imrTrrr
inn;
16
1
EATS^I EKE MAKEN-
pillllJIIDin ~T7nTTTTTTn]1|7
VOCHTIGE xjr
J?' y&\ J ONt>E-KGTZoNO Y
-Ar7 1 -7 7-'
P,TREK5oc5>T'^S TlGUUEM
fcOi- EOllE- -
-WiT E121> 1 C.J4TE LUIT(3EHAKT£
8ETONKEGGEN SLEUF
F1GUUK l SOKEG-METHODE
h
-'g@J■<5&®^XQ~£5f
METMOfE
F1GUUÏ? 3 M ASAgl
PUNT T'JOEL'Jk WEGNEMEN
gAApES BOft gWl IQCH AT=
T~T T
SAT EtS INJEC
TEREN MET
AC?VL-AH!DE
GEU
FIGUUE M IN3£CTI£M£THOC>E:^
maar vooral voor zich op de muur bevin
dende afwerklagen en niet te vergeten
het binnenklimaat. Er ontstaat niet alleen
een vochtig binnenklimaat maar ook
gemakkelijk schimmelvorming, wat zeker
ook voor de mens schadelijke gevolgen
kan hebben en de gezondheid kan aan
tasten; denk aan tuberculose in vroegere
jaren. Voorts bevinden zich in vooral
optrekkend vocht vaak allerlei chemische
stoffen, zoals zouten, nitraten en derge
lijke ten gevolge van inundatie, vocht uit
zoute ondergrond en zouten door eeu
wenlang menselijk verblijf. Deze zouten
tasten niet alleen het muurwerk aan
maar vooral ook het op de muur aanwe
zige pleisterwerk en bijvoorbeeld lambri-
zeringen en dergelijke.
Dus moet er gezocht worden naar oplos
singen om de situatie te verbeteren. Dat
kan door ervoor te zorgen dat er geen
vocht aan de binnenzijde van de muur
kan komen. In vroeger jaren waren met
de toen voorhanden zijnde technieken
de mogelijkheden beperkt. Doorslaande
muren werden wel gepleisterd of geschil
derd, waardoor een afsluitend oppervlak
ontstond. Bij optrekkend vocht wilde men
weieens een laag glas (glasstroken ter
breedte van de muurdikte) in een voeg
van het muurwerk, juist boven het maai
veld aanbrengen. Uiteraard diende dat
met korte stukjes muur tegelijk te gebeu
ren om het bovenliggende muurwerk op
zijn plaats te houden. Op deze manier
werd een barrière gecreëerd die het
vocht belette omhoog te komen. Ook
werd er, indien mogelijk, om het gebouw
wel een drainage aangebracht waardoor
de grondwaterstand als het ware naar
een lager niveau werd gebracht. Beide
mogelijkheden zijn nog steeds bruikbaar,
de eerste is alleen nogal kostbaar.
De laatste decennia zijn technieken ont
wikkeld die eenvoudiger toe te passen
en zeker zo effectief zijn. Enige daarvan
zal ik hier nader omschrijven en in
schetsvorm weergeven. Allereerst een
methode die het meest overeenkomt met
het principe van de voornoemde glaspla
ten, de zogenaamde 'isokeg-methode'.
Hierbij wordt onder het niveau van de
begane-grondvlöer één laag van het
metselwerk stukje bij beetje (bijvoorbeeld
over lengtes van maximaal een meter)
weggehakt. In de weggehakte sleuf
wordt een strook kunststoffolie uitgerold
waarna waterdichte betonnen keggen
stevig worden ingedreven zodat de
dracht van het bovenliggende muurwerk
volledig wordt opgevangen (fig. 2).
Een ander systeem is de zogenaamde
methode-Masari (fig. 3). Eerst worden de
met een getrokken lijn aangegeven ga
ten met waterkerende mortel gevuld. Na
verharding wordt de tweede rij gaten ge
boord en met waterkerende mortel gevuld.
Een tegenwoordig veelvuldig toegepast
systeem is chemisch injecteren van
muurwerk tegen optrekkend vocht. Hier
voor zijn verschillende preparaten in
omloop. Eén groep onderscheidt zich in
gunstige zin, namelijk de zogenaamde
acryl-amidegel. In het muurwerk worden
op afstanden van ca. 10 cm gaatjes
geboord waarin patronen met deze gel
worden aangebracht. De gel dringt in de
poriën van de poreuze steen, gaat daar
mee een chemische reactie aan en ver
steent. Zodoende ontstaat een laag die
een barrière tegen optrekkend vocht
vormt (figuur 4).
Ook bij doorslaande muren worden
naast de meer traditionele methoden als
pleisteren en schilderen op chemische
basis gerichte methodes toegepast. De
meest bekende methode is het zoge
naamde hydrofoberen. Hydrofobeermid-
del is een werkzame stof die is opgelost
in een oplosmiddel. De werkzame stof
bestaat meestal uit siliconen die diep in
de poriën dringen en het oppervlak van
de poriën waterafstotend maken. Vloei
baar water wordt tegengehouden, maar
het laat waterdamp door, wat ook nood
zakelijk is om het vochttransport van bin
nen naar buiten mogelijk te maken. Hier
door wordt voorkomen dat zich vocht in
de muur verzamelt waardoor de bedoe
ling, het creëren van droge muren, weer
ongedaan wordt gemaakt. Ook nieuw-
bouwmuren worden tegenwoordig vaak
gehydrofobeerd. Naast het feit dat de
muur droger wordt, blijft hij ook schoner.
Vooral de behandeling tegen optrekkend
vocht is een relatief kostbaar gebeuren.
Het feit dat het desondanks veelvuldig
wordt toegepast, bewijst zijn grote waar
de voor het behoud van veelal historisch
muurwerk.