11
prediker, de wenselijkheid naar voren uit
te zien naar een plek waar eventueel een
nieuwe kerk gebouwd zou kunnen wor
den. Door toename van de bevolking
kwam er namelijk plaatsgebrek in de
kerk. Dit werd opgelost door de bouw
van een orgelgalerij en extra banken in
de 'tuin' te plaatsen.'" Met de orgelgalerij
creëerde men wel
een nieuw pro
bleem. Op de
galerij, een gelief
koosde plek van
de jeugd, was het
tijdens de diensten
nogal eens lawaai
erig. De kerk
bood nu weer
genoeg ruimte en
de kerkvoogdij
was de mening
toegedaan dat er
voorlopig geen
behoefte bestond
aan een nieuw
kerkgebouw.
Bovendien was begin 1944 de bevolking
van 't Zand grotendeels naar Middelburg
verhuisd. De predikant bleef, vanwege
de bouwplannen van Middelburg, bij
zijn standpunt dat de kwestie van een
nieuwe kerk onder ogen gezien moest
worden. Daar kwam bij dat 't Zand dooi
de gemeentelijke grenswijziging van
1941 bij de burgerlijke gemeente Mid
delburg behoorde. Hij vroeg zich af of
de tijd nu niet rijp was dat ook de ker
kelijke. grens verlegd zou worden. Dooi
de inundatie van Walcheren, najaar
1944, waarbij ook 't Zand in het water
kwam te liggen, waren er andere priori
teiten die de aandacht vroegen. Door de
buitengewoon moeilijke omstandigheden
werd er eind december slechts met de
kerkenraadsleden van het dorp Koude-
kerke vergaderd. De volgende kerken
raadsvergadering was belegd op 30 juli
1945 ten huize van broeder Swiers, die
tijdelijk op de Dam te Middelburg ver
bleef, om alle kerkenraadsleden in de
gelegenheid te stellen deze vergadering
bij te wonen. Helaas mislukte de opzet.
Er was geen boot beschikbaar 0111 de
broeders uit Koudekerke naar Middel
burg en terug te brengen. In de vergade
ring van 7 november de dijkgaten op
Walcheren waren in oktober gedicht -
werd besloten te trachten de kerk op 't
Zand eerste kerstdag weer in gebruik te
nemen. Wellicht zou daarna de kerk nog
de uitgave van renteloze aandelen voor
een totaal van 4.900 gulden," een lening
bij de Boerenleenbank groot 2.000 gul
den en circa r.000 gulden aan vrijwillige
giften. Het Evangelisatiegebouw werd
voor 1.000 gulden verkocht aan de bur
gerlijke gemeente. Aan het einde van de
Eerste Wereldoorlog werd het door de
kerkelijke gemeente
in gebruik genomen
als verenigingsge
bouw.
Het kerkgebouw
heeft een breedte
van circa ro meter,
een lengte van circa
25 meter en een
nokhoogte van circa
12 meter. De voor
gevel is opgetrok
ken in een soort
neo-romaanse
bouwstijl met twee
fronttorens van
ongelijke hoogte en
een vijfdelige rond
boog glas-in-loodraampartij boven de
toegangsdeur. De toren waarin de luid—
klok hing is hoger dan de andere toren.
Het verhaal gaat dat de oorzaak hiervan
was het gebrek aan bakstenen bij de
bouw. De stenen werden betrokken uit
België. Door de oorlogsomstandigheden,
1914, stagneerde de aanvoer en besloot
men één toren voorlopig laag te houden
en na de oorlog op gelijke hoogte met
de andere te brengen. Iets dat niet meer
werd verwezenlijkt.
De jaren 1914-1940
Eind 1914 besloten burgemeester en
wethouders van Koudekerke dat de
straat waaraan de kerk was gebouwd
voortaan Kerkstraat zou heten. De moti
vatie: dat "de naam van een buurt op 't
Zand genaamd 't. Vuile Bresje, minder
welluidend is en er thans een kerk is
gesticht".'2 Nu, anno 2007, heet de straat
inmiddels Vogelstraat.
De kerkvoogdij had altijd gebrek aan
financiën. Over iedere aanschaf, verbete
ring of uit te voeren werk moest uitge
breid vergaderd worden. Zo werd de
aanschaf van bijbels voor de kerk reeds
in .1:918 ter sprake gebracht. Acht jaar
later was men nog steeds niet tot aan
schaf overgegaan maar toen kwam als
een geschenk uit de hemel het legaat van
mejuffrouw Labrand, groot 2.000 gul
den, geheel ter beschikking van de kerk
van 't Zand. Door dit legaat kon er een
begroting opgesteld worden van alle
noodzakelijke en gewenste verbeterin
gen. Zo werden er een loper voor in de
kerk, een avondmaalstafel en vier bijbels
aangeschaft en werd er een kerktelefoon
voor slechthorenden aangelegd. Tevens
besloot men de kerk in eikenhout te
't Zand in het water, 1944/'45. (ZA, HTAM, P
1560)
laten schilderen.'"' Dit laatste had nogal
wat voeten in de aarde zodat eerst in
192S een begroting werd opgesteld.
Deze was echter zo hoog, 926 gulden,
dat men het schilderen nog een jaar uit
stelde. Uiteindelijk werd het werk in
1929 aanbesteed en aangenomen doorj.
de GraafF uit Goes. Tijdens de werk
zaamheden kon de kerk niet gebruikt
worden en kerkte men in het vereni
gingsgebouw waartoe de katheder uit de
Bogardzaal te Middelburg en 75 stoelen
van Kinderzorg werden geleend.'1
De kerk was bij de bouw aangesloten op
de gasleiding. In 1935 viel het besluit, na
het houden van een extra collecte, aan te
sluiten op het elektrisch net. Aangelegd
werden: in de consistorie twee lichtpun
ten en één stopcontact, een lichtpunt op
de preekstoel en één in de wc. In de
kerk zelf kwam na een vurig pleidooi
van. de predikant waarin hij stelde "wil
de kerk in het midden staan, dan moet
het licht ook goed zijn" pas twee jaar
later elektrisch licht."
De jaren 1940-1948
In 1943 bracht de predikant, wiens
werkzaamheden sinds een jaar verlicht
waren door de benoeming van een hulp