16
Het medaillon van bisschop Triest op de klok.
1726, hetgeen te lezen is als: Perillustris
et reverendissimus Dominus Antonius
Triest episcopus ecclesiae cathedralis
Sancti Bavonis Gandavensis. Fudit I.
Pauwels Gandavi 1726, wat staat voor:
'Zeer doorluchtige en zeer eerwaarde
Heer Antonius Triest, bisschop van de
kathedrale kerk van Sint-Baafs te Gent.
Jan Pauwels heeft (mij) gegoten Gent
1726. De diameter is 75 cm en het
gewicht 302 kg. Halverwege is op de
klok een figuurreliëf aangebracht van 6
cm doorsnede, met het wapenschild van
Antoon Triest met jachthorens, haze
winden en de Vlaamse leeuw, bekroond
met een bisschopshoed en ondersteund
door een koordenarabesk, dat aan weers
zijden van het schild in zes kwastjes
eindigt, het geheel gevat in een om
lijsting van twee cirkels, waarin onder
aan de wapenleus CONFIDENTER
Getrouw) is aangebracht.
Zowel Thierry Pauwels als De Zutter
melden dat er van het Pauwelscarillon
momenteel nog vier andere klokken
bewaard zijn. Drie ervan hangen nog op
de oude plaats, in de toren van de St.
Baafskathedraal, de vierde is te vinden in
de kerk van het Westvlaamse Aalbeke
onder Kortrijk. Hier en daar wordt in de
literatuur melding gemaakt van nog twee
klokken die in Zeeuws-Vlaanderen
terechtgekomen zouden zijn, namelijk in
de kerken van Hoek en Zaamslag.
Tot 1943 was dat juist, maar deze hebben
de Duitse klokkenroof niet overleefd.
Aan de bovengenoemde lijst van Van
Nieuwenhoven ontleen ik de volgende
gegevens over deze klokken, inclusief de
mogelijke feilen in de transscriptie, waar
van enkele evident:
1de klok van de Hervormde kerk van
Hoek: opschrift PERILL ET RMUS D.
ANTONIUS TRIEST EPUS
CATHED: ECCIAE STI. BAVONIS
C AND A VI. F.I. PAVWELS G 1725;
diameter 54 cm; gewicht 117 kg; klein
medaillon met wapen.
2. de klok van de Hervormde kerk van
Zaamslag (p. 465): opschrift PERILL ET
RMUS 1726 D'ANTOIN TRIEST
EPUS EC. CATH. S. BAVONIS GAN
DAVI. F.I.PAUWELS C.; diameter 75
cm; gewicht 297 kg; onbekend wapen
met bisschopsmijter.
De klokken van Hoek en Zaamslag
bestaan dus niet meer, maar we beschik
ken gelukkig nog wel over foto's ervan,
want de meeste geroofde klokken zijn
om documentaire redenen eerst nog
keurig geportretteerd.8
De Pauwelsklok van Schoondijke.
De omzwerving
Het is volgens mij niet toevallig dat alle
zeven getraceerde klokken van het
Pauwelscarillon, inclusief die van Hoek
en Zaamslag, teruggevonden zijn binnen
de grenzen van het toenmalige Départe
ment de l'Escaut (1795-1814), waaraan
ook Staats-Vlaanderen was toegevoegd.
Vanuit de hoofdstad Gent zou weieens
gepoogd kunnen zijn de bestemming
van de klokken binnen het departement
te houden. Daarnaast hoeft het ons niet
te verbazen dat er drie klokken uit de
Gentse St. Baafs in protestantse kerken
kwamen te hangen, immers sinds 1795
waren alle religies gelijk voor de wet.
Veel van deze vragen, maar ook die ten
aanzien van het Pauwelscarillon als
geheel, zouden opgelost zijn wanneer
ik de documentaire weerslag van de
verkoop in de rijks- en/of kerkelijke
archieven te Gent had kunnen terug
vinden. Mij is dat tot nu toe niet gelukt.
Ook het kerkelijk archief van Schoondijke
laat over de komst van de luidklok uit
het katholieke Gent niets los, of het
moest zijn dat een verslag van een
kerkenraadsvergadering vermeldt dat
er tussen juni en november 1802 niet
gepreekt is 'wegens den bouw van een
nieuwen Tooren' en op 17 september
1805 werd gesproken over een vergoe
ding aan een zekere heer Koole 'sedert
enige jaren voor het waarnemen van zijn
'ampt als klokluyder'.9 Tussen deze
regels door hoor je als het ware het
luiden van de 'nieuwe' klok over het
vlakke land van de Prins Willemspolder
en hoe ze een wezenlijk deel werd van
het leefmilieu van het dorp. Lange tijd,
van 1803 tot 1943, heeft ze de inwoners
niet alleen opgeroepen voor kerkdienst
en begrafenis maar ook gealarmeerd bij
storm en ontij, totdat ze op 15 maart van
dat laatste jaar in opdracht van de Duitsers
uit de toren werd getakeld.
Direct na de capitulatie op 14 mei 1940
was de bezetter immers begonnen met
de organisatie van een eventuele klokken-
vordering, waarvan de beschermde
klokken, gemerkt met een M monu
ment), voorlopig uitgesloten waren. De
grote rest werd verdeeld in drie catego
rieën, te weten A-, B- en C-klokken.
De Schoondijkse klok viel in de laatste
categorie, die van de historisch waarde
volle klokken die zo lang mogelijk
onttrokken dienden te worden aan in
vordering. Maar na een nieuwe verorde
ning van 23 juli 1942 was er ook voor
haar geen ontkomen meer aan. Binnen
de kortste tijd werden 6700 klokken uit
de torens verwijderd en naar 24 opslag
plaatsen afgevoerd, waar ze direct ge
wogen werden en een registratienummer
kregen. De Pauwelsklokken uit Zeeuws-
Vlaanderen waren aldus genummerd:
Schoondijke 10-C-101, Hoek 10-B-13
en Zaamslag 10-B-45. Ondertussen had
de Inspectie Kunstbescherming van de
bezetter gedaan gekregen dat de in
beslag genomen A-, B- en C-klokken
eerst nog onderzocht zouden worden op
hun kunsthistorische waarde. Daartoe
werd een voorlopige selectie van klok
ken gemaakt, gemerkt met een P van
'Prüfung'. Ook de klok van Schoondijke
hoorde tot die groep; restanten van de
met kalk aangebrachte letter zijn nog
altijd erop waar te nemen. De P-klokken
uit Zeeland zijn in de zomer van 1943
naar een opslagplaats in Spijk bij Gorcunt
getransporteerd.