6 devotiekapel van de H. Leonardus was, tot 1820 sacristie en sinds 1983 schatkamer. De koorpartij, aan de buitenkant negenhoekig, maar van binnen een vijfhoek, is 't merkwaardigste deel van de kerk. Er is hier sprake van vier geledingen: de ruime kooromgang met grote ramen, daarboven een open triforium met rondbogen, dan een blind triforium met naast elkaar geplaatste tweelingzuiltjes en helemaal bovenin de lichtvensters. Aan de buitenkant van het koor, onder de dakbedekking en tussen de steunberen loopt een zgn. open Lombardische dwerggalerij ook met tweelingzuiltjes, helaas in slechte staat. De kerk heeft, zoals bijna altijd het geval is, een latijns kruis als grondvlak, maar het koor neigt aan de binnenkant zwak naar links, waarmee het naar opzij neigende hoofd van de stervende Christus uitgebeeld wordt; deze verklaring wordt althans meestal hiervoor gegeven. De kunstcollectie in de kerk Wegens de grote opkomst van onze donateurs, twee bussen vol, werden we door drie gidsen rondgeleid. Voordat we nu de belangrijkste stukken van de kerk gaan bekijken, staan we even stil bij de figuur van Leonardus, die in de eerste helft van de 6e eeuw leefde en een telg was uit een adellijk Frankisch geslacht. Onderricht door de bisschop van Rheims, Remigius weigerde hij zelf de bisschoppelijke waardigheid, maar trok zich, het geloof predikend in Aquitanië, in de eenzaamheid terug. Hij werd abt van Maria in de Rozenkrans, 'schoon gelijk de maan, zuiver als de zon'. 't kleine klooster van Noblac. Hij is de patroon van gevangenen en geesteszieken, maar ook de helper in nood van vrouwen in verwachting en van jonge moeders, de steun en toeverlaat van jicht- en rheumalijders. Zijn houten beeld uit 1300 stond bij ons bezoek niet op z'n gebruikelijke plaats in de middennis van het Sint-Leonardusretabel, maar keurig gekleed in een rode koorkap midden in de kerk. Zo was hij n.l. op zijn feestdag, Pinkster-maandag, in processie rondgedragen. In de zijvakken van dat retabel, dat door een Brussels beeldhouwer tussen 1476-1478 gesneden is - als merkteken van Brussel is duidelijk een hamer te zien - zijn taferelen uit 't leven van de heilige te zien tot en met de onder zijn hoede na een jachtpartij gelukkig verlopen bevalling van Koningin Wisigardis. De slanke figuurtjes en ook hun vrome en onbewogen uitdrukking, het plooienspel van hun gewaden doen denken aan panelen van de Leuvense schilder Dirk Bouts. Staan wij nu eerst stil bij de ruim achttien meter hoge Sacramentstoren, gemaakt van witte steen van Avesnes (1550-1552) door Cornelis II Floris de Vriendt, een man, die we al eerder leerden kennen als de architect van Antwerps stadhuis, het eerste renaissance bouwwerk in de Lage Landen. De hele toren, 'une pièce montée', is per schip vanuit Antwerpen naar Zoutleeuw gebracht. De grafsteen van de milde schenkers Marten van Wilre (overleden in 1558) Heer van Oplinter en van zijn gade Maria Pyllerpeerts (overleden in 1554) staat naast de toren, waarvoor ze destijds zes honderd Carolus guldens neertelden, 't Is een renaissance interpretatie van de gotische altaartorens van de Sint-Pieter- en Sint-Jacobskerk te Leuven. Er zijn negen verdiepingen met beeldengroepen betreffende het Oude en Nieuwe Testament, met symbolische voorstellingen van Eucharistie en Christelijke deugden, met meer dan tweehonderd beeldjes van mannelijke en vrouwelijke heiligen, profeten, evangelisten en westelijke kerkvaders. In de bovenverdieping wordt Maria door de H. Drievuldigheid gekroond. Daar staat ook de Pelikaan, die met haar bloed haar jongen voedt. Rond deze toren, een tabernakel dus, waarin de geconsacreerde hosties bewaard worden, staat een vijf-zijdig geel koperen hek, dat in 't midden van de 16e eeuw waarschijnlijk door Jan Pans gegoten werd. Een toppunt van Maaslandse geelgieterij vormt ook de zevenarmige, ruim 5Vz meter hoge Paaskandelaar, die in 1482-1483 gemaakt werd door Renier van Thienen uit Brussel. Hij wordt gedragen door leeuwen en honden en we herkennen de figuur van Leonardus onderaan tegen de cylindervormige stam. Boven dat beeldje

Tijdschriftenbank Zeeland

Bulletin Stichting Oude Zeeuwse kerken | 1990 | | pagina 6