12 Het wapen op rouwbord nummer drie is afkomstig van de tweede echtgenote van mr. Nicolaas van Hoorn en moeder van mr, Jan Cornelis van Hoorn. Het betreft Margaretha Johanna Ockersse (1716- 1757). Het linkerdeel (heraldisch gezien rechts) toont het wapen Van Hoorn met Burgh als hartschild. Het andere deel toont het familiewapen Ockersse. Dat het hier het wapen van een vrouw betrof is af te leiden uit de ovale vorm. Margaretha Johanna Ockersse overleed op 28 november 1757 en werd begraven te Burgh. Aan de onderzijde is de dag en de maand te lezen: o (obiit=overleden) XXVIII novem(ber). Het is opmerkelijk dat niet alleen een bordje met de juiste dag en de maand, maar ook een bordje met het overlijdensjaar bewaard is gebleven. Het bordje met het jaar bleek zich te bevinden op het rouwbord nummer zeven. Heeft Vriesendorp deze bordjes er wellicht los bijgekregen of is hier sprake van "toeval" Van dit bord werden de versieringsstukken van de onderzijde en de zijkanten teruggevonden.Er zijn twee van de bijbehorende acht kwartierwa pens bewaard gebleven. Het wapen op het vierde rouwbord is gezien de vorm eveneens van een vrouw. Gelet op het wapen betrof het ook hier een lid van de familie Van Hoorn. Naar alle waarschijnlijkheid gaat het hier om het wapen van Johanna Regina van Hoorn (1717-1766), een zuster van mr. Nicolaas van Hoorn Rouwborden uit de kerk van Renesse Bij het vijfde rouwbord was de identifica tie van het wapen vrij eenvoudig. Het hartschild betrof Renesse. Het moest dus gaan om een ambachtsheer van Wapen van Pieter Kemp (1692-1720) Pieter Kemp (1692-1 /20), portret in het stadhuis te Zierikzee Renesse. Opvallend was de (opvliegen de) lepelaar als helmteken. Deze was op de tekening uit 1908 nog voorzien van vleugels. Het kostte weinig moeite om mede aan de hand van dat helmteken vast te stellen dat het hier om een lid van de familie Mogge ging. Langs een andere weg, namelijk via de genealogie Mogge, kon worden vastgesteld dat het hier het wapen van mr. Hubertus Mogge (1647- 1719) moest betreffen. Hij was raad, schepen en burgemeester van Zierikzee. Hij overleed op 28 februari 1719 in Zierikzee en werd op 7 maart begraven in de kerk van Renesse. Sinds 1704 was hij ambachtsheer van deze heerlijkheid, waarvan hij 9/16 deel bezat. Ruim 2'/2 jaar na het overlijden betaalde de weduwe het door haar echtgenoot nagelaten legaat van 200 gulden uit aan de kerkmeesters van Renesse 7). Ook van dit bord werden de versieringsstukken van de onderzijde en de zijkanten teruggevonden. Drie van de acht kwartierwapens zijn bewaard gebleven. Het wapen nummer zes zonder rouwbord gaf, na identificatie van het vorige, weinig problemen. Het betrof het wapen van Martina Ockersse (1658-1727), de wedu we van mr. Hubertus Mogge. Zij overleed te Zierikzee op 18 juli 1727 en werd op 25 juli in de kerk van Renesse begraven. Zij legateerde evenals haar man 200 gulden aan de kerk voor reparatiewerkzaamhe den. Het linkerdeel (heraldisch rechts) is het familiewapen Mogge, het andere deel het familiewapen Ockersse. Ook in dit deel is het heerlijkheidswapen van Renesse opgenomen. Zij werd na het overlijden van haar man ambachtsvrouwe van Renesse. Het koord, dat op ingewik kelde wijze is gevormd tot lussen en kno pen en rondom het wapen is aange bracht duidt erop dat we hier met een weduwe te doen hebben. Op rouwbord nummer zeven is het wapen van Pieter Kemp 1692-1720) bevestigd. Hij was een schoonzoon van mr. Hubertus Mogge en Martina Ockersse. Pieter Kemp was raad, schepen en bur-

Tijdschriftenbank Zeeland

Bulletin Stichting Oude Zeeuwse kerken | 1992 | | pagina 12