21 laer dit raam, op last van de Staten- Generaal. De kosten worden betaald uit onder andere de opbrengsten van inbe- slaggenomen geestelijke goederen die voorheen aan de katholieke kerk behoor den. Over de afbeelding in het raam van Wil lem III bestond lange tijd geen eensge zindheid. Sommigen meenden dat de jonge prins Willem III niet was afgebeeld, maar zijn vader. Van Willem III zijn tien tallen schilderijen bekend. Hij huwde later met zijn nicht Maria II Stuart en werd koning van Engeland. Zij was de dochter van Jacobus I. De beide spreu ken naast zijn afbeelding, 'Dat de boom steeds mag blijven groeien' en 'Leve Oranje', wijzen eerder in zijn richting dan in die van zijn overleden vader ten tijde van het realiseren van dit kunstwerk. Een ander bewijs is een rekening waarin een uitgave voor dit raam wordt om schreven met: "Betaelt aen Jan Benoit over een glas met de wapenen van Sijn Hooch(hei)t in de kercke van Biervliet volgens attesstatie van het gerechte aldaer ende ordonnantie van respectieve haere hoogheden par quit(anti)e 25 pon den Vlaams."7 Ook Willem III voerde, net als zijn vader, lange tijd dit wapen. In elk geval is duidelijk dat dit middelste raam een verheerlijking is van de Oranjedynastie. Hoger dan in de beide andere ramen is de afbeelding van de te verheerlijken persoon weergegeven. In de opening van het poortgebouw zit de Hollandse maagd. De oorlog tegen Spanje is voorbij, vandaar dat het wapentuig symbolisch terzijde is gezet. Lans, pieken en hellebaard achter haar en het wapenschild op de voorgrond met de dreigende Medusakop staan in schril contrast met de minzaam glimlachende vrouw met een parelsnoer om haar hals. Dit alles wordt omgeven door oranje dra perieën. Boven op het poortgebouw staan aan weerszijden twee engelen, de ene gehuld in een blauwe, de andere in een oranje sjerp. Boven hen een tak met oranjeappelen. Deze vruchten vinden we ook terug tegen de onderbouw van de poort. Net als bij het Zeelandiaraam wordt het wapen van de Stuarts omge ven door rood-bruine lauwertakken, afgezet met oranje-appelen. De verbon denheid van de Stuarts met de Oranjes krijgt op deze manier wel een heel bij zonder accent. In het cartouche lezen we: WILHELM DE NASSOU/PRINS VAN ORANGIE/1660. Het Biervlietraam Het rechterraam, ook wel het Biervliet raam genoemd {zie pag. 22), vertoont qua opzet grote overeenkomst met het Oranjeraam. Een poortgebouw, met daarin Biervliets grote zoon Willem Beukelsz. in een blauwe buis met twee open knopen met daaronder een oranje rood hemd. Van gelijke kleur is zijn hoofdbedekking. Samen met zijn witte broek, moet dit ongetwijfeld een verwij zing zijn naar zijn nationale faam. Tijdens de creatie van het raam heeft de kunste naar geen beeltenis van Beukelsz.' gelaat gehad. Veel gehoord is de verkla ring dat hij een Christusafbeelding als voorbeeld genomen heeft. Beukelsz.' naam staat niet in een groot cartouche, alleen, met kleine letters naast zijn hoofd: "Willem Beukei sterf 1397". Over het jaartal is het een en ander te doen geweest; het schijnt 1347 te moeten zijn.8 In zijn linkerhand heeft hij een Detail uit het Biervlietraam waarop Willem Beukelsz., inwoner van Biervliet, die aan het einde van de veertiende eeuw de techniek van het haringkaken naar Zeeland bracht. (Foto S. Hagemeier) haring en in zijn andere hand (met hand schoen) een mesje, gereed om te begin nen met kaken. Hiermee heeft hij zich onsterfelijk gemaakt. Naast hem op de grond een ton, netten en andere visserij attributen. Aan weerszijden van hem zien we twee griffioenen, die verwijzen naar het gebied van de Oostzee. Volgens de overlevering zou het kaken van de haring in die gebieden eerder bekend zijn geweest dan in het noorden van Vlaanderen en zou Beukelsz. de tech niek uit die streek hierheen gebracht hebben. Het conserveren van verse pro ducten wordt trouwens al in het Nieuwe Testament genoemd, als Jezus zegt: "Gij zijt het zout der aarde." Terzijde van Beukelsz.' hoofd zien we een gekroonde haring, een mast met ra's en een kaakmesje.9 Ter weerszijden van het poortgebouw twee vazen met daarin kleurrijke bloemen en in het mid den een bokaal met daarop drie oranje appelen. In de linkerbloempartij drie tul pen. In het rechterboeket vinden we hoofdzakelijk wilde planten met een vlin der. Midden in het front van het poortge bouw straalt het wapen van Biervliet. De jonge magistraat voerde trots dit wapen. Een doormidden gedeeld wapen met rechts op een rode ondergrond vier keer vijf witte penningen en aan de andere kant een witte leeuw op een zwarte ondergrond. Net als de Zeeuwse leeuw is de Biervlietse ook getongd en geklauwd en straalt de vechtlust van zijn kop af. Verder maakte de kunstenaar de plaat selijke magistraat onsterfelijk met hun namen en wapens of handmerken. We beginnen met de hoogbaljuw Wolfert van Borselen, die onder andere voor de rechtspraak in Biervliet zorgde maar hier niet woonde. Hij was hoogbaljuw voor het Committimus. Daarboven een sater kop. Duidelijk is dat Wolfert de hoogste gezagsdrager in Biervliet is. Rechts van hem het wapen en de naam van burge meester Magiel de la Palma.10Hij stamt af van gevluchte Portugese joden, die zich via Arnemuiden in Middelburg ves tigden. Zijn grootvader was diverse keren burgemeester van Middelburg. Omstreeks 1640 kwam hij naar Biervliet als ontvan ger van de belastingen. In 1643 werd hij de eerste burgemeester onder het Com mittimus. In zijn familiewapen zien we een naakte vrouwenfiguur, die in elke hand een palmtak houdt, staande op een gele fontein en met twee toegewen de witte, drinkende zwanen. I Het wapen van Frangois Ritsaert11 is

Tijdschriftenbank Zeeland

Bulletin Stichting Oude Zeeuwse kerken | 2003 | | pagina 21