6 Vroegste ontwikkeling Voordat Goes zich - in de loop van de 14de eeuw - als plaats van enige importantie ging manifesteren had het als dorp al een bewogen historie achter de rug. Na het ontstaan als kleine nederzetting aan de oever van een kreek, wordt de ontwikkeling ruw verstoord door de stormvloed van 1134. De zee spoelt dan de nederzetting weg. Als na verloop van tijd langs de noordzijde van het toenmalige Zuid-Beveland een dijk wordt aangelegd, wordt het oudste Goes buitengedijkt. De bekende kroniekschrijver van graaf Floris V, Melis Stoke, zegt: 'Ter Goes was een begin van eenen huse', d.w.z. er werd een militaire sterkte gebouwd. Eerst een heel kleine nederzetting van wat boeren, vissers en handwerkslieden, later steeds groter en omvangrijker. Goes komt vanaf 1315 onder het bewind van Jan van Henegouwen, heer van Beaumont. Het gaat de plaats vanaf die tijd echt voor de wind. Het slot Oostende, als burcht van de heren van Borsele de stad beheersend, wordt vergroot en verfraaid. Oude tekeningen laten nog iets zien van deze luisterrijke periode. Behalve de overige bebouwing is ook de dorpskerk gesitueerd in de onmiddellijke nabijheid van het slot Oostende. Rond 1400 wordt Goes als stad opgenomen in de rij van Zeeuwse steden. Gravin Jacoba van Beieren geeft in 1417 aan de stad toestemming om zich van muren, grachten en poorten te voorzien. Ons baserend op de gegevens van het Goese gemeentearchief kunnen we de ontwikkeling van het kerkgebouw als volgt in de tijd plaatsen: I ***-1407 middeleeuwse dorpskerk II ca. 1407-1415 koor en transept III ca. 1415-1423 schip en toren IV 1455-ca. 1470 nieuw koor V ca. 1475-ca. 1480 nieuw schip 1476-1484 vijf klokken gegoten VI 1487-1506 transept of dwarsbeuk Vla 1505 dak van kruiswerk Vlb 1506 afbraak van het oude schip VII 1508 portaal noordtransept VIII 1509 portaal zuidtransept Het kerkgebouw heeft dan zijn volle omvang bereikt. IX ca. 1520 sacristie X 1534-1539 westtoren De toren Een onderdeel van ons verhaal waar we niet omheen willen, is de toren (niet te verwarren met de huidige dakruiter). Het zal de lezer echter duidelijk worden dat we de gegevens over de toren met de nodige omzichtigheid aan het papier toevertrouwden. Normaal is dat aan de westzijde van een kerk zoals in Goes - meestal vastgebouwd aan het schip, soms los daarvan - een toren stond. Een oorkonde van 8 juni 1423 maakt melding van de wijding van onder andere een toren. Of het hier echter gaat om een vieringtoren of een toren aan de westzijde, wordt niet duidelijk. Het laatste lijkt waarschijnlijk. De markt met op de achtergrond de kerk. Putti dragen het wapen van Zeeland (links) en dat van Goes (rechts). Anonieme gravure uit de tweede helft van de 17e eeuw, afgebeeld in Smallegange's Nieuwe Cronyk van Zeeland, (foto M. de Goffau) f HET RAADHTTTS TOT Gons

Tijdschriftenbank Zeeland

Bulletin Stichting Oude Zeeuwse kerken | 1991 | | pagina 6