18
als versteviging van de kerkvloer. In veel
kerken treffen we in de vloer nog altaar
stenen aan. hetzij compleet, hetzij ten
dele. Ze zijn gemakkelijk herkenbaar
omdat de mensa van natuursteen moest
zijn, meestal rode zandsteen, soms grijze
steen. In het oppervlak zijn vijf kruisjes
aangebracht: één op elke hoek en één in
het midden, symbolen van de vijf won
den van Christus. Ze speelden een be
langrijke rol bij de wijding van het
altaar. Nadat de bisschop ze met water
gereinigd en met olie gezalfd had, ont
stak hij hierin wierookkorrels op kruis
lings gelegde wasdraden, dit onder het
gezang van de antifoon Vaii Scincic Spiri
tus (Kom Heilige Geest). Meestal zijn de
kruisjes eenvoudig ingehakte +- of x-
tekens. Soms zijn ze fraai uitgehakt, met
armen die zich naar de rand verbreden
en waarvan de uiteinden een cirkel vor
men.
Hier en daar heeft men tijdens de restau
ratie de altaarsteen weer een waardige
plaats gegeven. In Kloosterzande lag de
altaarsteen tot de restauratie van 1922- 24
als drempelsteen in de entree. Men heeft
hem toen op twee muurtjes opgesteld in
het voorportaal." Daar hij op die plaats
vooral diende 0111 er rommel en brand
stof op te plaatsen, werd hij later op ver
zoek van de plaatselijke pastoor rechtop
tegen de wand tussen de voorruimte en
de kerk gezet. In 1955 is de steen in het
oostelijk deel van de kerk geplaatst, waar
hij dient als avondmaalstafel. Het is een
forse steen van 196,5 cm bij 99,5 cm.
Het materiaal is Gobertangersteen.
I11 het voorgaande is reeds gewezen op
de steen in Sint Maartensdijk die men de
functie als mensa van een zijaltaar heeft
gegeven. In Wemeldinge vond men bij
de restauratie (1987-"89) een vrijwel gave
altaartafel van ledesteen, lang 133 cm en
breed >S6 cm, op het kerkhof naast de
koormuur. Men heeft deze steen een
plaats gegeven in de vloer van het koor,
ter zijde vóór de fraaie piscina." In Kloe-
tinge heeft men bij de restauratie (1-969-
73) een fors fragment met drie kruisjes
in de vloer van het liturgisch centrum
geplaatst.
Priesterzerken
In Nederland treft men in de vloer van
verscheidene kerken een of meer graf
zerken voor een priester aan. Bij de
Zeeuwse priesterzerken wordt het cen
trale veld geheel gevuld door de afbeel
ding van een staande geestelijke in vol
ornaat. Meestal is dat een kazuifel, een
bovenkleed dat hij draagt over de albe.
een lang gewaad van wit linnen. Dik
wijls is de kazuifel versierd met een gaf
felkruis. Op de meeste zerken heeft de
priester over de linkeronderarm een
manipel, een smalle strook stof die gold
als onderscheidingsteken van de hogere
Hoedekenskerke. Priesterzerk voor heer Jacob
die overleed op 4 juli 1493.
Kattendijke. Middendeel van een priesterzerk.
De priester is gekleed in een kazuifel en draagt
over zijn linkeronderarm een manipel; vóór zijn
borst is een kelk met hostie afgebeeld.
wijdingen. Om de hals droeg de priester
een stola, een lange smalle strook stof.
Deze droeg hij op de albe en was meest
al onzichtbaar omdat hij bedekt werd
door het kazuifel. Soms kwam een uit
einde van de stola vanonder het kazuifel
te voorschijn. Op zerken in Kapelle en
Kattendijke is dat aan beide zijden van
de priester het geval, op een zerk in
Hoedekenskerke alleen aan zijn rechter
zijde.
Op de zerken heeft de priester de han
den over elkaar gevouwen voor de borst.
Daarboven is de miskelk met de hostie
afgebeeld. Langs de vier randen van de
zerk is een opschrift aangebracht dat de
naam en sterfdatum vermeldt en dat aan
het slot vaak oproept om voor de ziel
van de overledene te bidden. Een voor
beeld is de zerk in Hoedekenskerke voor
heer Jacob, die overleed op 4 juli 1493:
"Hier leet begrave her jacop adriaenz.
lantmeterzone pastoer va Hoedekijns-
kerke hij sterf anno M.CCCCXCii-iu. dage
i julio bidt voer d. ziele."" Op de vier
hoeken zijn als regel de symbolen van de
vier evangelisten aangebracht: engel van
Mattheiis, leeuw van Marcus, rund van
Lucas en adelaar van Johannes. Soms is
ook het familiewapen van de geestelijke
weergegeven
Dit type priesterzerken is een bijzonder
heid van de Zeeuwse kerken. De afbeel
dingen zijn zeer gedetailleerd en de
technische uitvoering is meestal van
hoge kwaliteit. De voorstellingen zijn in
de steen gegraveerd en niet met reliëf
ingekapt zoals buiten Zeeland meestal
het geval is. Daarbij komt het grote aan
tal. We vinden ze met name op Zuid—
Beveland, bijvoorbeeld in 's-Heer
Arendskerke, Hoedekenskerke, Kapelle.
Kattendijke, Kloetinge en Wemeldinge.
Enkele zerken dateren nog uit het einde
van de vijftiende eeuw, de meeste echter
uit de zestiende eeuw. In sommige ker
ken heeft men ze tegen de muur ge
plaatst om ze te beschermen tegen afslij
ten. Het voordeel is inderdaad goede
conservering, het nadeel een ietwat naar
geestige donkere muurpartij.
Naast deze zerken met een priester in
vol ornaat treft men in verscheidene ker
ken in geheel Zeeland ook zerken voor
een geestelijke aan die alleen als zodanig
gekenmerkt worden door de afbeelding
van een miskelk, meestal met een hostie,
bijvoorbeeld in Hulst, Sint Maartensdijk,
Tholen en Wemeldinge. Dit type pries
terzerken komt ook elders in Nederland
veelvuldig voor. maar zerken met de
figuur van de priester treft men buiten
Zeeland slechts in geringe mate aan.