13 toren, boven het dak van het schip van de kerk, zien we in het metselwerk een An dreaskruis van geglazuurde koppen. Wat het betekent en waarom dit op een zo wil lekeurig lijkende plaats is aangebracht, kunnen wij niet verklaren. Het meest waarschijnlijk lijkt het een uiting te zijn van een middeleeuwse symboliek waar van we de betekenis niet meer kennen.7 Het bakstenen gewelf in de torenhal is pas in 1956 aangebracht. Bij de bouw was er reeds met een gewelf gerekend want in de wanden zaten de uitsparingen, van waaruit de kluizen moesten worden opgemetseld. In de hoeken waren de voetstukken van de natuurstenen ribben aangebracht. De voor de Tweede Wereldoorlog in de toren aanwezige drie klokken werden in 1943 in opdracht van de bezetters weg gevoerd. Slechts één hiervan is in 1945 teruggekomen. Dit is de klok met het randschrift "Soli Deo Gloria Michael Bur- gerhuys Me Fecit Anno Domini 1633". Het gewicht van deze klok is 900 kg. Een grote en een kleine klok werden later bij- gekocht, zodat er ook nu weer drie klok ken zijn. Als laatste bouwfase van het gebouw zoals we dat nu kennen, werd het schip met één travee verlengd en hierdoor met de toren verbonden. Omdat de voormali ge westgevel grotendeels werd gehand haafd, ontstond tussen toren en schip een aparte ruimte. In de zuid- en noord gevel hiervan bevinden zich de tegen woordige ingangen van de kerk. De oor spronkelijke deuren in de zuid- en noord wand van het schip kunnen vanaf toen hun betekenis al hebben verloren. Een merkwaardig venster In de noordgevel van de Onze Lieve Vrou wekapel bevindt zich een merkwaardig venster, samengesteld uit een vijftal cir kels; een grote cirkel omringd door vier kleinere. De omlijsting is een normale spitsboog. Daarbinnen is, tijdens de bouw of enige tijd later, een bakstenen vulling aangebracht waarin de vijf cirkels zijn uit gespaard. In de ronde vensters zijn ijze ren kruisen en raamwerken, waaraan het glas-in-lood bevestigd moet zijn geweest. Het venster is - zonder twijfel na de Reformatie - dichtgemetseld, maar tij dens de laatste restauratie werd het weer geopend. Enkelvoudige randlichten zijn niet bijzon der. Ze komen voor in allerlei afmetingen, van zeer bescheiden tot de grote roos vensters in de westgevels van vele kathe dralen. Van een samengesteld venster zoals in Kloetinge is er in Nederland en in Vlaanderen, waarvandaan zovele archi- Het opvallende venster in de noordgevel van de Onze Lieve Vrouwekapel. (Foto M de Goffau) tectuurvormen afkomstig zijn, echter geen ander voorbeeld te vinden.8 Als wij ons dan afvragen wat de symboli sche betekenis van dit venster is geweest - want die heeft het gehad - dan vinden we op deze vraag uiteraard geen eendui dig antwoord. Het zou de weerspiegeling kunnen zijn van de vijf wijdingskruisen in de altaartafel: Jeruzalem in het centrum, omgeven door de vier windstreken, of vol gens een andere lezing de vijf kruiswon den van Christus. We bevinden ons ech ter aan de noordzijde van de kerk, de zijde waartegen het evangelie wordt gele zen en gepredikt. Om die reden zou het aannemelijk kunnen zijn dat het venster Jezus Christus voorstelt, omziende naar het heidense noorden, omringd door de vier evangelisten. Restauraties Gedurende de laatste decennia van de negentiende eeuw werden onder leiding van de Goese architect J.H. Hannink een aantal keren restauraties en herstellingen aan muren en ramen uitgevoerd. Het was deze architect die in 1883 ook de nieuwe pastorie, in combinatie met het raadhuis ontwierp. Toen in 1898 kerkvoogden besloten om het dringend aan herstel toe zijnde pla fond in de preekkerk aan te laten pakken, wendden zij zich tot de Rotterdamse architect J. Verheul Dzn. Deze was toen nog bezig met de kerk te Wemeldinge. Twee jaar daarvoor had hij het inwendige van de kerk te Kapelle met succes onder handen genomen. In 1899 werd het door Verheul ontworpen plan uitgevoerd. Het betrof herstel van de constructie van de bekapping met bijbehorende werkzaam heden aan daken, goten en loodwerk en het aanbrengen van een volledig nieuw plafond. Aannemer Joh. Dekker te Kloe-' tinge nam het werk aan voor 3.100,-. Verheul beschouwde de versiering van het plafond door middel van een vorm van sjabloonschilderwerk, zoals hij dat in Kapelle en Wemeldinge had aangebracht, als zijn handelsmerk. Hij wist kerkvoog den te bewegen om hierin toe te stem men. Het resultaat zien we nog altijd.9 In 1913 vindt een drastische verbouwing van het inwendige van de kerk plaats. Het uitgangspunt hiervoor is de al meerdere jaren levende wens om het aantal zit plaatsen te vergroten. Dit kan alleen wor den gerealiseerd als zowel de preekstoel als het orgel worden verplaatst. Door de architect F.G.C. Rothuizen te Goes wordt hiervoor een plan ontworpen. De predi kant, ds. G.E. Meloen, is fel tegen het plan gekant. Zowel op het punt van het 'hooren' als het 'licht' ziet hij problemen. Als zijn bezwaren worden weggestemd, staat de predikant erop dat zijn mening in de notulen wordt vastgelegd. Ook het kiescollege heeft zich tegen de plannen verklaard. De uitvoering van de herinrichting vindt plaats door de laagste inschrijver, de aan nemer D. van Maris te Kapelle, voor een bedrag van 11.688,-. Het aantal zit plaatsen wordt van 383 op 470 gebracht. De stoelen zijn nu in hoofdzaak door ban ken vervangen. Het schilder- en glaze- nierswerk wordt uitgevoerd door K.L. Kra mer voor een bedrag van 1.430,-. Aan W.J. Stokvis te Arnhem wordt opgedragen een centrale verwarmingsinstallatie aan te leggen. Dit kost 1.271,-. De gebeurte nissen rondom het orgel behandelen we in een aparte paragraaf.10 De fraai uitgevoerde herdenkingssteen in de westwand van het schip herinnert aan de 'belangrijke herstellingen' die in 1913 werden uitgevoerd. De meest uitvoerige restauratie van de kerk is die van 1969-1973. Alle delen van het gebouw zijn hierbij grondig onder han den genomen. Vooral aan de gedurende een lange tijd verwaarloosde delen van het gebouw, het koor en de Onze Lieve Vrouwekapel moest veel worden gespen deerd. Het opvallende voor de bezoeker die ook de oude toestand heeft gekend, is de hernieuwde eenheid die door de ver wijdering van het koorschot is bereikt. Het lang verwaarloosde koor en de kapel, architectonisch en historisch de belang rijkste onderdelen, zijn met het schip samengevoegd tot één ruimte. Ook de beide transepten horen er nu weer bij. Opmerkelijk was dat er van de zijde van

Tijdschriftenbank Zeeland

Bulletin Stichting Oude Zeeuwse kerken | 2000 | | pagina 15