15
tje opleverde met een aanmerkelijke sta
tus.
Het komt er op neer dat de Blauwe Dijk
als plaats en het kerkje daar als gebouw
geaccepteerd zijn totdat men geslaagd
zou zijn in betere voorzieningen.
Een kans op iets beters leek zich voor te
doen toen een terrein aangeboden werd
aan de Lange Delft, ditmaal niet achter de
rooilijn, zoals de Sint Barbara, maar op
een beter 'standpunt': aan de straat, en
diep genoeg voor een nieuw te bouwen
kerk die geheel in de behoefte zou voor
zien. Toen het nieuwe kerkgebouw, waar
over dit artikel handelt, gereed gekomen
was, is de Gasthuiskapel verkocht aan de
Afgescheidenen.
Ontwerp voor een kerk
aan de Lange Delft
Het betrof een perceel aan de Lange
Delft op een aan beide zijden ingesloten
terrein tussen H13 en H15, tot dan in
gebruik voor de zogenaamde Handels
sociëteit, en te koop aangeboden voor
7.000,-. Het werd door deskundigen als
zeer geschikt aangemerkt. Verkoper
Ellens Bruis zou voor zijn rekening en risi
co het bestaande gebouw afbreken. Een
pastorie hoefde niet gebouwd te worden
want er zou een geschikt huis bij of in de
buurt verkrijgbaar zijn voor minder geld
dan het bouwen van een nieuwe zou kos
ten.
Eerste ontwerp. Volgens de bronnen is
een plan en begroting voor de nieuwe
kerkbouw gemaakt door een bevoegd
deskundige uit Middelburg.16 Deze expert
is ons onbekend gebleven. Van dit voor
ontwerp is alleen de kostenbegroting
bewaard gebleven. Uit het bestek blijkt
dat er bijvoorbeeld gedacht is aan een
bepleisterd voorfront, kroonlijst en fronton
in hout, voorts een vierkant overgangsge
deelte boven het fronton met daarop een
in hout uit te voeren toren. Ook zouden er
ijzeren glasramen gemaakt worden en
een blauwstenen vloer aangebracht. Er
zouden nieuwe banken getimmerd wor
den maar de oude preekstoel zou meeko
men. Het gebouw was gedacht met een
voorpleintje. De burgemeester van Mid
delburg maakte echter bezwaren voor de
vergunning tot afbraak van het bestaande
pand wanneer er vóór de nieuwe kerk
een open plein zou komen. Hij verlangde
dat het op te trekken gebouw in de rooi
ing van de overige huizen zou worden
geplaatst. Dit 'primitieve' plan met de aan
leg van een open plein voor het kerkge
bouw is dan ook niet doorgegaan.'7 Hier
door heeft de zaak vertraging ondergaan.
Tweede ontwerp. Een tweede plan,
gesigneerd door J. Bourdrez'8 op 23
augustus 1843, inclusief bestek en kos
tenraming, is wel bewaard gebleven. De
tekeningen geven te zien dat er een voor
front zal worden gebouwd en een toren,
waaronder een open portaal en aan
weerszijden bergplaatsen. Bovendien zou
het een kerkgebouw worden met vestibu
le, biechtkamers en gaanderijen, alsook
een sacristie achter de kerkruimte.
In de stukken bij het bestek behorende
treffen wij onder meer de volgende details
aan. De kapitelen, basementen en pilas
ters zouden van natuursteen gemaakt
worden. Het frontispice en de lijsten van
de voorgevel van grenenhout, de toren in
grenen- en dennenhout. De kap over de
kerk, ook over de sacristie en het afdak
over de vestibule eveneens in grenen- en
dennenhout. Er zouden afdaken van de
lokalen naast het open portaal gemaakt
worden, dus over de bergruimten aan
weerszijden van dit open portaal. Wij zien
posten voor twee ronde ramen in de
vestibule en een gesmeed ijzeren raam in
de voormuur van de kerk. Voorts voor
een blauwstenen vloer in het open por
taal, in de vestibule en in de kerk zelf tot
aan de communiebank en het portaal van
de sacristie. Het voorfront en het open
portaal zouden bepleisterd worden met
'Romeinse' cement.'9 De plafonds en de
bekoepelingen zouden gestucadoord wor
den. Evenals in het eerdere ontwerp is
een post voor het timmeren van banken
opgenomen.
Bij een goede uitvoering van het werk zal
de nieuwe kerk, inclusief de gaanderijen,
ruimte bieden aan ongeveer 1.600 perso
nen.
De kosten voor de bouw zouden onge
veer 52.000,- bedragen 45.000,-
plus 7000 aankoop grond). De gouver
neur van Zeeland, Van Vredenburg, advi
seerde koning Willem II het plan te aan
vaarden gezien de meer 'doelmatige' lig
ging van de kerk en omdat de verstrekte
en toegezegde giften zijn gedaan onder
voorwaarde dat op deze plek de kerk zou
worden gebouwd. Het bedrag van de
'opofferingen' zou in dit geval tot onge
veer 34.000 klimmen, hetgeen een
verbazende som genoemd mag worden
voor een zo weinig vermogende gemeen
te.
Ontwerp niet gunstig ontvangen. Het
ontworpen plan bood wel enige 'onregel
matigheden', zo werd gezegd. Die had
den kunnen worden vermeden indien ten
eerste de eigenaar van het buurpand een
inspringende hoek op het aangekochte
terrein had willen afstaan en ten tweede
als de burgemeester aan de vergunning
tot afbraak van het bestaande pand de
voorwaarde had verbonden die hierboven
ter sprake werd gebracht: geen voorplein
vóór de kerk, hoewel de wenselijkheid
daarvan herhaaldelijk van kerkelijke zijde
naar voren was gebracht. Niet alleen de
Aartspriester zou gaarne een plein vóór
de kerk zien, de minister was het daar
mee eens. Alleen van stadswege werd er
bezwaar gemaakt, althans wanneer het
een kerk betrof in de straatwand.
Bij het Lange Delft-ontwerp komt het erop
neer dat een soort compromis is nage
streefd: aan de straatzijde is een soort
bouw gedacht, door een toren bekroond,
die in feite een combinatie te zien geeft
van een door een hekwerk van de straat
afgezonderd open portaal, gevolgd door
een vrij omvangrijke vestibule, ongeveer
eenvijfde van de totale diepte. Een erg
mooie oplossing was het niet.
Waarom zou men als gevolg van een
'burgerlijke' conditie genoodzaakt zijn tot
afzondering van de toren van de kerk, zo
vroeg de Aartspriester zich af. Hierdoor
verliest men niet alleen nutteloos grond,
maar worden de kosten verzwaard en
bovendien vermindert hierdoor de hecht
heid van de bouw.
Het aanzicht van de ontworpen kerk is
niet fraai. Het 'klassieke' portiek aan de
straat - van een vrij voorterrein is dus
van kerkelijke zijde afgezien - bestaat uit
een poortgebouw, bekroond met een drie
hoekig fronton, waarboven een slanke
toren uitrijst. De vormgeving van dit 'tem
peltje' aan de straat met zijn twee soorten
pilasters is onbeholpen, zoals ook de uit
loop ervan in de toren, die veel minder
organisch en vloeiend is dan wij bij het
latere project te zien zullen krijgen.
Er wordt ook vreemd met de ruimte
omgesprongen, te meer omdat de kerk
ruimte nog weer eens een omvangrijke
entree heeft onder een orgelgalerij voor
dat wij het eigenlijke kerkschip betreden.
De zijwanden van het schip zijn opge
bouwd uit een plint, waarop Ionische
pilastertjes, die een zwaar hoofdgestel
dragen. In de kap zijn ovale lichten uitge
spaard. De aansluiting op de koornis is
niet bijster gelukkig. Al met al geven de
tekeningen geen gunstige indruk van de
capaciteiten van de ontwerper. Het hoeft
ons dan ook niet te verbazen dat er van
verschillende kanten kritiek is gekomen.
Architect Th. Molkenboer (1796-1863)
kreeg opdracht het ontwerp met de bijbe
horende stukken te beoordelen en ver
slag uit te brengen aan de Aartspriester,
de heer Kervel. Molkenboer20 leverde een
bouwkundig/stilistisch commentaar op het
plan inzake de bouw aan de Lange Delft:
het hele plan laat veel te wensen over.2'
Een van de hoofdpunten uit zijn commen
taar betreft de ramen in het gebouw. Hij