Het orgel in de
Nieuwe Kerk te
Zierikzee
13
Enkele van de bewaard gebleven kwartierwapenlies.
gemeester van Zierikzee en heer van
Bommenede en Moermond. Het wapen
van Bommenede, met daarin een bom. is
opgenomen als hartschild. Twee van de
bijbehorende kwartierwapens zijn
bewaard gebleven.
Uit het onderzoek bleek dat zich oor
spronkelijk nog een achtste wapen in slot
Moermond moet hebben bevonden, ver
moedelijk van een dame Kemp. Dit bord
is helaas verdwenen of verloren gegaan.
Losse wapenschildjes
Ten aanzien van de losse wapenschildjes
was onze puzzel nog niet voltooid. Wij
hielden nog negen wapenschildjes over,
die dezelfde uitvoering hadden maar niet
bij de aanwezige rouwborden konden
thuishoren. Voor zover wij konden nagaan
hebben deze naar alle waarschijnlijkheid
behoord tot een verloren gegaan rouw-
bord van Catharina Henrietta de Huybert
(1710-1736), de eerste echtgenote van
mr. Nicolaas van Hoorn. Via haar kwamen
de heerlijkheden Burgh en Kraayestein in
het bezit van de familie Van Hoorn.
Opmerkelijk is echter dat zij in Vlissingen
werd begraven op 31 maart 1736.
Reconstructie
De resultaten van het onderzoek werden
verwerkt in een rapport ten behoeve van
de kerkvoogdij van de Hervormde
gemeente te Renesse-Noordwelle.
Voorstellen werden gedaan om te komen
tot de nodige wijzigingen ten aanzien van
de bevestiging van de wapens op de
rouwborden waardoor een logisch geheel
wordt verkregen. De kerkvoogdij heeft
plannen de aanbevolen wijzigingen te
laten uitvoeren en de ontbrekende delen
van de rouwborden te reconstrueren. Na
voltooiing ontstaat zonder twijfel een
fraaie serie rouwborden, die het bezichti
gen ten volle waard zal zijn.
Noten:
1). P D de Vos, Wapenborden in de kerken, in: Nieuws-
en Advertentieblad voor Zierikzee en omstreken. 6
januari 1912, herdrukt in: Gens Nostra. 1984, p 359-
361 C.A. van Svvigchem, T. Brouwer en W. van Os,
Een huis voor het woord. Het protestantse kerkinteri
eur in Nederland tot 1900, 's-Gravenhage 1984.
z). Kopieën van dit handschrift berusten in het
Rijksarchief in Zeeland te Middelburg. Deel 4 bevat
de wapens in de kerken van Schouwen-Duiveland
Een kopie van dit deel berust in het
Streekarchivariaat Schouwen-Duiveland en Sint-
Philipsland (SAZ)
3). Mondelinge mededeling van de heer W L
Blindenbach, directeur van de Stichting Moermond
te Haamstede
De wapens zijn te zien op foto's in het weekblad
Buiten van 10 juni 1916
5). Rijksarchief in Zeeland. Documentatie Zelandia
Illustrate. C 1982/30
Deze en andere genealogische bijzonderheden zijn
ontleend aan P.D de Vos, De vroedschap van
Zierikzee van de tweede helft der 16de eeuw tot
1795, Middelburg 1931.
7). SAZ. Archieven Hervormde gemeente te Renesse,
rekeningen kerkmeesters.
Het orgel in de Nieuwe Kerk te Zierikzee,
in gebruik genomen in 1848, is gebouwd
door Kam en Van der Meulen, orgelbou
wers te Rotterdam. Daarnaast bouwden
zij orgels voor de Bonifaciuskerk (1842) te
Dordrecht en voor de Hervormde Kerk
(1840) te Oudewater. Het Zierikzeese
orgel mag een uitstekend 19e eeuws
instrument worden genoemd. Het is een
typisch romantisch instrument. In het
bestek staat het als volgt omschreven:
"krachtig zonder schreeuwend te zijn en
zonder domineren van de vijlstemmen,
helemaal het ideaal van de tijd". In zijn
technische uitvoering staat het op een
zeer hoog peil. De gehele factuur van het
orgel getuigt van het gedegen vakman
schap dat de 19e eeuwse orgelbouwers,
voortbouwend volgens de traditie van de
18e eeuw, nog eigen was. De orgelkast is
uitgevoerd in een eenvoudige rondbo-
genstijl, die destijds zeer in de smaak viel
en ook goed past bij de kolossaalorde
van de kerk. In de loop der tijd heeft het
orgel weinig veranderingen ondergaan. In
1874 werd het gerepareerd waarbij enige
aanpassingen zijn uitgevoerd (zie onder
staande bijdrage van R. Verhage). In de
Tweede Wereldoorlog werd het orgel
door granaatscherven beschadigd: 138
pijpen werden geheel vernield en 120
anderen beschadigd. Deze schade is in
1948 hersteld door de fa. De Koff die
toen tevens enige veranderingen in de
dispositie heeft aangebracht. In de
zeventiger jaren is de conditie van het
orgel erg achteruitgegaan. De kerk stond
leeg en door de kapotte ramen hadden
wind en regen vrij spel, ook was er spra
ke van vandalisme. Door de inzet van de
toenmalige organist de heer D. Visser is
het orgel bespeelbaar gebleven. De oor
spronkelijke dispositie van het orgel:
Bovenwerk:
1Prestant 8'
Holpijp 8'
Viola di Gamba
Baarpijp 8'
Octaaf 4'
Open fluit 4'
7. Zachtgedekt 4'
8. Woudfluit 2'
9. Echotrompet 8'
10. Dulciaan 8'
Hoofdwerk:
I. Prestant 16'
Bourdon 16'
Prestant 8'
Roerfluit 8'
Octaaf 4'
Roerfluit 4'
Octaaf 2'
8. Quint 3'
9. Cornet 4-5 st.
10. Mixtuur 4 st
II. Basson 16'
12. Trompet 8'
Klavieromvang C-f"
Pedaal C-d'
Pedaal:
1. Prestant 16'
2. Subbas 16'
3. Violon 16'
4. Octaaf 8'
5 Gedekt 8'
6. Octaaf 4'
7. Quint 6'
8. Bazuin 16'
9. Trompet 8'
10. Trompet 4'
11. Zink 2'
Ontleend aan: J.H Kluiver, Historische
orgels in Zeeland, in Archief 1976 van het
Koninklijke Zeeuwsch Genootschap der
Wetenschappen.