Michiel de Ruyter en een kerk
rekening uit 1616/1617
3
tentoonstelling en open dagen voor het
publiek. De torenspits verdient op korte
termijn aandacht en onderhoud; hierover
is overleg met de gemeente Sluis. Tot op
heden is er nog discussie met de ge
meente Sluis over wie de eigenaar is van
het daktorentje.
Hervormde kerk, Kats
(www.people.zeelandnet.nl/heelgoed/)
In 2006 heeft de Plaatselijke Commissie
het initiatief genomen tot enkele speci
fieke acties gericht op het genereren van
middelen voor de behandeling van de
binnenzijde van de muren tegen de ge
volgen van vochtoptrek, de zogenoemde
bladders. Hiervoor werden bedragen
ontvangen van de inwoners van Kats en
omgeving en kwamen er toezeggingen
van sponsors.
Inmiddels zijn er voldoende middelen
om te kunnen beginnen.
Financiën
Het resultaat over 2006 van de Stichting
Oude Zeeuwse Kerken komt voor het
tweede jaar achtereen, zij het nipt, posi
tief uit: 48,— tegenover 235in 2005.
Dit overigens na een jarenlange reeks
van negatieve exploitatie-uitkomsten. Bij
het resultaat 2006 moet worden aangete
kend dat de kosten inzake de ondersteu
ning van de voluten in de Nieuwe Kerk
Zierikzee 36.360,—) apart zijn opgeno
men als vermogenstekort en voorlopig in
mindering zijn gebracht op de algemene
reserve.
Aan onderhoud in het kader van de 10-
jarige onderhoudsplannen is in 2006 een
bedrag besteed van 74.890,- tegenover
73.076,— in 2005. Het niet door subsi
die gedekte deel hiervan bedraagt voor
2006 17.000,—.
Het balanstotaal van de samengevoegde
stichtingen beloopt een bedrag van
338.109,—. Hiervan is 205.286,— aan
reserves en voorzieningen aanwezig. De
daling ten opzichte van 2005
233.256,—) wordt veroorzaakt door de
eerdergenoemde werkzaamheden inzake
de kerk in Zierikzee.
Het bestuur
BEW.
^odelb^
nper
"Maar hy diende zich van de hielen
zyner schoenen, en brak 'er etlyke leyen
mee, om iets te hebben daar hy zich aan
hieldt, en quam met behulp zyner ge
zwinde leden, armen en be enen, weer
gelukkelyk beneeden. Zoo hoogh klom
in zyne kindtsheit, en met zoo veel ge-
vaars, die in zyne manlyke jaaren, langs
de trappen van alle scheepsdiensten, en
alle de gevaarlykheden der zee en der
vyanden, tot de hooghste zeeampten
zoude opklimmen."
Zo verwoordt Gerard Brandt, in zijn
nog steeds gewaardeerde biografie van
Michiel de Ruyter, diens roekeloze
klimtocht naar de top van de toren van
de Sint Jacobskerk. Ook Brandt ziet
natuurlijk de metafoor in het verhaal: De
Ruyter, die de maatschappelijke ladder
beklimt tot grote hoogte. Hij gaat voor
het hoogste en neemt geen genoegen
met een klim tot aan de wijzerplaten.
Ook de latere biografen Prud'homme
van Reine en Blok noemen deze ge
schiedenis met de bijbehorende metafoor.
Rijst de vraag of dit verhaal werkelijk is
gebeurd. Heeft De Ruyter het aange
dikt, door op latere leeftijd er nog wat
hoogte bij te fantaseren, of was hij als
kind werkelijk zo brutaal dat hij de
torenspits bedwong? De jonge Michiel
zou deze 'stunt' hebben uitgehaald op
tienjarige leeftijd. Nu was voor een der
gelijke klim toch zeker een steiger nood
zakelijk. We kunnen moeilijk aannemen
dat De Ruyter tegen de muur is opgelo
pen.
Voor de aardigheid toch maar eens de
kerkelijke rekeningen van de Nederduits
gereformeerde gemeente van Vlissingen
(lees: de latere hervormde gemeente) uit
het rekeningjaar 1616/T7 geraadpleegd.
Het rekeningjaar waarin De Ruyter tien
werd. Wat blijkt? In dat jaar zijn galerij
en toren grondig verbouwd. Een ver
bouwing waarbij de toren in de steigers
stond.
Natuurlijk kan door deze verbouwing
niet bewezen worden dat Michiel de
Ruyter bovenop de torenspits van de
Sint Jacobskerk heeft gestaan, maar
onmogelijk is het zeker niet. De voor
waarden voor een fikse klim waren in
ieder geval aanwezig. Daarom hieronder,
met Michiel de Ruyter als katalysator,
een analyse van een kerkelijke rekening
uit het rekeningjaar 1616/T7. Hierin is
ook opgenomen de verbouwing van de
galerij en toren van de Sint Jacobskerk in
het Vlissingen van de jonge Michiel de
Ruyter.
Analyse van de rekening
Kerkelijke rekeningen zijn bronnen die
weinig door (amateur-)historici worden
geraadpleegd. In Vlissingen zijn deze
rekeningen echter van eminent belang
omdat het stadsarchief in 1809 groten
deels in vlammen opging. Hierdoor gin
gen belangrijke series als stadsresoluties
en stadsrekeningen verloren.
Het rekeningjaar liep van 1 mei 1616 tot
30 april van het jaar daaropvolgend. De
indeling van de rekening was een vast
jaarlijks terugkerend patroon. Een regel
maat die onze voorouders moeiteloos
een paar eeuwen konden volhouden.
In de aanhef vertellen de kerkmeesters
dat ze de rekening presenteren aan het
stadsbestuur van Vlissingen:
"Rekeninge bewys ende reliqua die mits
desen syn doende ende presenterende
aen u eerwaarde heeren burgemeesters
ende schepenen der stadt Vlissinghen
ofte hare gecommitteerde d' eersamen
David Tadts, Jan Veron, Geeraert de
Neve ende Pie ter Jasperssen als kerk
meesters deser kercken..."
Op 11 oktober 1617 werd de rekening
"gementioneert ten overstaene van d'
heer Geleijn Adriaansen Boerss, burge
meester ende Cornells Leijnsen, schepen;
mitsgaeders mr. Joos van Laren d' Oude,
minister binnen deser stede den xi octo-
bris 1617." Gementioneert wil zeggen:
voorgelezen, zodat iedereen er kennis
van kon nemen. Afhoren werd dit ook
wel genoemd. Uiteindelijk tekenden ook
nog de predikant Jacobus Hondius en de
stadssecretaris Pieter van Hecke. De
invloed van de magistraat op een kerk
bestuur in de Republiek en dus ook in
Vlissingen was groot. Vaak zijn kerken
raadsleden terug te vinden als schepen,
raad of burgemeester. Bij de verkiezing