18
Het neemt een aparte plaats in onder de
Zeeuwse houtsculpturen en is wellicht
minder aan het zuiden ontleend.
In de Sint Martinuskerk te Baarland en
de Sint Georgius(?)kerk te Hoedekenskerke.
zouden zich uit de periode 1450-1500
daterende houten gewelfsculpturen be
vonden hebben. Het is evenwel niet
f
Brouwershaven, apostel Jacobus Major, moge
lijk Sint Paulus. (Foto Jacqueline Lepoeter)
meer dan vage informatie die erover te
vinden is. Bij Bouvy (1947) lezen we
onder noot 333: "De heer M.N.H. Leijs
te Zutphen deelt mede, dat de houten
gewelfbeelden in de n.h. kerken te Baar
land en Hoedekenskerke reeds tientallen
jaren geleden verkocht zijn.""
De bewaard gebleven archieven van de
hervormde gemeenten te Baarland en
Hoedekenskerke, aanwezig in het ge
meentearchief Borsele, geven geen uit
sluitsel.
Symbolische betekenis
Niets van wat in de middeleeuwse kerk
was aangebracht, al of niet in direct ver
band met de architectuur van het ge
bouw, was los te zien van de symboliek
van het gebouw en het gebruik ervan
voor de eredienst. Dat gold zeker ook
voor de gewelfsculpturen.
Laten we eens kijken naar de beelden
van de apostelen die in de Zeeuwse ker
ken zo nadrukkelijk aanwezig waren.
Openbaring 21:14 plaatst twaalf zuilen
onder de muur van het hemelse Jeruza
lem, onderscheiden door de namen van
de twaalf apostelen. ("En de muur der
stad had twaalf fundamenten en daarop
de twaalf namen van de twaalf apostelen
Brouwershaven, patroonheilige Sint INIicolaas,
mogelijk Sint Petrus. (Foto Jacqueline Lepoeter)
des Lams.") Symbolisch dragen zo de
apostelbeelden het dak van de kerk.
Verder worden ze direct in verband ge
bracht met de twaalf kruisen die bij de
kerkconsecratie op de wanden werden
aangebracht. Deze heten dan ook wel
apostelkruisen.
Ook is er de relatie met alles wat even
eens twaalf in getal is, zoals de twaalf
profeten, de twaalf stammen, de twaalf
bronnen, de twaalf zonen van Jacob, de
twaalf tronen in het hemelse Jeruzalem,
de twaalf uren van de dag, de twaalf
maanden van het jaar, de twaalf tekens
van de dierenriem, de twaalf sterren om
het hoofd van de bruid (Maria). I11 de
zichtbare aanwezigheid van de beelden
van de apostelen was dit alles gevangen.
Dan zijn er naast de beelden van de
apostelen en andere heiligen de malle
tronies, de zogenoemde fratskoppen en
andere wereldse beelden. Ze werden
meestal in combinatie met heiligen aan
gebracht: de satire naast de vroomheid,
de verleiding naast de goede wil. Ze
lijken de vroegmiddeleeuwse schrikaan
jagende monsterkoppen te hebben ver
vangen. Wellicht omdat men het kwaad
meer in de mens zelf herkende dan
komend van buitenaf en deze een spiegel
voor wilde houden. Of omdat men zich
realiseerde dat naast het stichtende, heili
ge ook het aardse, menselijke aspect niet
weg te denken is. En niets menselijks
was de laatmiddeleeuwse mens vreemd.
Hij leefde zijn kortstondig leven onder
moeilijke omstandigheden. Hij bevond
zich voortdurend in het spanningsveld
tussen een door de geestelijkheid opge
legde devote voorbereiding op het hier
namaals en het af en toe toegeven aan de
wereldse genoegens van uitspattingen en
braspartijen.
Met dank voor de verstrekte informatie aan de
lieren Joh. Eckhardt te Yerseke en S.J. Meijets
te Nisse.
Noten
1. De Rotterdamse architect J. Verheul Dzn.
werd begin r S96 belast met de restauratie van
de kerk te Kapelle. In een gloedvol artikel in de
Nieuwe Rotlerdamsche Comma van x 5 maart t 896
schreef hij: "De muren en het plafond der kerk
ruimte, die, zooals bij de meeste kerken 111 ons
land, bedekt zijn met een stevige laag witsel
kalk, zullen nu ook gelijktijdig van dit knellend
pak bevrijd worden. Op voorzichtige wijze zul
len pijlers, muren en beeldhouwwerken worden
afgestoken, zoodat de natuurlijke kleur weer
voorgoed voor den dag zal komen. Ook het
schoone plafond met houten bekapping zal van
metselkalk ontdaan worden." Janse (1962) had
er geen goed woord voor over: "Helaas is alles
zeer smakeloos en ondeskundig met olieverf
beschilderd bij de restauratie van 1896."
2. G.J. Lepoeter, 'Restauraties op grond van de
zogenaamde kanjerregeling'. Bulletin Stg. O.Z.K.,
nr. 49, september 2002.
3. Van Vlierden, Kleur op middeleeuwse sculptuur.
4. Janse (1962) was, in tegenstelling tot zijn
commentaar op het werk in Kapelle, vol lof
over de restauratie: "De levendige indruk vail
deze groep wordt nog verhoogd door de grote
afwisseling, waarin de kleuren rood, zwart,
groen en wit zijn aangebracht. Zij werden door
Jacob Por in 1922 uitstekend gerestaureerd."
5. Het herstel van de kerk vond plaats geduren
de de periode 1943-1948. Van de verlorengega-
ne beeldjes werd in het interieur - bijvoorbeeld
in de vorm van replica niets teruggebracht.
6. Marinus N.H. Leijs werd in 1889 te Baarland
geboren als zoon van Pieter Leijs, die daar van
1886 tot 1930 hoofd van de openbare school
was. Als licl van het college van notabelen was
Pieter Leijs bij de Nederlandse Hervormde
Kerk te Baarland betrokken. Het is het meest