20 De korfboog is vooral bekend uit de pro fane bouw. Ook in de kerkenbouw ziet men deze boogvorm regelmatig toege past, onder andere bij het overspannen van kleinere vensteropeningen en bijvoor beeld bij deurpartijen in de westtorens, waarboven een met een spitsboog afge dekte blinde boogopening. De tudorboog is een uit de Engelse late gotiek voortgekomen boogvorm, in de Nederlanden overgenomen in die situ aties waarin ook de korfboog toepassing vond. Waarschijnlijk ook uit de Engelse gotiek afkomstig is de accoladeboog, hier toegepast in de late gotiek. De voor die tijd brede en hoge venster openingen moesten uiteraard om klimato logische redenen worden opgevuld met beglazing. De mogelijkheden voor glasfa- bricage waren zeer beperkt, zodat van de kleine ruitjes glas-in-loodpanelen werden samengesteld. Glas in loden strippen gevat leverde echter slappe elementen, waarvan de afmetingen, om windkracht te kunnen weerstaan, betrekkelijk klein dien den te zijn. Daarom werden de venster openingen met slanke stenen stijlen, de zogenaamde montants, ook wel posten genoemd, onderverdeeld. Deze meestal natuurstenen montants waren zo slank dat extra steun daarbij nodig was. Deze werd verkregen door in zo'n venster een aantal zogenaamde brugijzers in te met selen, horizontaal van vensteromlijsting naar vensteromlijsting. De montants von den daar steun in. De brugijzers dienden tevens voor het opsluiten van de horizon tale randen van de glas-in-loodpanelen. De aansluiting van de koppen van de montants aan de boogomtrek gebeurde niet zomaar rechtstandig tot tegen de boog. Het groeide uit tot een systeem van in elkaar gevlochten lijnen, eveneens zeer kenmerkend voor de gotische bouwstijl. Men noemt deze vlechtingen traceringen. Naar gelang de belangrijkheid van de kerk en naarmate men later in de gotiek komt, worden de traceringen rijker aan vormen. De vormen die aan de tracerin gen werden gegeven, hebben geen sacrale betekenis. Er bestaat een aantal motieven waaruit de traceringen in belangrijke mate werden samengesteld. Wellicht dat daarop in een volgend artikel dieper kan worden ingegaan.

Tijdschriftenbank Zeeland

Bulletin Stichting Oude Zeeuwse kerken | 1997 | | pagina 24