Km Twee gedenkramen uit de twintigste eeuw In de Nieuwe Kerk te Middelburg n 5 G SOPHIA VAN HOLTHE TOT ECHTEN In het Bulletin van de Stichting Oude Zeeuwse Kerken september 1993 is het negentiende eeuwse glas in de Nieuwe Kerk ter sprake gekomen. In dit artikel zal nader worden ingegaan op twee gebrandschilderde ramen in de Nieuwe Kerk die in respectievelijk 1929 en 1953 zijn aangebracht. De Nieuwe Kerk heeft in de protestant se periode gebrandschilderde ramen gehad Door omstandigheden zijn in Middelburg de Abdijkerken de belangrijkste hervormde kerken van de stad geworden. Van de parochiekerken werd de Sint Maartenskerk op de Markt in 1575 afgebroken en de Sint Pieterskerk, ook wel de Oude Kerk genoemd, in 1834. Wat er resteerde van de kloosterkerken was van kleinere omvang en in voornaamheid niet te vergelijken met de Abdijkerken Van de gecompliceerde Abdijkerk bood het onderdeel genaamd de Nieuwe Kerk de meeste ruimte. Bij de protestantse eredienst ging men over op een van noord naar zuid gerichte opstelling van de banken. De kerk heeft vanouds aan de zuid-, west- en noordzij de vensters. In de literatuur wordt weinig of geen aandacht besteed aan die ven sters hoewel die toch voor het interieur in belangrijke mate medebepalend zijn. Het zou een misverstand zijn te veronder stellen dat de kerken na de Reformatie geen gebrandschilderde ramen hebben gekend. Menigmaal bleef, zelfs als er een beeldenstorm plaats vond, het glas in tact In de Nieuwe Kerk echter, naar wij moeten aannemen, zijn bij de grote brand in 1568 de nodige gebrandschilderde ramen ver nield. Het gebruik van gebrandschilderde vensters, onderhouden door de verschil lende gilden, bleef echter bestaan, ook na de inrichting van de Nieuwe Kerk voor de De Nieuwe Kerk le Middelburg met vier vensters op de zuidzijde voor de verbouwing van 1852 De grote kerkramen hadden ruitjes van klein formaat, ook in de halve boog Van tracering is geen sprake meer Bouwhistorisch onderzoek door Labouchère en Haakma Wagenaar. september 1943 (Tekeningenarchief R M.Z te Zeist) ABDIJKERK TE MIDDELBURG AANZICHT UIT HET ZUIDEN TOESTAND VOOR DE VERBOUWING IN 1852 gereformeerde eredienst in 1577. Zo vinden wij dat in 1784 in deze kerk in de zuidgevel nog bijna ongeschonden bestond het geschilderde glasraam van het gilde der kooplieden, waarop afge beeld stond de Koopmansbeurs met de namen van de overlieden van dit gilde en het stichtingsjaar 1682. In het westen van de kerk, dus aan de zij de van de Groenmarkt, was geplaatst het raam van het grote en kleine schippers gilde: daaronder stond het jaartal 1652. In de noordgevel, aan de zijde van de latere Statenzaal, stonden die van 't vette- wariers-, graan-, kannen- en glaskopers- gilde zonder jaartal. Tenslotte zag men daarnaast dat van de kruideniers-, apo thekers-, drogisten-, tabakverkopers en suikerbakkers, die samen één gilde vorm den met het jaartal 1682.1) Verarming van het interieur van de Nieuwe Kerk eind achttiende en negen tiende eeuw Het jaar 1795 van de Vrijheid, Gelijkheid en Broederschap was voor de gerefor meerde kerk noodlottig. Als "heersende kerk' had zij afgedaan.Ook op het inwen dige van de kerkgebouwen was dit van grote invloed. Omdat alle steun van over heidswege aan de kerk geheel ophield moest deze uit vrijwillige bijdragen van haar leden in de kosten voorzien, ook die van het onderhoud van het gebouw. Er trad een periode in van verwaarlozing. In deze periode van opruiming en verar ming, waarin de gilden niet meer beston den, die tot dan toe hun eigen glas had den onderhouden, zijn de gebrandschil derde gildenglazen uit het zicht verdwe nen. Na het wegbreken van de zandste nen traceringen werden ze vervangen door in hout gevatte glasruiten. De talrijke wapenborden 2) zijn in 1798 weggenomen 3). De beide kerkkronen uit 1672, getekend door Cornelis de Barlaer, werden kort voor 1846 verkocht en ver vangen door moderne verlichtingsappa- ratuur4). Het Aardrijkskundig Woorden boek vermeldt in 1846 dan ook dat de hoofdkerk van de hervormden zonder eni ge praal of luister was In 1846 werden in de langwerpig vierkante ruimte met twee rijen pilaren de rijk gebeeldhouwde koolbladkapitelen der kolommen weggehakt en vervangen door aan latwerken bevestigde moderne hoofd gestellen van stuc. Het dak werd bekoe- peld met een gestucadoord plafond. De wanden, bogen en zuilen werden gepleis terd, met toepassing van een mengelmoes van verbasterde renaissance en quasi-goti- sche vormen. Dit leverde een weinig fraaie

Tijdschriftenbank Zeeland

Bulletin Stichting Oude Zeeuwse kerken | 1995 | | pagina 5