7
tekorten en de oplopende kosten voor
onderhoud en restauratie, simpelweg te
groot.
Maar dat er nog een hoop mogelijkhe
den zijn, is ook duidelijk. Veel winst valt
te halen in de hierboven geschetste ver
regeling kunnen instellen waarbij per jaar
een aantal kerken subsidie kan krijgen
voor het uitvoeren van restauratiewerk
zaamheden, iets wat in de huidige rijks
regeling niet meer mogelijk is.
Ten slotte, hoe treurig de terugloop van
Herbestemmingen zoals hier in Bergen op Zoom waar de Heilige Maagdkerk is getransformeerd in een schouw
burg, zijn op een Zeeuwse schaal niet altijd denkbaar.
betering in de communicatie tussen
gemeentelijke en kerkelijke overheden.
Sluiting van kerken is immers een pro
ces dat ook de gemeenten aangaat en
waarbij beide partijen elkaar nodig heb
ben om de schade zoveel mogelijk te
beperken. Daarnaast is het ook te over
wegen de problematiek van kerken in
een breder verband te bespreken, omdat
veel kerkgenootschappen te veel op een
'eilandje' functioneren en niet altijd alle
informatie breed beschikbaar is. Toegang
tot kennis op provinciaal en landelijk
niveau is van groot belang. In sommige
provincies functioneert overigens al een
soort front office ('kerkenlijn') waar kerk
besturen en gemeenten met al hun vra
gen over de instandhouding van histori
sche kerken terecht kunnen. Daarnaast
zouden de kerken zelf veel meer aan
dacht kunnen schenken aan nevenge-
bruik en aan samenwerking. In prakti
sche zin zou het ook een goede zaak
zijn als er meer ondersteuning wordt
geboden vanuit de verschillende over
heden, zowel facilitair als financieel. De
provincie Zeeland zou bijvoorbeeld een
het kerkbezoek voor velen ook moge
zijn, het biedt ook een kans. Een kans
voor gemeenten om aan de leefbaarheid
in de dorpen en steden te werken. In
dorpen, maar ook in de wijken van diver
se steden, vallen immers voorzieningen
weg (winkels, bibliotheek, sociale, medi
sche en culturele voorzieningen). Dit
heeft gevolgen voor de sociale cohesie
en voor de leefbaarheid. Een kerk vervult
van oudsher een functie als plaats van
samenkomst, als ontmoetingsplaats voor
de gemeenschap. De uitdaging voor
zowel de burgerlijke als de kerkelijke
overheden kan zijn om deze bijzondere
gebouwen opnieuw, of nog sterker,
dienstbaar te maken aan de samenle
ving, wellicht een gedeeltelijk of geheel
nieuwe functie te geven die de gemeen
schap ten goede komt. Zo kan niet
alleen de kerk als gebouw, maar ook de
sociale betekenis ervan behouden blij
ven. Maar ook hier is een gezamenlijk
optrekken van burgerlijke en kerkelijke
gemeente een eerste vereiste. Laat de
dialoog in een sfeer van wederzijds
respect en vertrouwen op gang komen!
Ook zal er bij de gemeenten meer begrip
moeten ontstaan voor de kwetsbaarheid
van de instandhouding van kerken. Deze
is namelijk te veel afhankelijk van een
beperkt aantal vrijwilligers, die een (te)
zware last op hun schouders moeten tor
Hei monumentale exterieur met expressionistische
art-décovormen van de rooms-katholieke kerk Tere-
sia van het Kindje Jezus te Heikant. De kerk heeft
veel onderhoud nodig, maar telt niet meer zo veel
gelovigen. Wat zou er met het gebouw moeten
gebeuren indien wordt besloten de kerk te onttrek
ken aan de eredienst?
sen. Het is voor veel kerkbesturen een
lastige en tijdrovende zaak om goed de
weg te vinden in het woud van wetten en
regels, subsidieverordeningen en exploi
tatierekeningen, restauratiebegeleiding
enzovoorts. Overheden zouden, vanuit
hun maatschappelijke taak en verant
woordelijkheid, voor verlichting kunnen
zorgen door bijvoorbeeld (centrale)
ondersteuning te bieden.
Naar een nieuwe
gemeenschapsfunctie?
In het bovenstaande zijn al veel opties
aangeven om een kerkgebouw zo lang
mogelijk in gebruik te kunnen houden als
kerk. Van revitalisering, het verwerven
van inkomsten door het toekennen van
nevenfuncties aan de kerk of zelfs het
medegebruik toe te staan, tot het creë
ren van draagvlak. Uiteindelijk zal niet
voorkomen kunnen worden dat in veel
gevallen de kerk aan de eredienst ont
trokken zal (moeten) worden. Daarvoor
is de problematiek van ontkerkelijking en
teruglopende aantallen kerkbezoekers,
gekoppeld aan de oplopende financiële