Kapelle. Restauratiewerk aan de gewelfschilderingen. (Foto T. Lepoeter-Boes, 2002)
Kapelle. De beschildering van de trekbalken in het schip van de kerk in oude luister hersteld. (Foto T. Lepoeter-
Boes, 2002)
Architect Verheul werd pas later geïnfor
meerd.
Onder leiding van president-kerkvoogd
D.J. van der Have werden gedurende de
jaren 1900-1905 in Kapelle de muren en
de zwaar gehavende ramen van de zij
beuken in fasen gerestaureerd. Het werk
werd opgedragen aan architect Verheul.
Van groot belang hierbij was het in origi
nele staat terugbrengen van de vrijwel
geheel verdwenen laatgotische stenen
venstertraceringen. Verheul werd opge
dragen om de ontwerpen hiervoor ter
goedkeuring voor te leggen aan dr.
P.J.H. Cuijpers te Roermond, die de
supervisie had.
Een zeer sprekend voorbeeld van de
(vermeende) te geringe deskundigheid
van Verheul is te vinden in de onenig
heid over de noodzakelijke restauratie
van de gotische koorbanken. Hiervoor
citeren we uit de aan de president-kerk
voogd gerichte brief van Verheul van 26
januari 1900: "...moet ik U tot mijn spijt
beginnen mede te deelen dat ik onaan
genaam getroffen werd toen ik daaruit
vernam dat Uw laatste advies omtrent
de restauratie van den Goth, bank,
kwam van Victor de Stuers. Ik vermeen
de toch - wanneer er ooit sprake zou
zijn dat die bank gerestaureerd zou wor
den - ik in de eerste plaats daarvoor
geraadpleegd zou worden. Ik vermeende
toch dat ik nu al op het gebied van res-
taureeren genoegzaam bekend gewor
den was..."29 De koorbanken werden
voor het noodzakelijke werk hieraan per
spoor naar het atelier van Cuijpers in
Roermond vervoerd.
Wemeldinge, 1898
De kerk van Wemeldinge was tegen het
einde van de negentiende eeuw zwaar in
verval geraakt, zodanig dat de kerkvoog
den er geen raad mee wisten. Ze wor
stelden met de vraag of het niet het
beste was om de kerk af te breken en in
het dorp een op de behoefte aangepast
nieuw gebouw neer te zetten. De kerk
stond naar de mening van velen ook wel
erg excentrisch, een reden te meer om
afbraak te overwegen.
Het was J. Verheul Dzn. aan wie in deze
fase van de geschiedenis van de Wemel-
dingse kerk een sleutelrol was toebe
deeld. Zijn werk in Kapelle werd met
respect bekeken en leidde tot de vraag
of hij voor advies naar Wemeldinge wilde
komen. Op 26 mei 1897 was het zover
en, zoals hij schreef: "Bij mijn eerste
bezoek aan de kerk te Wemeldinge trof
mij dadelijk de vervallen toestand van