21 kerk te Zoutelande. Er blijkt namelijk uit, dat in de kerk te vinden waren: een hoofdaltaar, een altaar voor St. Catharina en één voor St. Nicolaas.') St. Nicolaas was de beschermheilige van de vissers, zeevaarders en kooplieden. Dat deze heilige hier werd vereerd is niet verwonderlijk want in de late middeleeuwen waren de visserij en de internationale vrachtvaart met hun nevenbedrijven in Zoutelande belangrijke bronnen van inkomsten. In een artikel werpt de heer Kareis zelfs de vraag op of Zoutelande wellicht een stad is geweest.5) Voor deze stelling pleiten volgens hem een aantal zaken: de Zeeuwse keur van 1256/ 58 is niet van toepassing voor degenen die vallen onder de keuren van Middelburg, Zierikzee, Westkapelle, Domburg en Zoutelande; in vijf 15e eeuwse officiële ambtelijke stukken wordt Zoutelande als stad beschouwd; in het huidige stratenplan is een rastervormige opzet te zien, die kenmerkend is voor gestichte steden. Tegenargumenten zijn volgens Kareis, dat er geen stadskeur van Zoutelande bekend is en dat in de ambachtskeur, in 1499 door Anna van Bourgondië ambachtsvrouwe van Zoutelande uitgevaardigd, gesproken wordt over 'onsere dorpe ende heerlichheit van Zoutelande'. Afgezien van de vraag of Zoutelande een stad of dorp was is duidelijk, dat het een nederzetting moet zijn geweest die reeds eind 13e eeuw een dusdanig aantal inwoners en niveau van welvaart kende, dat er een kerk kon worden gesticht. Hoe deze kerk er toen uitzag is niet exact bekend. Wel kan dit in grote lijnen worden bepaald aan de hand van de volgende bronnen: de huidige kerk, de tekening van Bommenee en een schets uit 1932. De huidige kerktoren is een gedrongen bakstenen westtoren, bestaande uit drie geledingen met rechthoekige op elkaar staande eenvoudige hoekberen die opgaan tot aan de waterlijst van de derde geleding. Gezien deze vormgeving en het gebruikte materiaal mag aangenomen worden dat de toren uit het eind van de 13e eeuw dateert en gebouwd is bij de stichting van de kerk.6) Door verstuiving en verwaaiing van de duinen is het onderste deel van dit bouwsel en daarmede de ingang, met een kraagprofiel van baksteen, bijna geheel in het zand verdwenen. Het eenbeukige Plattegrond van de kerk, in 1735 door Adriaan Bommenee getekend. A het koor; B houten schot met preekstoel; C transeptarm; D portaal in de kerk met een houten schot van de preekkerk gescheiden; E consistorie; F portaal voor de kerkdeuren; G nieuw op te trekken gevel. (R.A.Z., Archief Staten van Zeeland nr. 1359). OPMETIPJA VAN OUDE fUNDEERlN&CN KE RK [WILEEBRCRDUS)TE 70UTE LANDE-,f ^CHAAL \A2OO A_ - loh, -- - F Schets door D. Kodde van de oude funderingen van de kerk, blootgekomen bij de afgraving van het kerkhof in 1932. (Archief Hervormde gemeente Zoutelande nr. 532a). schip, vier traveeën lang, met portaal aan de zuidzijde is jonger (14e eeuws) dan de toren. In de noordmuur vallen zuilen met koolbladkapitelen en natuurstenen basementen en scheibogen op. Deze zijn zowel aan de binnen- als buitenzijde te zien. Het zijn overblijfselen van een overwelfde zijbeuk die einde 15e eeuw, toen Zoutelande een welvarend dorp met visserij en internationale vrachtvaart was, aangebouwd werd. In latere tijden is deze afgebroken. Bij het dichtmetselen van de noordmuur van het schip liet men de zuilen staan. Op de tekening van Bommenee is een schip van vier traveeën, de zuidelijke arm van een transept en een driezijdig gesloten koor van drie traveeën te zien. In 1932 liet de kerkeraad het kerkhof rond de kerk afgraven daar zij het zand, dat gebruikt werd voor de aanleg van een weg, kon verkopen.7) Bij de graafwerkzaamheden kwamen oude funderingen te voorschijn die werden gesloopt. Helaas heeft men toen verzuimd het Rijksbureau voor Monumentenzorg in te schakelen, zodat een gedegen onderzoek achterwege is gebleven. De toenmalige burgemeester, de heer D. Kodde, heeft van de blootgelegde restanten een schetsje gemaakt.") Gezien de onregelmatige vorm van het koor, die bovendien niet overeenstemt met de opmeting van de bouwkundige Bommenee, kan het geen exacte weergave zijn. Op grond van bovenstaande bronnen valt de conclusie te trekken dat er in eerste aanleg sprake was van een éénbeukige kruiskerk met een driezijdig gesloten koor die aan het einde van de 15e eeuw verbouwd werd tot een hallekerk door toevoeging van een noordbeuk. De beeldenstorm en het beleg van Middelburg De tweede helft van de 16e eeuw was een turbulente tijd. Te Middelburg brak op 22 augustus 1566 de beeldenstorm uit. Na in verschillende kerken flink te hebben huisgehouden trokken de beeldenstormers het platteland van Walcheren op. De dorpsbewoners hielden zich meestal afzijdig. Zoniet in Zoutelande. Daar had een 'beeldbrekinghe' plaats die het werk was van een deel van de bevolking van Zoutelande geholpen door inwoners van Vlissingen. Door de overheid werd een onderzoek ingesteld en enige getuigen verhoord. De uitslag van dit onderzoek en de omvang van de aangerichte schade is niet bekend.8) In de strijd tegen de Spanjaarden ging de stad Vlissingen op 6 april 1572 over naar de Geuzen. Zoutelande koos op 13 april daaropvolgende de kant van de Prins van Oranje. Dit had tot gevolg dat de Spaansgezinden uitweken naar Middelburg. Het dorp en omliggende gebied waren onderhevig aan voortdurende strijd. Zo werd in augustus 1572 in en om Zoutelande een hevig gevecht geleverd tussen Geuzen en Spanjaarden.'0) Vanwege dit oorlogsgeweld trokken vele dorpsbewoners weg. Het duurde tot de overgave van Middelburg in 1574 voor het wat rustiger werd op Walcheren en de bewoners van Zoutelande konden terugkeren naar hun dorp. De ambachtsheer van Zoutelande was in Spaanse dienst, zodat diens autoriteit niet meer werd erkend. Op gezag van Prins

Tijdschriftenbank Zeeland

Bulletin Stichting Oude Zeeuwse kerken | 1990 | | pagina 21