8 (1858): "Een Durnbergsche balling ligt met ontblooten hoofde geknield voor een brandend en door hooger licht besche nen altaar, waarop staat HEBR. CAP. XI. Hoed en wandelstaf liggen naast hem. Hij houdt de linkerhand op de borst, legt gemeente te Groede verder in alle opzichten zou behartigen: de commissa rissen van de zaken rakende de Salz- burgs-Dürrnbergse emigranten in het Land van Cadzand (het Fonds van Cad- zand genoemd). Het zou tot 1963 duren De voorgevel met lijst, twee pilasters, een statige toegangsdeur en een drietal hoge rondboogvensters, oogt strak en eenvoudig, maar geeft aan het geheel onmiskenbaar cachet. De andere gevels zijn door lisenen geleed. Aan beide zijden Het interieur van de kerk. begin twintigste eeuw. (Coll. H. Middendorp) met de regterhand zijne betuiging af of zijne wenschen open, en ziet daarbij opwaarts naar den hemel, waar de naam JHWH boven de wolken staat. Randschrift: SIGILL. ECCL. INV. AUG. CONF. SALTSB. Onderaan staat in eene afsnede: CATSAND."15 Er is niet aangegeven wanneer dit zegel in gebruik is genomen. Het kerkgebouw Nadat hiertoe vergunning was verleend konden de voorbereidingen voor de bouw van een eigen kerk beginnen. Hieraan werd in alle opzichten vanuit Amsterdam leiding gegeven. Op 18 juni 1739 werd door de Amsterdamse kerkenraad een commissie uit zijn midden benoemd die de belangen van de evangelisch-lutherse voordat deze commissie werd opgeheven. Van het bestek waarnaar de kerk ge bouwd is, is een kopie bewaard gebleven. De aanhef hiervan luidt: "Conditie ofte bestek waarnaar den aenleg van de te maakene Nieuwe Kerk der onverandere Augsburgse Confessie in de Groede int Land van Cadsant als volgt gemaakt sail werden." Het is van de hand van Coen- raad Loeneken te Amsterdam en geda teerd 5 augustus 1741. Loeneken besluit het stuk met de woorden: "Ik segge en besluijt hier meede, hebbe deese mee- moorie na mijn bestige kennis opgestelt en versoek een ieder die het leest en door siet, sijn goede intentie daar bij te doen ten beste van het werk."16 De kerk is een recht gesloten bakstenen zaalkerk, voorzien van een ingangspartij. bevinden zich twee grote vensters. Als afbakening van het kerkterrein zijn aan de straatzijde twee forse, uit de zeven tiende eeuw daterende stoeppalen geplaatst. Deze zijn versierd met renais- sancemotieven. De commissarissen uit Amsterdam schonken tijdens hun bezoek in juni 1784 onder andere "Ses steene Paale ende te plantene Linde Boomen, om voor de kerk te staan." Het is aanne melijk dat de twee palen uit deze schen king afkomstig zijn.17 Op 28 mei 1742 legde ds. J.G. Fischer, die kort daarna naar Gouda vertrok, de eerste steen. De inwijding van het kerk gebouw vond plaats op zondag 1 sep tember 1743. In de morgendienst preek te ds. Friedrich Helfrich Vogt onder ande re over Psalm 84:4 ("Zelfs vindt de mus

Tijdschriftenbank Zeeland

Bulletin Stichting Oude Zeeuwse kerken | 2005 | | pagina 8