1 X (r Ifc* f - y H (h ?- A A 19 fraai de werkwijze van de glazenier Van Barlaer was. Kleuren en tekening wijzen op de hand van een bekwame meester. Het raam moet er als volgt hebben uitge zien. Het was verdeeld in drie delen (zie tekening) waarvan het middelste gedeelte alleen nog de spitse raamkop had, de overige delen bestaan uit vier onder elkaar geplaatste vakken. Op de raamkop van het middelste vlak is een gekroonde vaas afgebeeld, waarschijnlijk het wapen van Vlissingen (a) voorstellend, de stad waar Lampsins woonde. Hij was reder, koopman en had een touwslagerij waar Michiel Adriaansz. De Ruyter als jongen werkte. Daaronder links (b) en rechts (d) twee engelen waarvan de rechterfiguur een steel van een - ontbrekende - palm tak vasthoudt. Ze zijn gezeten aan weers zijden van een tafereel bekroond door een cherubijnenkopje (c) waaronder een lam met vaantje. Daaronder bevindt zich het wapen van Lampsins, wederom met een lam dat een kruis draagt waaraan een vaantje is bevestigd waarop vaag de letters CL (Cornelis Lampsins) zijn te lezen. Boven dit lam is nog iets te zien van de wapenhelm (f); links en rechts hiervan zeer onvolledige decoraties (e en 9)- Ofschoon in bovengenoemd artikel in Antiek wordt vermeld dat daaronder een grotesk hoofd met twee schepen zijn afgebeeld (I), links daarvan een scheeps mast met een vlag (k) en rechts een geheel ontbrekend gedeelte (m), moet ik hierbij melden dat, toen het artikel reeds was gepubliceerd, na het ophangen van het raam in het toen in gebruik genomen museumgebouw aan het Abdijplein te Middelburg door een attente museumbe zoeker werd geconcludeerd dat deze volgorde onjuist was. Het raam werd toen tertijd aan de onderzijde in het midden afgesloten door een vlak waarop de woor den 'Fiat Voluntas Dei' (Gods wil geschie de), de wapenspreuk van de familie Lampsins (i). Links hiervan een eenhoorn (h) en rechts een - zeer onvolledig- lam 0). Gelukkig konden de raamdeien onderling gemakkelijk verwisseld worden en alles werd op de juiste wijze gerangschikt. De catalogus van 1890 vermeldt niet de naam van de glazenier, maar De Hullu3 schrijft: "Volgens de polderrekeningen (bedoeld wordt hier de Willemspolder) van 1657/'58 hebben dijkgraaf en gezwo renen aan Cornelis van Barlaer te Middel burg - dezelfde die het glas met voorstel ling van Willem Beukels in de kerk te Biervliet heeft geschilderd - 294,- betaald. Cornelis van Barlaer werd te Middelburg e- «JV 7 i rr; 2| F geboren als zoon van de glasschilder Cornelis van Barlaer de Oudere, beleder van het gilde aldaar in 1631 en 1639." Naar mag worden aangenomen zal dit het Sint-Lucasgilde zijn geweest. Zoon Cornelis bekleedde de functie van deken in datzelfde gilde van 1662 tot 1663 en van 1666 tot 1667. Hij overleed te Middelburg in 1681. Hij vervaardigde ramen onder meer voor het stadhuis te Middelburg en de kerken van Biervliet, Oostkapelle, Terneuzen, Westkapelle, Sint Laurens, Poortvliet en Stavenisse. Ook de Oostkerk in Middelburg wordt door Bom- menee genoemd. Thans bevinden zich daarin nog twee gebrandschilderde ramen, links en rechts van de hoofdin gang. Een dezer ramen is gedateerd 1664. De stadsrekeningen van Middelburg vermelden nog vele andere ramen ver vaardigd door Cornelis van Barlaer, doch het zou te ver voeren ze hier alle te noe men. Dat thans de provincie Zeeland weer één glasraam naar Van Barlaer rijker is, kan als een vergoeding worden gezien voor de vele ramen van deze kundige glaze nier die verloren zijn gegaan. A.A. van der Poel. Een kerkraam van C van Bar laer uit Schoondijke, in: Antiek, 18e jrg. nr. 2, p. 99 Catalogus van de verzameling van het Zeeuwsch Genootschap, Middelburg. 1890, samengesteld door mej. Marie de Man, p. 39, nr. 303 J. de Hullu, De hofsteden van Schoondijke, Oost- burg, 1939, p. 13. Handschrift van Adriaan Bommenee, stadsbouw meester te Veere, ca. 1750.

Tijdschriftenbank Zeeland

Bulletin Stichting Oude Zeeuwse kerken | 2000 | | pagina 19