7 Het gedeelte van de houten bovenbouw met de galmgaten was bestemd voor de plaatsing van een carillon. Alhoewel voor de aankoop hiervan in 1930 een verloting werd gehouden, is dit carillon er toen niet gekomen. De vanuit de omloop, boven de galmga ten, uitrijzende spits liep rechtlijnig naar het kruis bovenop de toren. In het boven ste gedeelte van de spits was nog een ommegang, overgaand in een kroon. In 1903 werd de spits van de toren, die naar een zijde gevaarlijk begon over te hellen, door de Hulsterse aannemer B.H. Reuling, na de nodige voorbereiding, in de tijd van twee uur weer rechtgezet. Tijdens de Tweede Wereldoorlog fun geerde de toren geregeld als een militaire uitkijkpost. Door de Duitsers werd dit ken baar gemaakt door een nog altijd aanwe zige tekst uit 1940 op de luidzolder. Voorts maakten zij hun aanwezigheid kenbaar door het wegvoeren van de klok ken die, teruggevonden, nog steeds hun klanken over Hulst en omstreken doen horen. Op 18 september 1944, één dag vóór de bevrijding van Hulst, werd met ca. 70 wel geplaatste granaten de spits van de toren van de basiliek weggeschoten. De zesde toren Nadat in 1945 voorlopige voorzieningen aan de torenromp waren getroffen, werd in 1950 besloten tot een prijsvraag voor een ontwerp voor een nieuwe bekroning. Niet een openbare, maar een waarbij drie architecten op uitnodiging zouden mede dingen. In de jury hadden zitting: de bur gemeester van Hulst (voorzitter), een ver tegenwoordiger van de Rijksdienst voor de Monumentenzorg en drie architecten. Het resultaat van de inzendingen was bene den de verwachtingen. In 1951 verzocht de gemeente Hulst aan de minister van Onderwijs, Kunsten en Wetenschappen om een openbare prijsvraag uit te schrij ven, hetgeen slechts na grote aandrang kon worden verkregen. In 1953 kreeg dezelfde jury, die in 1950 was opgetreden, niet minder dan 40 ingezonden ontwerpen te beoordelen. Dit keer was er een ont werp dat de goedkeuring wegdroeg, namelijk het ontwerp van J.Brouwer, archi tect H.B.O. te Aalsmeer, ingezonden onder het motto "Prediker". De architect had zijn ontwerp gedacht als een beton constructie, te bekleden met de ook aan de kerk verwerkte Ledesteen, daarbij niet beseffend dat dit praktisch (vanwege de constructie en het niet meer kunnen ver krijgen van deze steen) onmogelijk was. Direct na de uitverkiezing werd door de gemeente opdracht gegeven voor een definitief ontwerp dat in 1953, met verwer king van opmerkingen van de jury van zowel technische als esthetische aard. werd ingediend. Toen dit bij de jury, niet zonder moeite, was gepasseerd, ging de Rijkscommissie voor de Monumentenzorg dwarsliggen. Sommigen leden twijfelden aan de dege lijkheid van de constructie, anderen von den het geen gelukkige bekroning voor een laat-middeleeuwse kerk. Op 13 juni 1955 hakte de minister de knoop door, waarna het project verwezelijkt kon wor den. De architect gaf aan ir. W. van der Schrier opdracht voor de berekening en De Sint Willibrordusbasihek met de huidige torenbekroning (Schrier. W. van der. p.780)

Tijdschriftenbank Zeeland

Bulletin Stichting Oude Zeeuwse kerken | 1994 | | pagina 7