, de
Lakenhal (rechts) en alle middeleeuwse
bouwtechnieken: houtbouw, vakwerkbouw,
stenen huizen, poorten enz. Toen de strijd
eenmaal was opgegeven, schreef men het
'Nieuwe Werck' af. De restanten in de 2e
helft van de 17e eeuw zijn duidelijk te zien op
pentekeningen van Barnardus Klotz uit
1671 '1672. Hierbij past de verzuchting van
de heer W.A. van Ham in het pas
verschenen boek over Bergen op Zoom'het
kerkgebouw, dat tot de luister van de stad
had moeten bijdragen, werd een
bouwhistorisch weliswaar interessant, maar
toch duidelijk gefrustreerd geheel. Dit is nog
verergerd door de rampzalige beschieting
van 1747 die de schitterende stadskerk van
Spoorwater reduceerde tot een sober
restant'.
De Sint-Geertruidskerk in Hervormde
handen
Laten we nu in de geschiedenis een paar
stappen teruggaan en ons concentreren op
de Tachtigjarige Oorlog. Tussen 15
augustus - 8 november 1580 werd de kerk
door 'soldaten ende gereformeerden'
geplunderd, 'teenemale van binnen berooft',
een ongelukkige actie, die verhullend de
'brekinghe' van de kerk genoemd werd.
Nadat de Staten van Brabant aan de laatste
Markies Jan van Wittem de macht hadden
ontnomen, omdat hij, naar hun mening met
de Spanjaarden in Breda complotteerde en
ook de nog katholiek gebleven leden van het
stadsbestuur en van de vier Hoofdgilden
waren omgeturnd of weggestuurd, kwam in
de loop van 1581 de Sint-Geertruidskerk in
Hervormde handen. Er was vanaf 1583 veel
deining in de stad vooral, toen Vlaanderen
en Antwerpen weer in Spaanse handen
gevallen waren en Bergen op Zoom dus een
grensvesting werd, waaruit vele bewoners
angstig wegvluchtten. Soldaten werden toen
in de kerk gelegerd, waarbij het koor tot
kruithuis diende. Van een dergelijkgebruik
knapt een kerk doorgaans niet op. De
Vlaamse predikant Jacob Baselis minor
sprak dan ook over 'deze arme
verdrietelijcke stad'. Herstel van de kerk
bleek dringend nodig. 'De gelasen staende
in den nyeuwen choor worden gebruikt om
daermede te repareren de oude
hoofdkercke' lezen we in het tijdschrift
'Taxandria' nr. 31De 'reparatie' van het
kerkgebouw verliep niet snel, ook nu remde
geldgebrek de ijver in hoge mate. Collecte's
brachten onvoldoende op, de verkoop van
de ornamenten uit de oude kerk viel tegen,
ook die van de restanten van de
Minderbroerderkerk; bovendien liet de
drossaard stenen uit de kerk halen ten
behoeve van de vestingwerken. Doordit
alles kon pas in 1586 met het werk begonnen
worden. De Hervormden hadden in